wonen,4 H
Droge schaduw
De elfenbloem ziet er
teer uit, maar is zo
taai als een legerlaars
r,s>
Het interieur wordt aaibaar. Met schapenvachtjes in de
stoel, koeienhuiden op de vloer en (nep)bonten kussens
op de bank. Ook de hertenkop heeft de huiskamer
heroverd. Waar komt die rage vandaan, vraagt Corine
van Zuthem zich af. „Zo'n hertenkop symboliseert de
hang naar huiselijkheid."
wonen@wegener.nl
PZC |n1024-3650509
Zaterdag 16 februari 2008
Het is de schrik van iedere tuinier: droge schaduw.
Tuinieren op zand is moeilijk, tuinieren op klei is
zwaar, en tuinieren in zon of schaduw vraagt voor
beide gevallen een heel verschillende benadering. Maar over
al valt wel een mouw aan te passen. Maar écht lastig is het
tuinieren in droge schaduw.
Wie het over droge schaduw heeft, bedoelt meestal de door-
wortelde grond onder struiken of bomen. Maar ook de scha
duw onder een overhangend balkon of een overhangende
dakrand kan knap lastig zijn om te beplanten. Voor de mees
te situaties heb je keus uit honderden, zo niet duizenden
planten, maar in grond die én droog én schaduwrijk is, zijn
de mogelijkheden op de vingers van twee handen te tellen.
Meestal vind je droge schaduw onder een berk of onder een
sierkers. Maar dat zijn bomen die hun blad verliezen en daar
valt in ieder geval in de bladerloze periode nog wel wat te
improviseren met bolgewassen die een 'omgekeerde groeicy-
clus' hebben. Die groeien en bloeien in de herfst en de win
ter in plaats van in de lente en de zomer.
Voorbeelden: de tuincyclamen Cyclamen coum en Cyclamen
hederifolium en ook de sneeuwklokjes, die in ons verande
rende klimaat allang geen lenteboden meer zijn, maar win-
terherauten. De Italiaanse aronskelk heeft een winter lang
mooi gemarmerd blad en de Algerijnse iris, Iris unguicularis,
bloeit 's winters af en aan, zolang het niet vriest.
Maar onder naaldbomen, of onder groenblijvende
loofbomen zoals hulst en laurierkers, is het ook
's winters droog. En toch: zelfs daar is hoop. Een on
verwoestbare plant is een wolfsmelksoort: Euphor
bia amygdaloides ssp. robbiae. Een lange naam, maar
de moeite van het onthouden waard.
De plant is genoemd naar een Engelse dame, mrs.
Robb, die de plant onder haar hoed zou hebben
meegesmokkeld vanuit Turkije. Het lijkt erop dat zij
destijds de enige plant heeft uitgegraven, want hij is
nooit meer in het wild gevonden. De Euphorbia met de lan
ge naam staat nu al in knop. Een knop die, zoals dat bij veel
wolfsmelksoorten het geval is, aan het uiteinde gebogen is
als een bisschopsstaf. De plant maakt grachtengroene rozet
ten die 's winters groen blijven, en bloeit in het vroege voor
jaar met geelgroene bloemen.
Een tweede kandidaat voor droge schaduw is een ooievaars-
bek, Geranium macrorrhizum. Dit is een bodembedekker die
niet helemaal overtuigend wintergroen is, maar die 's win
ters ook niet onder de grond verdwijnt. De haveloze periode
duurt maar een paar wintermaanden en verreweg het groot
ste deel van het jaar heeft de plant aantrekkelijk zacht be
haard blad, dat bij kneuzing penetrant, maar niet onaange
naam ruikt. Geranium macrorrhizum is er in verschillende
kleuren: wit, roze en fel paarsrood. In de schaduw licht wit
het meest op.
De Epimedium, die om zijn fragiele akelei-achtige bloem
pjes soms elfenbloem wordt ge
noemd, ziet er teer uit, maar dat
is bedrieglijk. De plant is in wer
kelijkheid zo taai als een leger
laars en lijkt er eer in te scheppen
om daar te groeien waar niets an
ders gedijt. Er bestaan tientallen
soorten, maar wie snel een flink
stuk grond bedekt wil hebben,
moet op zoek naar de variëteit
'Frohnleiten', met mooi gemar
merd blad en heldergele bloemen
in het voorjaar.
Al schrijvende schieten me steeds
meer planten voor droge scha
duw te binnen. Misschien heb
ben we de vingers van drie han
den nodig, in plaats van twee.
Een echte liefhebber van droge
schaduw is de stinkende lis, Iris
foetidissima, een plant die zijn
naam nauwelijks waarmaakt en
die met veel fantasie bij kneuzing
misschien een beetje naar carbol
ruikt. Iris foetidissima bloeit flets
vleeskleurig, maar maakt dit in
het najaar goed met knaloranje
zaden.
Iris foetidissima, stinkende lis.
foto Romke van de Kaa
Allemaal
beestjes
Moose, vanaf 190 euro.
(www.vlaemsch.be)
Ze viel als een blok voor
zijn reebruine ogen.
„Ik dacht meteen: 'Oh
wat leuk, die is van
mij!"' Nelly Carter (50)
uit Lichtenvoorde vqnd het kleine,
geprepareerde hertenkopje in een
kringloopwinkel. „Ik geloof dat-ie
anderhalve euro kostte. Ik heb 'm
meteen uit het schap gegrist."
Sinds een jaar prijkt het opgezette
beest aan de muur op een promi
nente plek in het trapportaal. „Ik
heb wel eens gedacht: 'Hoe komt
het toch dat ik dit leuk vind?' Ik
hou erg van designmeubelen en
had altijd een strakke inrichting.
Maar de laatste jaren voeg ik alle
maal truttige dingetjes aan mijn in
terieur toe. Kleedjes over de bank,
bloemetjesstoffen en andere
oubollige voorwerpen; dingetjes
die ik een paar jaar geleden nog
verafschuwde. Ik denk dat het een
behoefte is aan spullen die iets ge
zelligs, iets kneuterigs uitstralen."
Nelly Carter is niet de enige die
een hertenkop aan de muur heeft.
Ook in de woonbladen figureert
het beest in allerlei gedaanten als
trendy accessoire. Was de klassie
ke jachttrofee jarenlang not done,
tegenwoordig is een sierlijk gewei
weer welkom in het interieur.
Zelfs de kinderkamer ontkomt
niet aan een pluche Bambi aan de
muur. „Die rage past in de retro-
trend van dit moment", zegt Fie-
tje Bruijn, styliste bij maandblad
VT Wonen. „In tegenstelling tot
vroeger zie je nu echter veel meer
varianten op de klassieke jachttro
fee. Hertenkoppen van hout, ren
dieren van aardewerk of elanden
van plastic. In kaarsvorm, kap-
Ichaak of als knutselpakket. In
ituurlijke kleuren of juist een
beetje kitsch: knalroze, of zilver-
goudkleurig. We hebben die
hele strakke en verantwoorde pe
riode met veel wit achter ons gela
ten. Het mag nu weer wat per
soonlijker, kleurrijker en minder
serieus. De hertenkop is een gim
mick, een knipoog in het interb
eur."
Volgens de styliste heeft het ook
te maken met de huidige ecot-
rend. „In veel interieurs zie je mo
menteel een hang naar natuurlij
ke materialen. Dat zal wel iets te
maken hebben met het milieube
wustzijn dat sinds de film van Al
Gore (An Inconvenient Truth, red.)
weer is toegenomen."
Het verklaart volgens Bruijn de ve
le bloem- en bladmotieven op
stoffen en de bostaferelen op be
hang. „Mensen zijn op zoek naar
eerlijkheid en puurheid en, als
reactie op de globalisering, naar
een eigen traditie. Daarom zie je
veel folklore, breiwerk, borduurpa
tronen en koekoeksklokken. Het is
een hang naar huiselijkheid. Men
sen willen een veilig nest, ver weg
van de boze buitenwereld. Die her
tenkoppen passen daar in."
„In de ecotrend spelen dieren een
hoofdrol", zegt Bruijn. „Want be
halve hertenkoppen en geweien
zie je ook meer koeienhuiden op
de vloer en schapenwollen vacht
jes op de bank. Vooral die vloerkle
den gaan op dit moment hard."
Een bouwmarkt adverteerde on
langs met berenvachten. De klant
kon kiezen uit 'ijsbeer, zwarte
beer en bruine beer'. Van honderd
procent acryl, welteverstaan. Het
'Aspen-gevoel', noemt de styliste
dat ook wel. Op de laatste editie
van de Woonbeurs richtte ze het
VT Wonen-huis volgens die trend
Prijzen
Een prijsindicatie geven van
een echte hertenkop of echt
gewei is lastig. Afhankelijk van
de staat en wijze waarop het
dier geprepareerd is, varieert
de prijs van enkele tientallen
tot honderden euro's. Op rom
melmarkten en in kringloop
winkels kun je 'koopjes' vin
den.
Afhankelijk van de kwaliteit en
afmeting lopen prijzen van ech
te koeien- en andere dierenhui
den ook sterk uiteen. Op
www.moomoo.nl vind je echte
huiden voor 225 euro. Schapen
vacht Ludde van Ikea kost
39,95 euro.
Imitatiehuiden en -vachten zijn
veelal (iets) goedkoper.