k\ A m w*o z fpyf-'ó h. Bi1 4 4 4 \U4- 4 ■ül Hl g wm A A A 4'^.v N PZC Zaterdag 26 april 2008 53 DAMMEN Daaf Kasse Ron Heusdens heeft zijn eerste Ne derlandse titel vooral te danken aan een formidabele eindsprint. Aan de eerste vijf ronden hield de 45-jarige Schiedammer slechts vier pun ten over, maar daarna kwam hij op stoom. Frappant is dat hij de vier laagstge- klasseerde spelers allemaal versloeg, maar zijn partijen tegen de nummers twee en drie verloor. Voor zijn nederlaag tegen Alexander Baljakin had hij een excuus: een dag eerder had de champagne rijkelijk gevloeid, nadat hij door een overwinning op Pim Meurs zijn titel veilig had gesteld. Voor Ron Heusdens, die in Emmeloord zijn veertiende NK speelde, kan dit sei zoen niet meer kapot. Met zijn club Van Stigt Thans pakte hij eind februari al de landstitel. In deze rubriek aandacht voor een van zijn beste winstpartijen. Hoewel de naam Heusdens vooral associaties op roept met omsingelingsspel liet hij in zijn partij tegen hekkensluiter Wim van der Kooij zien dat hij ook kan aanvallen. Wim van der Kooij - Ron Heusdens: 1.34-29 17-22 2.40-3412-17 3-45-40 7-12 4.50-45 1-7 5.31-26 16-21 6.32-28 19-23 7.28x19 14x23 8.35-3010-14 9-30-24 5-10 10.37-31 20-25 11-24-20 In Emmeloord was deze opening zo'n beetje de lijfvariant van de witspeler, al had hij er weinig suc ces mee. 15x2412.29x20 14-19 13.20-15 10-1414-40-35 22-27! Deze zet, die zwart veel meer speelvrijheid geeft dan 21-27 of 23-28, werd in 1977 geïntroduceerd door de Rus Mitsjanski. 15.31x22 17x28 16.26x17 12x2117.33x22 18x27 18.34-30 25x34 19.39x30 De witspeler wil de zwarte lin kervleugel blokkeren en hoopt dat zwart zich aan zijn rechtervleugel te pletter loopt. Een ambitieus plan, dat tegen een zwakke speler wellicht kansen biedt maar niet tegen een van de beste Nederlandse dammers. 7-12 20.44-39 11-17 21.45-40 12-18 22.40-34 6-11 23.38-33 21-26 24.41-37 8-12 25.33-29 2-7 26.39-33 17-21 27.47-41 11-16 28.43-39 Een alternatiefis 49-44, in de hoop dat zwart na 18-22 29x18 12x23 33-29 sluit met 13-18?? Na 30-24! komt wit dan altijd op dam. Schwarzman haalde de ze truc in 1993 uit tegen Hein Meijer. 3-8 29.49-43 18-22 30.29x18 12x23 31-33-29 8-12 32.29x18 12x23 33.30-25 Gebruikelij ker is 39-33, een zet die onder andere ge speeld werd door Bennie Provoost in een nacompetitiewedstrijd tegen Toine Brou wers. Van 30-25 is slechts één praktijk voorbeeld bekend: Kloosterziel-Domchev uit 2003.13-18 34.39-33 9-13 Ook 27-31 36x27 22x31 is hier speelbaar. Na 41-36 kan zwart met 7-12 36x27 21x41 46x37 19-24! het belangrijke veld 24 onder controle krij gen. 35-34-30 7-12 36.43-39 23-28 (zie dia gram) 37.30-2419x30 38.35x24?! Naar ach teren slaan is zeker het overwegen waard, al was het maar vanwege de extra tempo's die wit creëert. Mogelijk vreesde van der Kooij de reactie 27-32, waarop wit goed 35-30! kan spelen. Óp 32-38 volgt immers 15-10! met altijd schijfwinst. 14-19 39.24-20? Natuurlijk mocht 37-31 niet, maar met 33-29! houdt wit zicht op een punt. Ik sluit niet uit dat van der Kooij heeft overzien dat hij na 19x30 25x34 27-31 36x27 22x31 niet 41-36 (12-17! 36x27 21x41 46x37 18-22 37-31 26x37 42x3116-21! etc.) hoeft te spelen, maar rustig 29-24! kan doen, met op 31-36 de plakker 15-10 36x38 10-5.18-23 40.37-31 26x37 41.42x3113-18 42.31-26 12-17 43.20-14 Een offer dat niet meer zal baten. Op 41-37 is 27-31 36x27 21x41 46x3716-21 etc. de snelste weg naar winst. 19x10 44.25-20 27-31!! 45.26x37 Naar voren slaan is al even kansloos. 23-29 46.33x24 28-32 47.37x28 22x44 48.24-19 18-23 49.19x28 44-49 50.28-23 49-32 en wit gaf het op. SCHAKEN Een gruwel voor een schaker is dat hij in een door de tegenstander voorbereide variant terechtkomt. Dan gaan soms de sterkste schakers voor de bijl. Sommige spelers mijden daarom de ge baande wegen van de openingstheorie uit angst om in een openingsval te trappen. Maar angst is ook in het schaken een slechte raadgever. Het betekent feitelijk, dat men dan gaat spelen in een lagere versnelling en niet al les uit het spel haalt wat er in zit. Hoe dan wel te handelen? Natuurlijk is het voor een amateur-schaker ondoenlijk om vor deringen van de hele openingstheorie bij te houden. Hij moet daarom kiezen voor een beperkt, maar goed doortimmerd re pertoire. Dan is het wel degelijk mogelijk om op de hoogte te blijven van de aller nieuwste ontwikkelingen. Zelf verbeteringen zoeken in bestaande va rianten gaat nog een stap verder. De kans om een goede zet te vinden die afwijkt van de gangbare theorie, is heus niet zo moeilijk. Absoluut foutief is het om bij de minste of geringste tegenslag naar een an dere variant over te schakelen. Schakers die dat doen bereiken nooit een hoog ni veau. Hoe het wel moet en kan toont de volgende partij uit de interne competitie van de schaakclub Souburg. Henrik Westerweele - René Tiggelman. Souburg, 2008. i.e4 C5 2.C3 e6 3.d4 ds 4.e5 Pc6 Een Sicili- aanse opening is veranderd in de door- schuif-variant van de Franse partij. Zulke omzettingen komen geregeld voor. 5.Pf3 Db6 6.Ld3 Dit betekent feitelijk een pionoffer, de Millnerbarry-variant. De fa milie Westerweele is er zeer mee ver trouwd, want ook vader Maarten paste hem vaak toe. 6...Ld7 Natuurlijk niet 6,..cxd4 7.cxd4 Pxd4 8.Pxd4 Dxd4 9.Lb5 en wit wint de dame. 7.0-0 cxd4 8.cxd4 Pxd4 9.Pxd4 Dxd410.PC3 Dxes n.Tei Db8 i2.Pxd5 Ld6 13-Dg4 Kf8 14-Ld2 h5 15.DI13 Lc6 i6.Pe3! In een partij H. Westerweele - C. Jansen uit het HZ- toernooi van 2005 volgde 16.Pb4 Le8 17.LC4 Pf6 en zwart won uitein delijk. De witspeler heeft zich door die tegenslag niet laten verleiden om een andere va riant te gaan spelen en heeft zijn huis werk goed gedaan. i6...Pf6 17.LC3! Een nieuwe zet, die de zwarte stelling sterk on der druk zet. Na het oude 17.PC4 LC7 18.1x3 Pg4! staat zwart beter. i7...Pd5? In deze stelling luistert elke zet heel nauw keurig. Juist was i7...Le5 om die vreselijke loper van C3 af te stoppen. Ook dan zou wit voldoende compensatie voor de pion hebben gehad, maar niet zoveel als nu. i8.Pxd5 Lxds 19.1x4! Zeer sterk gespeeld. De machtige loper van d5, het bolwerk van de zwarte stelling, moet weg! i9„.Lxe4 20.Txe4 Wit staat een pion ach ter, maar heeft toch alle troeven in han den, omdat de zwarte koning geen veilig heid vindt. 20...DC7 2i.Tdi Dreigt Txd6. 2i...Td8 22.Ted4 Le7 23.Dd3! Txd4 24.Dxd4 f6 25-Dd7! Nog beter dan Dxa7. 25...DC6 26.Lb4ü De verrassende en beslis sende wending. Zwart verliest de kwali teit. Zie diagram. 26...Dxd7 27.Txd7 Lxb4 28.Td8+ Kf7 29-Txh8 Kg6 30.Tb8 b6 3i.Tb7 Kfs 32.Txa7 g5 33-33 Les 34-b4 Ld4 35.bs Ke4 36.84114 Zwart weert zich hardnekkig, maar strijdt een verloren strijd. 37-Td7 Les 38.Kfi f5 39-Ke2 Kes 40.fj Lgi 4i.h3 Les 42-Kd3 Kf4 43.TC7 Lgi 44.TCI Lf2 45.Ke2 Kg3 46.Kfï es 47.Tbi Ld4 48.85 bxas 49.b6 e4 50.fxe4 fxe4 5i.b7 Les 52.b8D Lxb8 53.Txb8 a4 54-Te8 Kf4 55-Kf2 a3 s6.Tf8+ Wit gaf het op. Een sterke partij van de witspeler. 4 BÊÊÊËË H A mmm BRIDGE Ruud van den Bergh Vorige week zaterdag was de finale van het Nederlands open paren kampioenschap. Vijftig paren had den zich geplaatst voor dit feest en zij speelden tweemaal twintig spellen. Als winnaars kwamen Bas Drijver en Ruud van Seida bovendrijven. Ook hier waren spellen waarop niets aan te merken viel en fraaie speelwijzen be hoorden niet tot de uitzonderingen. Dit is spel 13 uit de ochtendzitting dat voor het leesgemak een kwart slag is ge draaid. We volgen Willem van Eijck en partner die het in dit spel opnamen tegen Huub Bertens (W) en Ton Bakkeren (O); bekende namen in bridge. Na pas van west opende Van Eijck (N) met ïKl; zij spelen vijfkaart hoog. Oost bood 2Sch en zuid doubleerde (negatief voor een 4krt harten). West paste en noord bood 4Ha. Na twee keer pas dou bleerde Bertens; dat had hij beter niet kunnen doen. Weer werd twee keer ge past. Zuid vermoedde nu een zeer slecht troefzitsel en vanwege zijn dubbele schop penstop vluchtte hij naar 4SA. Bertens - verkoos dit ook te doubleren en daarbij bleef het. De uitkomst was ruitentwee, die via de vijf en de vrouw voor de heer van zuid was. Hartenvier ging via de acht naar de tien en oost gooide schoppen twee af Nu ging schoppenvier naar de vrouw, west deed harten twee weg. Klave renacht ging via de drie en de zes naar de tien van oost; fout geraden, zuid dacht dat oost wel een plaatje zou hebben voor zijn 2Sch bod. Ruitennegen ging via de tien en de boer naar het aas van noord en de ruitenfiguur was voor zuid opgelost. Hij speelde ruitenzes uit de dummy legde de drie uit zijn hand en west nam met de acht. Hartenboer was voor de vrouw van noord en ook hartenaas werd geïncas seerd. De volgende slag werd met schop penheer gemaakt en toen was dit over: Noord: Sch: 8 Ha: 3 KI: AB Oost: Sch: B KI: 752 Zuid: Sch: A Ha: 7 Rui: 7 KI: 9 West: Ha: H Rui: 4 KI: HV De duimschroeven werden west steeds nauwer aangehaald toen schoppenacht naar het aas ging. West deed ruitenvier weg, maar toen daarna ruitenzeven op ta fel op tafel kwam moest hij zich overge ven. 4SA gedl. werd met een overslag ge maakt. Het verhaal is nog niet ten einde. West meende dat oost toen hij met klaveren tien aan slag kwam weer klaveren had moeten spelen en dat het contract dan down was gegaan. Daar was zuid het niet mee eens. Laten we eens zien wat er dan gebeurd was. West zou op het klaverennaspel de vrouw hebben gelegd en uit noord zou de boer! zijn bijgespeeld. Elke kleur die west nu na speelt, wordt in noord genomen waarna alles wat hoog is wordt geïncasseerd; be halve ruitenaas. Op klaverenaas gooit zuid een ruiten af en op schoppenaas gooit west een ruiten af Na nog een hartensnit is dit is dan de situatie: Noord: Sch: H Ha: A3 Rui: A6 Oost: Sch: B109 Rui: 9 KI: 7 Zuid: Sch: 7 Ha: 76 Rui: 107 West: Ha: HB Rui: B8 Kl: H Uit noord wordt schoppenheer gespeeld en west ziet de problemen weer aanko men. Hij doet er het best aan om klaveren heer af te gooien, maar als uit noord dan hartenaas en een harten worden gespeeld moet hij twee ruitenslagen aan NZ breng en. Op schoppenheer een ruiten of een harten afgooien heeft voor west helemaal geen zin want dan hebben NZ twee sla gen in die kleur en worden de problemen voor west alleen maar groter. H84 AV103 A65 #AB6 HB982 B842 #HV43 4 B1096532 V9 10752 AV7 7654 H1073 #98 West gever, allen kwetsbaar

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 85