u
'Glas-in-lood is redelijk eenvoudig'
39 wonen
vraag
antwoord
Wij hebben een houtkachel. Hoe verwijder Ik heb de radiatoren zwart geverfd,
ik het roet op de glazen deurtjes? (deel II) Dat zou meer warmte geven. Klopt dat?
wonen@wegener.nl
024-3650509
PZC
Zaterdag 15 maart 2008
door Jan van Mullem
redactie.wonen@wegener.nl
024 3650509
Heel Nederland heeft een houtka
chel of maakt de kachel van een an
der schoon. Hoe anders is te verkla
ren dat we honderd reacties kregen
op bovenstaande vraag in deze ru
briek van afgelopen zaterdag? Ik
was maandag vrij, dus heb het mail
en telefoonbombardement niet mee
gemaakt. Maar volgens een collega
leek het of er een gratis kachel te
winnen was. Op advies van een ka
chelspecialist schreef ik vorige week
dat de ruitjes weer schoon worden
met een speciale ruitenreiniger. Dat
er goedkopere, milieuvriendelijker
methoden zijn, weet ik nu ook: 'Dip
een vochtig doekje of keukenpapier
in de oude as en poets daarmee de
ruitjes schoon' of 'wrijf met een ge
bruikt theezakje langs de ruitjes en
het roet verdwijnt'. Varianten met
cola (géén light), koperpoets, ge
schilde aardappels, spiritus, ovenrei
niger en ammoniak heb ik ook ge
zien. Klazien (uit Zalk) zou trots zijn
geweest op zoveel simpele huisvlijt.
Briefschrijver F. Even heeft een
vriend die natuurkunde doceerde
aan een middelbare school. Bij het
herinrichten van zijn woonkamer en
keuken gaf die vriend het advies de
radiatoren zwart te verven. Daar
door zou meer warmte afgegeven
worden. 'Ik heb het maar gedaan',
schrijft Even. 'Toch heb ik altijd ge
twijfeld aan het verhaal.' En terecht,
zou je daar aan toe mogen voegen.
De zwarte radiatoren hebben Even
seen geld opgeleverd in de zin dat
hij de thermostaat een graadje lager
heeft kunnen zetten. Had de brief
schrijver eind vorig jaar naar de Na
tionale Wetenschapsquiz gekeken,
dan had hij dat geweten. In dat pro
gramma kwam die vraag aan de or
de. De kleur van een radiator heeft
geen invloed op de warmteafgifte.
Een zwarte geeft net zoveel warmte
af als een witte. Voor Even is het te
hopen dat hij een fan van zwart is.
Dan is die verfklus toch nog ergens
goed voor geweest.
zich zo goed mogelijk in de op
drachtgever te verplaatsen. „Soms
bezoeken we de woning, maar
meestal hebben we genoeg aan
wat hij over het huis vertelt."
Eigenlijk is de smaak van de op
drachtgever niet eens zo relevant.
„We stemmen een raam bijna
nooit af op het interieur, maar op
de architectuur van de woning",
aldus Alice. „Smaak verandert, ter
wijl een raam zestig tot tachtig
jaar meegaat." Toch vinden ze
zelf lang niet alles even mooi.
„We proberen wel te sturen, maar
soms kan een raam ook ons ver
rassen. Dan is het veel mooier
dan we vooraf gedacht hadden."
Alice: „Zelf houd ik het meest
van art deco. Rechte ontwerpen
die passen bij deze streek in de
Achterhoek. In steden zie je dat
de ontwerpen wat uitbundiger en
de ramen wat groter zijn. Dat is
niet zo gek, omdat stedelingen
vaak meer geld te besteden had
den." Toch zijn de patronen vaak
logisch. „Omdat je beperkt wordt
door de mogelijkheden van glas",
legt Ceciel uit. „Je kunt bijvoor
beeld geen hoeken maken in het
glas, omdat het dan breekt." Maar
al is de techniek oud, ook
glas-in-lood gaat met zijn tijd
mee. „We plaatsen het bijvoor
beeld tussen dubbelglas. Dat is
misschien niet altijd even mooi,
maar het is wel zo comfortabel."
kOrfReageren?
redactie.wonen@wegener.nl
Ze zijn nog maar moeilijk te vinden, weet Paul
Geerts, de vakmensen die het ambacht levend
houden. Maar nog altijd hechten liefhebbers aan de
kwaliteit en technieken van weleer. In de serie 'Het
Ambacht' passeren er vier de revue.
Deze week deel 2: glas-in-lood.
w,e Cecie!(40)
V-M- VV-fc'4- J X- en Alice (44) Weeninj^^
VJat: Glas-in-lood^^^^^^k
Waar: Sinderen
Informatie: M~~ riB
jB W k www.weeningglasinlood.nl
mooi." Al was dat zo'n dertig jaar
geleden wel anders. Toen beslo
ten nogal wat mensen om het
glas-in-lood uit hun woning te
slopen. De huidige bewoners ko
men daarop terug, willen het
pand in de oorspronkelijke staat
herstellen. „Dat horen we vaak let
terlijk", aldus Ceciel. „Opdrachtge
vers vragen ons meestal wat wij
zouden doen. Dat proberen we ze
zelf uit te laten vinden. Maar als
het donker is in huis, is het niet
slim om voor donkere kleuren te
kiezen omdat daar het licht nau
welijks doorheen valt. Een enkele
keer krijgen we de opdracht er ge
woon maar iets moois van te ma
ken."
Eigenlijk belandde Ceciel
Weening toevallig in het
vak. „Mijn vriend kreeg
van zijn baas het aanbod
om een cursus glas-in-
lood te volgen. Hij vond het prie-
gelwerk, maar ik zag het wel zit
ten. Van die cursus is uiteindelijk
niets gekomen, dus ben ik met
mijn zus zelf lessen gaan volgen
en begonnen."
Zo'n zeven jaar geleden begon
nen Ceciel en Alice Weening hun
eigen bedrijf in het Achterhoekse
Sinderen. De techniek hadden ze
snel in de vingers. „In het begin
gaat het hooguit wat langzamer,
maar je leert door te
Glas-in-lood is
redelijk eenvoudig,
de patronen zijn
moeilijk." Alice bevestigt die uit
spraak. „Soms heb je een ingewik
keld ontwerp met veel kleuren.
Dan moet je op zoek naar het juis
te glas. En soms ook kan het
raam waarin het glas-in-lood be
vestigd moet worden, lastig zijn."
Vooral de ambachtelijke kant van
glas-in-lood spreekt ze aan. In
hun werkplaats hebben ze tal van
boeken met voorbeelden uit het
verleden. „De techniek was vroe
ger dezelfde als nu", zegt Ceciel.
„Dat is logisch omdat je het pro
ces niet kunt automatiseren."
Ze vermoeden dat daar ook de
waardering voor glas-in-lood van
vinden het
Cecile en Alice Weening zitten in
middels zeven jaar in het glaze
niersvak. Glas-in-lood is hun spe
cialiteit. foto Roland de Bruin/GPD