Bizarre reizen Rilling op Andoy U Het lijkt wel alsof het landschap tot filmen dwingt Het binnenland van Turkije biedt veel lokale tradities en culturen. Gerard Chel ging naar Cappadocië. Een gebied gevormd door vulkanische krachten, die bizarre en surrealistische landschappen hebben voortgebracht. PZC Zaterdag 8 maart 2008 reizen@wegener.nl 024-3650360 We landen rond een uur of drie in de middag en het begint al behoorlijk donker te worden. Op het kleine vliegveldje van Andenes, hoofdstad van het eiland Andoy, zijn de meeste lichten aan. We bevin den ons 300 kilometer ten noorden van de poolcirkel voor de kust van Noorwegen. Het is zondag en er valt zo te zien weinig te beleven in het kleine plaatsje. We betrekken onze kamers in een overdon derend saai hotelletje aan de rand van de stad en beginnen aan een oriënterend ommetje. Het is weinig inspirerend. An denes lijkt als vissershaven z'n beste tijd gehad te hebben. Toeristische attracties zijn ogenschijnlijk afwezig. Restau rants in geen velden of wegen te zien. De enige bar die we op onze weg treffen, puilt uit van de beschonken Noren. Op advies van de hotelreceptie gaan we vroeg eten. Het aanbe volen restaurant heeft veel weg van een snackbar. Er is gefri tuurde vis of schnitzel. Geheel in stijl begint het zachtjes te regenen. Opkomende depressies worden gesmoord in vroe ge nachtrust. De volgende ochtend word ik begroet door opmerkelijk dag licht. De zon is nog niet boven de horizon verschenen, maar tegen de blauwe lucht krijgen de hoogste wolken al gouden randjes. Het geeft de koele morgen een warme glans. Na het ontbijt stappen we in de met veel pijn en moeite be machtigde huurauto en gaan op pad. We moeten naar een dorpje aan de andere kant van het eiland. Wanneer we An denes verlaten en de laatste huizen verdwijnen, zie ik plotse ling wat ik de vorige dag zo heb gemist. Voor ons een lange weg naar het uitgestrekte niets. Hoge rotsen, bergen bijna, begroeid met alle schakeringen bruin die je maar kunt be denken. De zon scheert over het landschap en geeft het een magische gloed. Alsof alles in brand staat. Een foto met veel te veel kleur. Onecht, maar prachtig. Dit moet uiteraard ge filmd worden. We rijden een berg op waarvan we qua uit zicht veel verwachten. De weg gaat stijl omhoog. Dreigende verbodsborden houden ons niet tegen. Onverschrokken stomen we door naar het weersta tion, dat er bovenop staat. Uitzicht naar alle kanten. Vanaf de bergkam waaien flarden nevel de diepte in. Uit de wind en in de zon, ga ik eens uitgebreid genieten. Het spel van lage wolken en zonlicht is hypnotiserend. Pas wanneer niet ver van mij een forse adder door het bruine gras glijdt, kom ik weer tot bezinning. Time to go. Ook beneden schiet onze reis niet op. Telkens weer een nieuwe indruk en een nog mooier plaatje. Stoppen, de camera opstellen en filmen maar. Het lijkt wel alsof het land schap tot filmen dwingt. We turen de zee af naar walvissen. Het is weliswaar niet het seizoen, maar je weet het nooit. Bij de derde stop zien we op een rots niet ver van de kust een jong zeehondje. Van de ouders geen spoor. Een half uur later zit het beestje er nog. Helemaal alleen. Een vondeling, denk ik. Het zal vandaag niet meer van zoeken komen. We moeten eerst wennen aan het adembenemende eiland waarop we zijn beland. De avond valt in onbeschrijflijke pracht. De snackbar van giste ren blijkt een bijzonder goed restaurant achter een tussen deur te hebben verborgen. Wijn, vis en een koude, heldere avond. Nee, de ene dag is gelukkig de andere niet. Om een uur of elf kijk ik nog even naar buiten. Ineens rolt een groe ne slang van licht tussen de sterren. Het effect verdwijnt en komt terug. En opnieuw, en opnieuw. Na een paar minuten lost het op in het niets. Het Noorderlicht. Er gaat een rilling door mijn lijf Vol ongeloof staar ik naar buiten en vraag me even af: komt er ooit nog iets mooiers? foto Derk Bolt Feeënschoorsteneri in Cappadocië, van wege het merk waardige hoedje van basaltsteen. foto's GPD

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 98