Onheilspellende propjes
in de halsslagader
Hinderlijke insecten en andere plaaggeesten
E3
BETEN
STEKEN
en
PZC Maandag 24 december 2007 [69
Met ultrageluid speuren medici naar minuscule propjes in de vaten die naar de hersenen lopen. Die kunnen de voorbode zijn van een herseninfarct.
Een herseninfarct komt
volgens recent onderzoek
even vaak voor als een
hartinfarct. Met ultrageluid
gaan medici op jacht naar
minuscule propjes in de
vaten die naar de hersenen
lopen, de voorbode van
naderend onheil.
door Will Gerritsen
foto GPD
Een bijna onmerkbare klik
klinkt door de ruis. Wer
ner Mess zet het geluid
harder. De ruis lijkt op
golven die komen aanrol
len en het strand likken. Weer dat
bescheiden klikje, maar nu beter
hoorbaar. En niet onschuldig.
Het is het geluid van de bloedbaan
bij de halsslagader, die het bloed
onvermoeibaar naar de hersenen
stuwt. De golfslag is het pulseren
de geluid van de hartslag. Die klik
is foute boel. Een propje, een los
zwevend, minuscuul klein stolsel-
tje, hoorbaar gemaakt met ultrage
luid dat er tegenaan kaatst.
Mess, hoogleraar klinische neuro
fysiologie (Academisch Ziekenhuis
Maastricht, AZM), vertelt over de
propjes, ofwel micro-embolieën.
Hij en zijn medewerkers maken er
jacht op. Ze brengen immers on
heilspellend nieuws: er is mogelijk
een herseninfarct op komst, een
verstopping van een bloedvat in
de hersenen. Dan stokt de toevoer
van zuurstof en voedingsstoffen
naar een deel van het brein. Ge
volg: schade of afsterven.
De micro-embolieën ontstaan bij
aderverkalking, een vernauwing
van een slagader die dicht dreigt te
slibben. Dat 'slib'bestaat uit afval:
dode cellen, cholesterol en opge
hoopte bloedplaatjes, die altijd de
bloedstolling verzorgen. Die afval
hoop wordt door een kapje afgeslo
ten. Scheurt dat kapje open, dan
doen de bloedplaatjes die uit de
wond stromen, hun werk: bloed
stollen. Maar op de verkeerde plek.
In de slagader kan door stolling
een dikke prop ontstaan, die het
bloedvat afsluit. Met alle gevolgen
van dien. Er gaat iets aan vooraf;
door de aanhoudende bloed
stroom en kloppende beweging
van de slagader schuurt het slibsel
permanent tegen de vaatwand en
verliest zo af en toe een minuscuul
deel, de micro-embolie.
Je moet er naar op jacht gaan, stelt
Mess. Bijvoorbeeld bij iemand die
een herseninfarct heeft gehad, een
klein herseninfarct (met minder
ernstige gevolgen voor het functio
neren, zoals een blijvende zwakte
in de arm) of een TIA (kortduren
de uitval van de hersenfunctie,
meestal zonder aantoonbaar let
sel). De kans dat een patiënt in de
weken erop een herseninfarct
krijgt, is circa 15 procent. De aan-
of afwezigheid van micro-embolie
ën lijkt dit in hoge mate te kun
nen voorspellen.
De nieuwste technische ontwikke
ling gaat richting een langdurige
meting met ultrageluid. In urenlan
ge meetsessies is de kans één of
meer microstolsels waar te nemen
veel groter dan in korte tijd. Op
een recent congres in het AZM
werd een draagbaar meetapparaat
(een prototype dat enige gelijkenis
met een koptelefoon vertoont) ge
demonstreerd, waarmee iemand
bijvoorbeeld 8 uur op de aanwezig
heid van micro-embolieën is te tes
ten. Betrokkene blijft gewoon mo
Eerste Hersenhulp
In tegenstelling tot wat veel mensen denken, is een beroerte vaak goed
te behandelen. Dat gebeurt met trombolyse, medicijnen die het stolsel
in het afgesloten bloedvat doen oplossen. De patiënt moet wel razend
snel, liefst binnen een uur, worden geholpen.
De opvang en behandeling in het ziekenhuis moet natuurlijk gestroom
lijnd zijn. Hoogleraar neurologie Martien Limburg (AZM) pleitte onlangs
tijdens een symposium in Maastricht dan ook voor de oprichting van een
Eerste Hersenhulp in regionale ziekenhuizen, waar in samenwerking met
andere ziekenhuizen in de streek de beste behandelingen toegepast kun
nen worden. Net zoals nu ook al Eerste Harthulp in de grotere ziekenhui
zen bestaat.
Herseninfarct massakiller
biel. Ook patiënten die voor vaat-
vernauwing onder het mes gin
gen, moeten met ultrageluid wor
den doorgemeten. De kans dat ie
mand met veel micro- embolieën
in de uren na de operatie een her
seninfarct krijgt, is sterk verhoogd.
Risicopatiënten kunnen met medi
camenten worden behandeld om
een beroerte te voorkomen. Mess:
„We geven de medicijnen liever
niet aan alle patiënten, omdat ze
bijwerkingen kunnen hebben."
Het AZM gaat met andere Europe
Het herseninfarct ontpopt zich steeds meer als massakiller. Hoogleraar
Werner Mess noemt het een belangrijke doodsoorzaak: „Wij zijn altijd van
het idee uitgegaan dat het hartinfarct de meest belangrijke
doorbloedingsstoornis is, maar recent onderzoek toont aan dat beroertes
even vaak voorkomen als hartinfarcten."
Toch hoor je van herseninfarcten veel minder dan van hartinfarcten. Mess:
„Veel aandacht gaat uit naar cardiologie. Niet alleen in Nederland, maar
wereldwijd. Prima hoor die aandacht, maar neurologie loopt er een beetje
achteraan."
Ten onrechte, vindt hij. Wie een hartinfarct overleeft, kan daarna vaak nog
prima leven, al moet er een tandje lager geschakeld worden. „Maar een
herseninfarct tast bij veel patiënten het functioneren als mens aan. Je kunt
bijvoorbeeld je spraakvermogen verliezen, een dramatische verandering."
se ziekenhuizen onderzoeken of
de aanpak vruchten afwerpt. „We
denken dat de theorie van de mi
cro-embolie als voorspeller van
een herseninfarct klopt, maar we
moeten het aantonen."
Waarschijnlijk krijgt werken met
ultrageluid in de toekomst meer
toepassingen dan louter diagnose.
Het is gebleken dat de trillingen
van ultrageluid het afgesloten
bloedvat bij een herseninfarct hel
pen 'ontstoppen'. Als kort na het
infarct het stolsel in het bloed op
lost, kan veel ellende worden voor
komen. Dat ontstoppen gebeurt al
met medicijnen, maar men denkt
dat het effect versterkt wordt met
ultrageluid, eventueel in combina
tie met luchtbellen die in de bloed
baan worden gebracht. Ook deze
methode wordt de komende tijd
door enkele ziekenhuizen, waaron
der het AZM, onder de loep geno
men, met hopelijk gunstige resulta
ten. De 40.000 Nederlanders die
jaarlijks een beroerte krijgen, ho
ren graag een ultrapositief geluid.
door Harm Harkema foto GPD
Er zijn ménsen die een
wesp doodmeppen in de
veronderstelling dat ande
re wespen dan wegblijven.
Foute boel, zo blijkt uit het boekje
Beten en Steken van de Wagening-
se hoogleraar medische en dierge
neeskundige insectenkunde Wil
lem Takken. 'Als een wesp wordt
aangevallen, wordt een geurstof af
gegeven die functioneert als alarm
om hulp voor andere wespen. Al
snel komen andere wespen die
hun in het nauw gedreven zuster
verdedigen. Het is daarom belang
rijk wespen met rust te laten, zo
dat andere wespen wegblijven."
Wetenswaardige info. Daarvan is
er voor de leek veel te vinden in
Beten en Steken. Zo hebben hoofd
luizen altijd honger, nemen per
dag wel vier keer mensenbloed.
Steekmuggen zijn, na één geslaag
de prik, voor drie dagen verzadigd.
Jonge kind die sterk reageren op
de beet van een gewone steekmug
hoeven zich geen zorgen te ma
ken: het lichaam van het kind is
nog niet gewend aan het binnenge-
spoten speeksel van de mug. Na
herhaaldelijke blootstelling treedt
doorgaans gewenning op.
Waarom worden we vooral in de
zomer gestoken? Insecten zijn
koudbloedig, kunnen hun eigen li
chaamstemperatuur niet regelen,
maar wel de temperatuur van hun
omgeving aannemen. Omdat veel
lichaamsfuncties pas op gang ko
men boven een bepaalde tempera
tuur, zijn veel insecten volledig in
rust als het koud is.Pas bij tempera
turen boven de 15 graden worden
de meeste insecten actief. Zo niet
de geringde steekmug, ook wel
wintermug genoemd, omdat het
in onze contreien vrijwel de enige
steekmug is die ook in de winter
actiefis, vaak binnenshuis. Ze is
met een lengte van 8 tot 10 milli
meter wat groter dan haar nichtje,
dat ons 's zomers wakker houdt,
en kan eveneens venijnig steken.
Ze is herkenbaar aan de witte ban
den op de poten.
Een beest dat bij een temperatuur
boven de 5 graden actief wordt, is
de schapenteek. Daarom loopt
men er op zonnige dagen in janua
ri en februari soms een beet van
op. Dan is het oppassen. De scha
penteek komt de twijfelachtige eer
toe het gevaarlijkste kleine beestje
van Nederland te zijn, omdat ze
de ziekte van Lyme kan overbren
gen en dat steeds vaker doet.
Beten en Steken is in de eerste
plaats een handig naslagwerkje,
ook voor degene die de tropen of
subtropen bezoekt. Van in totaal
46 verschillende beestjes (van ordi
naire huis- en stalvlieg tot malaria
mug, giftige duizendpoot en schor
pioen) worden de levenscyclus, de
voedingswijze, de gezondheidsrisi
co's en de mate van overlast be
schreven. Elk voorbeeld is voor
zien van een duidelijke foto, en
een kaartje van het verspreidings
gebied.
Willem Takken: Beten en Steken. Hin
derlijke insecten en andere plaaggees
ten en hun effecten op onze gezond
heid. Tirion Uitgevers. 14,95 euro.
WILLEM TAKKEN
Hinderlijke insecten en andere plaaggeesten
en hun effecten op on2e ge2ondheid
Meest voorkomende soorten Risico's
Ziekten en hun behandeling Preventie