Vechten voor erkenning ii spectrum L 'Ik was een slecht mens, wist niet wat goed en kwaad was' PZC Zaterdag 1 maart 2008 Duizenden jonge Europe anen verlieten begin vo rige eeuw hun land om overal ter wereld hun geluk te beproeven. Contacten met de lokale bevolking groeiden uit tot liefdesrelaties, waaruit kinderen werden geboren. Veel mannen ver trokken na een paar jaar naar een ander land. Vrouwen en kinderen bleven achter. Zoals Daniël Hoek. Halfbloed, ont heemd en een leven lang op zoek naar erkenning. Hij staat niet al leen, weet hij. „In Afrika heerst een stammencultuur. Machtige stam men hebben het voor het zeggen. Mensen uit de zwakste groepen, onder wie halfbloeden en bastaar den, hebben weinig te vertellen. Zij hoeven niet op respect van an deren te rekenen." Daniël werd als kind gediscrimi neerd en mishandeld door zijn ver schillende stiefvaders en anderen. Zijn lichte huidskleur, zijn forse verschijning en het vertrek van zijn biologische vader toen hij 1 jaar was, maakten dat hij niet werd geaccepteerd. Vanaf het moment dat hij de naam Joop Hoek hoorde, was hij vast van plan zijn vader te zoeken. „Sindsdien heb ik altijd tegen me zelf gezegd: ik ben Nederlander." De zoektocht naar zijn vader ver liep moeizaam. Als knaap van 11 bi vakkeerde hij zes maanden op de Nederlandse ambassade in Addis Abeba. De bezoeken aan de ambas sade volgen elkaar in hoog tempo op. Hoe hij ook volhield, medewer kers van de ambassade vertelden steevast dat ze Joop Hoek óf niet konden vinden óf dat deze ontken de de vader van Daniël te zijn. Verscheurd door verdriet en ge kweld door discriminatie en mis handelingen, zocht Daniël zijn toe vlucht in kleine criminaliteit. Die nam steeds grotere vormen aan. Met anderen overviel hij treinen en handelde in vals geld. Een ruzie met een zakenpartner die hem zou hebben opgelicht, eindigde in een drama. De broer van zijn vriend overleed, Daniël belandde in de cel. Na acht jaar voorarrest werd hij veroordeeld tot de doodstraf. „Ik was een slecht mens, wist niet wat goed en kwaad was. Ik had niets geleerd, terwijl kennis zo be langrijk is. Ik weet nu dat kennis de basis voor het geluk van ieder mens is. Alleen dan kun je richting aan je leven geven en liefhebben." In de gevangenis komt de omme keer. Een medegevangene weer houdt hem van zelfmoord, spoort hem aan boeken te lezen over psy chologie. Daniël verslindt en koes tert ze. Als Michiel hem in decem ber afhaalt op Schiphol, draagt hij drie tassen boeken mee. Verder heeft hij slechts een schamel pakke tje kleding bij zich. Ook de Bijbel is gedurende zijn twaalfjarige gevangenschap een in spiratiebron voor Daniël. Op aan drang van Michiel leert hij Engels spreken en schrijven. Ondertussen werkt hij aan zijn boek over zijn persoonlijke geschiedenis en zijn leven als halfbloed. Het is november 2004. Nog altijd hangt Daniël de doodstraf boven het hoofd. Met steun van een advo caat weet Michiel de rechters te be wegen de straf om te zetten in le venslang. Zodra dit is gelukt, we ten de broers dat er een kans be staat op gratie. Die wordt in sep tember 2007 verleend, ter gelegen heid van het nieuwe Ethiopische millennium. „Ik ben zo blij dat ik zo'n goede broer als Michiel heb", zegt Daniël thuis in Oudemirdum. Aanvankelijk verzet Joop Hoek zich er tegen dat de broers een band op bouwen. De waarheid viel hem zwaar, denkt Michiel. Voor Daniël waren de gesprekken echter nuttig. „Zo kon ik me een beeld van hem vormen. Het is een rigide man, hij is blind voor gevoe lens en weet niet hoe hij met fami lie moet omgaan. Het is beter voor mij om hem zo te accepteren." Het is 19 januari 2008. Bijna veertig jaar lang heeft Daniël Hoek naar het moment uitgekeken om zijn va der te ontmoeten. In het huis van Michiel in het Friese Oudemirdum geven Joop en Daniël elkaar een hand. 'Jij bent mijn zoon', zegt Joop Hoek direct. Daniël wil zijn vader laten weten dat hij zich heeft weten te redden en nu een trotse man is. Hij dwingt zijn vader 'sorry' te zeggen en Joop doet wat zijn oudste zoon verlangt. „Nu kan ik hem vergeven en ben ik klaar met hem. Nu kan ik echt verder met mijn leven", zegt Daniël. Michiel heeft hetzelfde gevoel. „Het is fantastisch dat va der dit gedaan heeft, maar er is wei nig respect, we accepteren elkaar." De erkenning van zijn vaderschap, notarieel vastgelegd in Balk, en de resultaten van de dna-test die Joop Hoek heeft gedaan, bieden Daniël nu de hoop op het zo gewenste Ne derlanderschap.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2008 | | pagina 151