reizen
Genieten
op de markt
Vader en zoon vormen een
mooi stel en ik kan mijn
ogen niet van ze afhouden
Bangkok heeft charme, maar het is ook een vieze stinkstad waar
het verkeer altijd vaststaat. Op het water had Jan Willem
Veenhof daar echter geen last van.
PZC
Zaterdag 2 februari 2008
reizen@wegener.nl
024-3650360
PWk
«s#
4t' ->
TO
7\
uo
O
Vroeg in de ochtend, als de zon nog niet eens op is,
hoor je het al. Geroezemoes, naderende vrachtwa
gens, voetstappen. Het is markt! Ineens is Molagavi-
ta het kleurige, vrolijke, bruisende middelpunt van deze Co
lombiaanse streek. Het is druk. De paar cafeetjes van het
dorp puilen uit. Er wordt vanaf vroeg in de ochtend al opti
mistisch ingenomen. Alles ademt een vrolijke vredigheid die
aanzet tot lome ontspanning. Een beetje hangen tegen een
muurtje, bekertje koffie erbij en rondkijken maar.
Na verloop van tijd ga je patronen herkennen. Het werk van
de sjouwers bijvoorbeeld. Zij lopen af en aan tussen het
marktplein en de vrachtauto's en karren die in de zijstraten
geparkeerd staan. Sterke mannen. De zakken meel en suiker
die zij op hun schouders nemen, hebben niet het maximale
arbo-gewicht dat bij ons wordt getolereerd. Tussen de 40 en
50 kilo is op deze markt normaal. Tel daarbij ook nog eens
op dat de straten een stijgingspercentage hebben van ten
minste 15 procent en je kunt je voorstellen wat voor presta
ties er worden geleverd.
Verbijsterend is daarom dat de meest actieve sjouwer een
buitengewoon klein mannetje is. Paco meet niet meer dan 1
meter 50. Korte kromme beentjes en een gebocheld boven
lijf Ik schat hem 40 jaar. Zijn hele fysiek is gemodelleerd
naar het sjouwerswerk. Elk half uur loopt hij een ca
fé binnen om een flesje water naar binnen te gieten
en dan meteen weer aan het werk. Om een uur of 3
is het achter de rug en haalt hij zijn zwaarverdiende
geld op. Omgerekend nog geen 3 euro. Even later zie
ik hem lopen met een jongen van een jaar of 12.
Zijn zoon.
De jongen heeft niets van zijn vader. Hij is een lan
ge slungel met de heerlijke slome grijns van een be
ginnende puber. Het is een mooi stel. Om de een of
andere reden kan ik mijn ogen niet van ze afhouden. Vader
en zoon, ik heb daar iets mee. Ze schuieren een beetje over
het marktterrein waar de handelaren al aan het inpakken
zijn. Bij een stalletje vol blikken pannen bespreken ze de mo
gelijkheid om eens een mooie nieuwe pan voor moeder te
kopen, maar het ding is duidelijk te duur. Nog even doorspa
ren. Vol goede moed lopen ze nu langs een berg sandalen.
De jongen bekijkt een paar. Wat zou hij die graag willen heb
ben! Vader maakt hem duidelijk dat 50 cent toch wel een
beetje te gortig is. De zoon begrijpt dat uiteraard. Geen
spoor van ontevredenheid of zeuren. Heerlijk!
Vrolijk koutend komen ze mijn kant op. Paco stuurt zijn
zoon het café in om een zakje tabak te kopen. Wanneer de
jongen uit het zicht is, rent vader terug naar de berg sanda
len. Snel koopt hij het begeerde paar en verstopt het onder
zijn bloes. Met twinkelende pretoogjes ziet hij zijn zoon te
rugkomen. Of die iets aan hem ziet? De jongen ziet natuur
lijk niets. Met een feestelijk gebaar haalt vader de sandalen
tevoorschijn. Blij omhelst zijn zoon hem en zenuwachtig
verwisselt hij zijn dichte schoenen voor de luchtige splinter
nieuwe exemplaren. Ze zitten als gegoten en vader krijgt op
nieuw een zoen.
Trots en tevreden gaan beiden op weg naar huis. Hand in
hand verdwijnen ze uit het zicht. Arm, maar in elk geval sa
men. Het is zondagmiddag in een doorsnee bergdorpje in
Colombia. Waarom zou een dergelijke scène me nou zo ont
roeren?
Dobberen in
Onze gids waarschuwt
voor spetters als de
boot de golven van
de Chao Phraya in
duikt, de gigantische
rivier die Bangkok in tweeën deelt.
We zijn zojuist vertrokken van de
centrale Si Phrayapier, aan de ooste
lijke oever van de rivier, bij het Ri
ver City Shopping Centre.
Zijn waarschuwing is eigenlijk
overbodig. Als je ziet wat er alle
maal ronddrijft in deze rivier, dan
is een slok van het bruine, drabbi
ge water binnenkrijgen het laatste
wat je wilt. Vooral langs de randen
van de Chao Phraya en in de zijar
men van de rivier - de khlongs -
hoopt het vuil zich op. Uiteindelijk
valt het mee. We blijven droog. En
als je tijdens de boottocht in plaats
van in het water naar de horizon
kijkt, is het heel plezierig. Je vaart
langs restaurants, boeddhistische
tempels, een enkele kerk en mos
kee, de loods waar de boten van de
Thaise koning Bhumipol liggen af
gemeerd, kleine huisjes met was
goed op de veranda en mannen en
jongetjes die hun hengeltje hebben
uitgegooid.
Over vissen gesproken: als we een
zijarm van de Chao Phraya zijn in
gevaren, passeren we een tempel
waarvan de monniken de gewoon
te hebben hun restjes rijst aan de
vissen te voeren. Die weten dat en
blijven daar rondzwemmen. Onze
gids weet dat ook en heeft een zak
brood meegenomen. Als hij een
stuk brood in het water gooit, spar
telen er plotseling tientallen meer
vallen door elkaar heen. Het is een
indrukwekkend gezicht. De dode
hond, die even verderop in het wa
ter drijft, gaat er zelfs een beetje
van golven.
We varen in Bangkok, net na de re
gentijd. De stad toont nog de spo
ren van de recente overstromin
gen, die overigens vrijwel ieder
jaar voorkomen. Het eiland Ko
Kret in het midden van de rivier,
ten noorden van het centrum van
Bangkok, is nog ontoegankelijk
voor voetgangers. En ook onder
weg in de khlongs staan veel lager
gelegen gedeelten van huizen on
der water. Ook kan de boot niet on
der alle bruggen door, vanwege de
hoge waterstand. Toch gaat het le
ven hier gewoon door. Er liggen
zandzakken voor de deur. Het
woongedeelte van de huizen, die
meestal gebouwd zijn op palen,
ligt gelukkig vaak op een hoger ni
veau. Het water is dan wel lastig,
maar niet rampzalig.
Je verveelt je niet op de Chao Phra
ya. Nog maar net hebben we de vis
sen bij de tempel gevoerd of er ko
men twee oude vrouwtjes aanva
ren in een gammel bootje. Bana
nen, bier, snoep, hoeden van riet,
pennetjes, zakdoekjes, speelgoed:
hoe langer je kijkt hoe meer je in
het volgepakte schuitje ziet liggen.
Alles keurig gerangschikt en bereik
baar voor de snelle handjes van de
vrouwen, die al balancerend op de
golven hun spullen uitdelen en het
wisselgeld uittellen.
Je kunt in Bangkok uren rond
varen voor een habbekrats.
Het is zo levendig, dat het
net lijkt alsof je in de Thaise
hoofdstad over straat loopt.
Bovendien waait het lekker,
ook al zoiets aangenaams in een
stad waar het altijd broeierig be
nauwd en rond de dertig graden is.
Bangkok-te-water kun je op een
paar manieren aanpakken. In de
eerste plaats zijn er de reguliere ri
viertaxi's. Elke tien of twintig mi
nuten varen de bootjes de rivier
Chao Phraya op en neer langs de
tientallen aanlegpieren. Er zijn ge
wone riviertaxi's die bij elke pier
aanleggen en expressriviertaxi's die
er steeds een paar overslaan (en
dus sneller zijn als je ver weg
moet). Bij elke pier staan borden
die duidelijk laten zien welke boot
waar stopt. Het tarief is voor Euro
peanen een lachertje. Een tochtje
voor zo'n twintig eurocent. Voor
een paar euro zit je de hele dag op
het water.
De aanlegsteigers liggen ook altijd
vlak bij de bezienswaardigheden
(koninklijk paleis, tempels, winkel
centra) of bij de grote hotels (die
in Bangkok ook goedkoop zijn).
Voor relatief weinig geld slaap je in
een sterrenhotel. En nog een voor
deel: een riviertaxi staat, in tegen
stelling tot zijn rijdende collega op
vier wielen, nooit in de file.
De Chao Phraya heeft ook zijar
men, de khlongs. Het is een wijd
vertakt systeem dat Bangkok de bij
naam 'Venetië van het Oosten'
heeft opgeleverd. In de khlongs va
ren de longtailboten, zo genoemd
omdat ze een roer aan een heel lan
ge ijzeren arm hebben. Op de oost
oever van de Chao Phraya zijn de
khlongs vaak gedempt en zijn de
vaarwegen straatwegen geworden
(hoewel ze in de regentijd vaak
weer tijdelijk van straatwegen vaar
wegen worden). Maar op de west
oever, in de wijk Thonburi, is de si
tuatie nog steeds zoals die al eeu
wen is geweest. Je huurt zo'n
'staartboot' met stuurman voor
zo'n vijfhonderd bath (tien euro)
per uur en er kunnen wel tien
man in. Ze gaan onverwacht hard.
Nog een andere manier om van
waterrijk Bangkok te genieten is
een dinercruise. Dat klinkt duur,
maar dat is het niet in Thailand.
De duurste cruise is op een antieke
rijstbark die iedere avond door de
Chao Phraya vaart, dwars door ver
licht Bangkok. Deze boten worden
vaak bevolkt door toeristen uit de
luxehotels. Een avond luxe cruisen
kost vijftig euro, inclusief een zeer
goede maaltijd. Maar er varen ook
'buffetboten', waar je zelf opschept
van een lange tafel, een soort rijst
tafel. Die boten kunnen meer men
sen meenemen en dat voor zo'n
twintig euro (inclusief maaltijd).
Maar je kunt natuurlijk ook een sa-
teetje kopen bij een stalletje op de
pier (als ze veel verkopen en goed
doorbakken zijn, word je daar niet
ziek van) en dat meenemen in de
riviertaxi. Dan heb je ook een di
nercruise. Maar dan een individue
le. En voor een prijs van een halve
euro.
S? Reageren?
redactie.reizen@wegener.nl
Markt in Molagavita.
foto Derk Bolt
Over water ben je in Bangkok sneller dan met de auto.