Tsaar Poetin,
spectrum 12
Hobby's
PZC
Zaterdag 1 maart 2008
Hoe typisch Nederlands of wes
ters sommige dingen zijn, besef
je pas echt als je in het buiten
land woont. Een van die din
gen: Nederlanders zijn geobsedeerd door
hobby's. Iedereen heeft er wel een paar.
Sporten, koken, knutselen, lezen, breien of
weet ik wat nog meer. Als je het woord
'hobby's' intypt bij de zoekmachine Goog
le, levert dat miljoenen resultaten op.
Maar mijn tolk hier in Libanon, een 23-ja-
rig gesluierd moslimmeisje, kent ze niet.
Onschuldig vertelde ik haar ooit over mijn
jeugd in Nederland. „Tien jaar lang gevoet
bald bij EFC'58 (de Ermelose Footbal
Club)", zeg ik dan. „Ook nog een paar jaar
aüetiek gedaan. Vervolgens schaken
geleerd van mijn vader, die schaak
cursussen gaf op school. Met vriend
jes verzamelde ik postzegels. En na
tuurlijk kan ik paardrijden. Want ik
zat tien jaar lang bij een manege. Ju
do, blauwe band. Wielrennen, een
keer per week. Twee keer per week
naar de bibliotheek."
Mijn tolk keek me glazig aan. „Waar
om doen jullie dat allemaal?", vroeg
ze. „Wel", zei ik dan op aarzelende
toon. „Eh...omdat we dat leuk vin
den. Tenminste, dat neem ik eigen
lijk aan." „En hoe noemen jullie al
die dingen ook al weer?", vroeg ze.
„Eh... hobby's."
„Een vreemd maar interessant fenomeen",
zei ze, „Wij kijken altijd gewoon televisie.
Tenminste, als er stroom is. Als er geen
elektriciteit is, gaan we naar bed."
Natuurlijk hebben hobby's te maken met
welvaart. Want ze kosten twee dingen:
tijd en geld. Tijd hebben ze meer dan ge
noeg in het Midden-Oosten, maar aan geld
ontbreekt het vaak. „Maar ik denk dat het
ook te maken heeft met de mentaliteit in
een land", legde mijn tolk uit. „Ik zie jullie
westerlingen altijd zeulen met laptops, boe
ken en kranten. lullie samenlevingen staan
open voor nieuwe dingen, onze samenle
vingen niet. ]e leest hier geen boek, je gaat
niet paardrijden. Waarom zou je? Het kost
geld en, zo zal je familie zeggen, wat heb je
er in godsnaam aan? Wat is het nut?"
Maar hoe meer mijn tolk over 'hobby's' na
dacht, hoe gefascineerder ze taakte door
het idee. Zozeer zelfs dat ze op een dag zei:
„Luister, ik wil ook een hobby hebben. Is
zwemmen een hobby?" Ze legde uit dat ze
niet kon zwemmen omdat zoiets voor
moslimmeisjes verboden is. Stel je voor
dat een man blote benen ziet! En waarom
zou een vrouw moeten kunnen zwem
men, als koken en voor de kinderen zor
gen je taak in de samenleving is?
Een paar dagen later vertelde ze trots dat
ze haar eerste zwemles had gehad. In een
moslimzwembad in Beiroet waar 's och
tends alleen vrouwen mogen zwemmen
en 's middags mannen. „Nu heb ik ook
een hobby", glimlachte ze.
Negen lessen en negen weken later was
het al over met haar hobby. Het zwembad
werd platgebombardeerd door Israëlische
straaljagers tijdens de zomeroorlog, in
2006, tussen Hezbollah en Israël. Teleurge
steld stonden we, na de oorlog, voor het
ingestorte zwembad. Ze zei: „Dag hobby."
Haar passie voor hobby's lag een tijdje stil.
Maar deze winter nam ik haar een paar
keer mee naar de prachtige skipistes van
Libanon, zo'n uur rijden buiten Beiroet.
Nadat ze les had gekregen van een heuse
instructeur, kon ze blijven staan op de lan
ge latten, en zelfs met vallen en opstaan
naar beneden komen. „Ik geloof dat ik
weer een hobby heb", lachte ze. Ik lachte
ook. „Bedoel je het vallen of het skiën?",
vroeg ik. „Eikel", zei ze.
STANDPLAATS
door
Harold Doornbos
Rusland voelt zich aan
de vooravond van de
presidentsverkiezingen
politiek en economisch sterk.
Staat het land er echt zo goed
voor of is dat een illusie? Zijn
de successen behaald dankzij
of ondanks acht jaar Vladimir
Poetin? Over de erfenis van
de aftredend president.
door Remco Reiding
Vriend en vijand van Vladimir
Poetin zijn het over één ding
eens: Rusland is onder Poetin
onmiskenbaar veranderd.
Ten goede of ten slechte, daar
over zijn de meningen ernstig verdeeld.
Evenals over Poetins aandeel in het succes.
Acht jaar na zijn aantreden voelt een meer
derheid van de Russen zich veel beter. Zij
willen niet dat de president vertrekt. De
sterke, evenwichtige Poetin is voor hen
een onwankelbare tsaar die het land krach
tig regeert. Een man om trots op te zijn, na
de chaotische jaren negentig en de wagge
lende leider van dat tijdperk, Boris Jeltsin.
Poetin, geboren in de tsarenstad Sint-Pe-
tersburg, wordt geroemd om het herstel
van de economie en van de uitvoerende
macht en om de herleefde nationale trots.
Hij maakte korte metten met de politieke
invloed van eigengereide gouverneurs en
oligarchen, die in de ogen van het volk het
land leegroofden. „Poetin is geweldig",
zegt loelia Zimova, voorgangster van de
pro-Poetin-kinderbeweging Misjki (Teddy
beren). „Hij is heel succesvol geweest en
heeft zo de nationale trots hersteld. Daar
zijn we hem heel dankbaar voor."
Fouten schuift Poetin af op ondergeschik
ten. Nou ja, fouten. Poetin zelf zei onlangs
met een stalen gezicht dat hij terugkijkend
op acht jaar Kremlin 'geen serieuze misluk
kingen' ziet. Zelfs niet de omstreden Russi
sche optredens tijdens de ramp met de on
derzeeër Koersk, na de terreuraanslagen in
een theater in Moskou en bij de gijzeling
in een school in Beslan. Ook een moderne
tsaar bekommert zich kennelijk meer om
de staat dan om zijn onderdanen.
Toen Poetin eind 1999 als president aan
trad, stond Rusland aan de rand van de af
grond. De gevechten in Tsjetsjenië laaiden
op en gevreesd werd dat de vlam zou over
slaan naar grote delen van de Kaukasus. Ta-
tarstan wilde het Latijnse alfabet aanne
men, Ingoesjetië polygamie goedkeuren
en gouverneurs bestuurden hun regio's als
koninkrijkjes. Het centrale gezag had het
daar amper voor het zeggen. Poetin moest
een sterkere staat creëren. Spindoctor Gleb
Pavlovski vergeleek de verticale machts
structuur eens met een fallussymbool, dat
vooral niet te groot moest worden. Maar
acht jaar later is precies dat gebeurd. Resul
taat: een uitdijende overheid met toene
mende corruptie en bureaucratie.
Het lot van Rusland ligt in handen van de
president en zijn vriendenkring. Een stel
sel van 'checks and balances' ontbreekt.
„In Amerika zijn drie machten, Rusland
heeft er maar één", zei Viktor Gerasjtsjen-
ko, oud-voorzitter van de Russische Cen
trale Bank. Volgens sociologe Olga Krysj-
tanovskaja, die de veiligheidsdiensten be
studeert, heeft 78 procent van de topfunc
tionarissen in de overheid relaties met de
FSB of zijn voorloper KGB. Alle grote be
drijven zouden zo'n silovik (krachtmens)