Het geluid van drijvende meubelen
Oudejaarsconference lijkt net wat te hoog gegrepen
46 Zaterdag 29 december 2007 PZC
Twee zussen schrijven
familieroman met ramp
van '53 als achtergrond.
door Rolf Bosboom
MIDDELBURG - De twee zussen wer
ken los van elkaar aan hun geza
menlijke romans, maar toch kan
geen lezer reconstrueren wie welk
deel voor haar rekening heeft geno
men. „We schrijven bijna iden
tiek", zegt Reina Crispijn. „We lij
ken toch behoorlijk op elkaar. De
enigen die kunnen zien wie wat
geschreven heeft, zijn onze doch
ters, die zelf ook schrijven."
Het nieuwe boek van Margreet en
Reina Crispijn, Prelude in springtij,
is net uit. Het heeft de watersnood
ramp van 1953 als achtergrond en
speelt zich voor een deel ook in
'De drang om je ten koste
van de ander te profileren
volledig afwezig bij ons'
„Die moest op een gegeven mo
ment naar Margreet toe. Dan bel
ik haar en zeg: 'Hij zit in het kloos
ter, hij is nu voor jou'. Op die ma
nier werkt het heel leuk. Het sti
muleert ook, omdat er steeds van
twee kanten aan het boek wordt
gewerkt. Daardoor komt het van
zelf in evenwicht. Je moet wel te
gen kritiek kunnen, maar gelukkig
is de drang om je ten koste van de
ander te profileren volledig afwe
zig bij ons."
Prelude in springtij begint op 31 ja
nuari 1953. Olivier van Boulogne is
op weg naar een studievriend in
Stavenisse, als hij wordt overvallen
door het noodweer. Hij schuilt bij
een familie en wordt verliefd op
de dochter, die volgens hem spre
kend lijkt op 'een van de engelen
van het altaarstuk van Van Eyck'.
Het huis wordt zwaar getroffen en
als ze de twee zijn gered, raken ze
elkaar kwijt. De latere speurtocht
van Olivier naar zijn geliefde
drukt een stevige stempel op het
boek.
„Je hebt een kader voor het ver
haal nodig, waardoor het meer
diepgang krijgt", zegt Reina Cris
pijn over de keuze voor de waters
noodramp als achtergrond van het
boek. „In het eerste deel was dat
de oorlog en in Melodie der herinne
ring de periode waarin mensen te
rugkwamen uit het kamp. Nu zijn
we uitgegaan van 1953, omdat die
gebeurtenissen ook zo'n enorme
invloed hebben gehad. Je hebt zo
veel te schrijven. Voor het volgen
de deel, het laatste, gebruiken we
de Hongaarse opstand van 1956."
Ze hebben zich goed gedocumen
teerd voordat ze aan de slag gingen
met Prelude in springtij. „Ik heb on
der meer het boek van Kees Slager
doorgewerkt. Daar staan heel na
vrante verhalen in. Het moet echt
vreselijk zijn geweest. Je moet als
schrijver proberen je daarin te ver
plaatsen. Bijvoorbeeld: welk geluid
maken meubelen die gaan drij
ven? We hebben ook dvd's gezien
met oude beelden. Wat me opviel
is dat mensen vooral ingetogen ver
drietig waren. Heel beheerst en
niet dat hysterische dat je vaak
ziet."
Een deel van het boek speelt zich
af in Middelburg. Sommige loca
ties zijn voor Zeeuwen herken
baar, andere juist niet. „Ik noem
bijvoorbeeld het Kuipershofje. Dat
bestaat niet. Die vrijheid hebben
we. Daar is een roman voor. Het
gaat uiteindelijk om het verhaal."
Het boek is verschenen bij de
christelijke uitgeverij Zomer
Keuning, onderdeel van Kok. Op
vallend is de kritiek die in de ro
man doorklinkt op de dominees
van destijds. „Het heeft me altijd
diep getroffen dat dominees zei
den dat de ramp een straf van God
was, terwijl al heel lang een discus
sie liep over de stevigheid de dij
ken. Het is heel dubieus om God
erbij te halen. Dat klopt voor geen
meter. Dat je in een tijd van zoveel
verdriet dat durft te zeggen, klopt
niet met mijn opvatting van al
machtige liefde. Dat vind ik van
zo'n wreedheid getuigen."
Margreet Reina Crispijn: Prelude
in springtij. Uitgeverij Zomer Keu
ning, 16,95 euro.
Zeeland af De roman is het derde
deel in de kroniek van de families
Van Boulogne en Gerlach. Eerder
kwamen Het lied der seizoenen en
Melodie der herinnering - aanvanke
lijk en binnenkort opnieuw sa
mengevoegd tot Het lied van het le
ven - uit. Ook schreven ze Juliana,
gebaseerd op de vierdelige televisie
serie.
De zussen (meisjesnaam: Kroes)
zijn ervaren auteurs, die Crispijn
als gezamenlijk pseudoniem ge
bruiken. Margreet Maljers, ge
trouwd met een man uit Arnemui-
den, woont in Oudorp (Alkmaar)
en publiceert uiteenlopende boe
ken. Dat geldt ook voor haar zus
uit Swifterbant, Flevoland, die
vooral bekend is als Reina Bakker.
Zij heeft enkele jaren in Middel
burg gewoond.
Ze hadden het er al vaker over ge
had om samen een keer een ro
man te schrijven, maar toen een
uitgever in 1999 dat idee opperde,
kwam het er ook echt van. Het
bleek een vruchtbare samenwer
king, ook al werken de twee voor
namelijk gescheiden. Voor hun fa
miliekroniek hebben ze de taken
strikt afgebakend. „Ik richt me op
de stad, Margreet op het platte
land", zegt Reina Crispijn. „Op die
manier bouw je je eigen verhaal."
Ze noemt het voorbeeld van een
onderduiker in het eerste deel.
Toen hij zijn moeder liet weten
dat hij een oudejaarsshow ging
doen, kreeg hij als antwoord:
'Denk je dat je Wirn Kan bent of
zo?' Maikel Harte memoreert het
in het begin van zijn voorstelling.
Natuurlijk weet hij dat hij geen
Wim Kan is, geen Freek of Youp
en zelfs geen Jan Jaap van der Wal.
Wel is hij de voormalige Lamaket-
ta's-voorman en huidige PZC-co-
lumnist die nu misschien wel tot
zijn eigen verbazing wordt geacht
de Zeeuwse balans van 2007 op te
maken. „Ik volg de hype", zegt hij
niet zonder ironie, doelend op an
dere advocaten (Moszkowicz,
Spong, gebroeders Anker) die zich
op het glibberige pad van het amu
sement begeven. „Maar ik doe het
vooral voor de leut."
MAIKEL HARTE
Eindejaarsshow 'Champagne met
een babbelaar'. Gezien: do 27/12,
Stadsschouwburg Middelburg.
door Rolf Bosboom
Het is in elk geval moedig wat hij
doet, maar de kunst van de confe
rence is maar weinigen gegeven.
Harte beweegt zich aan de hand
van berichten uit de krant, die op
een scherm worden geprojecteerd,
door het veelal Zeeuwse nieuws
van het afgelopen jaar: de Goese
politie die een arrestant op hasj-
cake trakteert, het haar - en vooral
het ontbreken daarvan - van gede
puteerde Poppelaars, de atheïsti
sche dominee uit Middelburg en
het peperdure, zelfreinigende
openbaar toilet in Terneu-
zen('Moet u uw gat afvegen, wees
dan snel, want u verdwijnt! Het
wordt de Bermuda-driehoek van
Zeeland').
Het levert enkele rake grappen op,
maar vaak ook blijft het bij een
glimlach. Ronduit flauw is bijvoor
beeld een verhaal over een ver
meende Afrikaanse buitenechtelij
ke zoon van Prins Bernhard. Harte
speelt veelvuldig met taal en
neemt doorgaans een lange aan
loop, waardoor het publiek maar
zelden echt wordt verrast of ge
raakt. Het zijn vooral vuurpijltjes
die hij afsteekt, die als ze eenmaal
na enige voorbereiding het lucht
ruim hebben gekozen, niet altijd
het verwachte schouwspel opleve
ren. Zijn tempo ligt bovendien
laag - Lebbis en/of Jansen zouden
zijn programma er in een half uur
doorheen kunnen jassen - en een
echte rode draad ontbreekt, waar
door het grotendeels een opeensta
peling van grappen blijft. De
oudejaarsconference lijkt (nog)
net wat te hoog gegrepen.
Dat neemt niet weg dat er kostelij
ke stukken in zitten, zoals de imita
tie van het op zich al hilarische ra
dioprogramma 'Zegt u het maar'
van Omroep Zeeland, maar ook
de venijnige reactie op Paul Witte-
man, die inwoners van Zeeland de
nigrerend als 'boertjes' aanduidde.
Harte beheerst bovendien zijn
tekst goed genoeg om te kunnen
inspelen op het laatste nieuws en
op reacties uit de zaal. Bovendien
heeft hij iets ontwapenends, iets
van de gezellige stamgast die sfeer
weet te maken en wie men de flau
we grappen graag vergeeft.
Opvallend is dat hij, toch weer, in
de liedjes - begeleid door 'De Has
ten': gitarist Willem Verbuyst,
drummer Ivo de Zeeuw en toetse
nist Frank van den Berge - op zijn
sterkst is. Zeker als hij de nimmer
opgehelderde moord op een prosti
tuee in Terneuzen op zijn eigen
wijze weet op te lossen.
Maikel Harte speelt zijn eindejaars-
show vanavond nog in het (uitver
kochte) Scheldetheater in Terneu
zen. Omroep Zeeland zendt maan
dagavond delen van de show uit.
Margreet en Reina Crispijn: „De enigen die kunnen zien wie van ons wat geschreven heeft, zijn onze dochters.