Verliezen kun je leren
D
'li
De wachtkamer van de dood
20 Vrijdag 11 januari 2008 PZC
DENKWIJZER
door René Diekstra
k vond uw artikel niet prettig om te lezen, maar het
heeft me wel aan het denken gezet'. 'Het lukt mij niet
meer om gracieus, om elegant en dankbaar oud te zijn.
Dus wat moet ik nu? Toch maar gewoon mijn tijd uitzitten of
weet u iets beters?'
Twee citaten uit de vele brieven die ik ontving naar aanleiding
van de column Oud zijn is een geschenk, toch?. Het toeval wil
dat ik kort nadat die column verscheen op condoleancebezoek
was. Een oud-collega, 69 jaar, was plotseling gestorven. Ik ont
moette daar voor het eerst zijn moeder, 95 jaar oud. Ze sprak
me aan, omdat ze me herkende van een foto en de column
had gelezen. Al jaren zat ze, gehandicapt door ziekte en ouder
dom, voornamelijk nog op een stoel en hoopte alsmaar dat
het snel over zou zijn. En sinds twee dagen, sinds het overlij
den van haar zoon, was er eigenlijk geen andere gedachte
meer in haar hoofd opgekomen dan 'ik wil ook weg'.
Ik ervoer het als een bizarre situatie. Op een paar meter af
stand van de plaats waar zijn oude moeder haar doodswensen
uitsprak, lag haar zoon opgebaard. Maar juist daarom had ik
ook heel erg met haar te doen. Zij, die al jaren in de wachtka
mer van de dood zat, hopend dat ze toch zo gauw mogelijk
binnen zou worden geroepen, had juist dit nooit willen mee
maken. Ook al was het een condoleancebijeenkomst waar je
voornamelijk op fluistertoon en heel kort met elkaar praat, ik
kon de verleiding niet weerstaan haar te vragen of ze over haar
doodswensen wel eens met anderen sprak, zoals medebewo
ners van het verzorgingshuis waarin ze zat. Haar antwoord
was dat ze dat niet deden. „Ie
valt daar elkaar niet mee lastig."
Toen ik een tijdje later naar huis
reed, stelde ik me de koffieruim
te of recreatiezaal, of hoe het
dan ook heet, in een verzorging
huis voor. Met rond een tafel
een achttal oude mensen, voornamelijk vrouwen, ieder met
een kopje voor zich en vanuit de rolstoel of gewone stoel voor
zich uit starend. Zouden de meesten van hen op de vraag of
het leven van hen vandaag over mocht zijn, antwoorden 'als
het kan, graag'? Of was de oude vrouw die ik zojuist sprak een
uitzondering? Zijn de lezers die mij schreven uitzonderingen?
Willen de meeste mensen, hoe oud en gebrekkig ze ook zijn
of zich voelen, toch zo lang mogelijk blijven leven? Of hebben
wij, als cultuur, als samenleving, besloten dat ze zolang moge
lijk zullen leven. En hebben wij, als bewijs van onze betrok
kenheid en menselijkheid, besloten dat ze, tot de dood erop
volgt, nolens volens (tegen wil en dank, red.), verzorgd zullen
worden?
Opeens zag ik mezelf. Oud, gebrekkig en machteloos zittend
in zo'n rolstoel, allang het tijdstip voorbij waarop ik zelf nog
had kunnen bepalen hoelang door te gaan. Met op de achter
grond van mijn geest nog voornamelijk de gedachte 'verlos
mij'. Af en toe onderbroken door een kop koffie, een gang met
hulp naar het toilet, wat bezoek. Van de machteloosheid en
eenzaamheid in dat beeld ging ik bijna over m'n nek.
Ik realiseer me op zulke momenten hoe merkwaardig het ei
genlijk is dat de meeste mensen leven als een bal die over de
weg wordt gerold. Ze zien wel tot hoever die rolt. Maar wat is
het voor een leven als je voornamelijk nog zit te wachten tot
het alsjeblieft vanzelf tot stilstand komt? En wat is het voor
een cultuur die haar handen stijf tegen haar oren drukt, en op
nieuw koffie inschenkt als jij vraagt het laatste tergende deel
van het parcours te mogen overslaan?
Willen de mensen zo
lang mogelijk leven,
hoe gebrekkig ook?
foto Rob Keeris/CPD
Een spelletje kaart, een
voetbalwedstrijd, een baan,
een belegging, een naaste:
wie het tegenzit, kan zo het
ene na het andere verlies
lijden. Zwaar voor wie niet
tegen zijn verlies kan. Tenzij
die zijn leven betert. Want
verliezen kun je leren.
door Marcel de Jong
foto Koen van Weel/ANP
e Amerikaanse oud-bas-
ketbalcoach John
Wooden is een man
van simpele stelregels:
kom nooit met excuses en klaag
niet. Zoek eerst de fout bij jezelf.
Door er een gewoonte van te ma
ken, leg je de verantwoordelijk
heid niet bij een ander.
Wooden vroeg van zijn spelers
vooral naar zichzelf te kijken. Als
iedereen dat doet, is de kans op
succes groot. Bovendien maakt
zo'n instelling het slikken van een
nederlaag eenvoudiger: iedereen
heeft er alles aan gedaan, er zat
niet meer in. Wooden is in zijn
land een van de grootste sport-
coaches en geniet op 97-jarige leef
tijd nog veel respect. De door hem
ontwikkelde 'piramide van succes'
gaat uit van eigen verantwoorde
lijkheid en is bij veel Amerikaanse
bedrijven in zwang. Zijn denkwij
ze is het medicijn voor wie niet te
gen zijn verlies kan.
Neem je verlies, maak het niet per
soonlijk en ga de confrontatie aan,
zijn de tips die psycholoog Jos de
Keijser van GGZ Friesland geeft
voor mensen die moeite hebben
met verliezen. Iemand die zijn ei
gen bedrijf failliet ziet gaan, wil
snel een nieuw bedrijf beginnen
om te laten zien dat hij het wel
kan. „Ze willen zich bewijzen. Er
zijn weinig mensen die na zo'n er
varing ergens in loondienst gaan.
Elk verlies is een krenking. Wij
proberen die krenking ongedaan
te maken, de schade te herstellen."
De Keijser helpt vooral mensen
het verlies van een naaste te ver
werken. Het is de zwaarste catego
rie van verlies lijden. „De dierbare
is onvervangbaar." Van herstel is
geen sprake. Nabestaanden moe
ten in vier stappen over het verlies
heenkomen. Allereerst moeten ze
accepteren dat de dood van hun
geliefde een feit is. „In de accepta
tie zit zoveel boosheid en verzet.
Stamboomonderzoek kan op vrij simpele wijze verzwegen geschiedenissen aan het licht brengen.