Hagedis is zeldzaamheid
Buitengebied
Kreekrest
overblijfsel
grote geul
De PZC sponsort stichting Het
Zeeuwse Landschap. In Natuur-
journaal gaat hoofd ecologie
Chiel Jacobusse wekelijks in op
wat er aan de orde is in de
Zeeuwse natuurgebieden.
De kleine of levendbarende
hagedis die op de foto hier
boven prijkt, is in Zeeland
een zeldzaamheid. Je vindt
deze snelle dieren in de
Schouwse duinen, op een
aantal zandige dijken op
Schouwen en verder een en
kel exemplaar in de Walcher-
se duinen en in het oosten
van Zeeuws-Vlaanderen.
door Chiel Jacobusse
Een waarneming van een kleine hagedis is in Zeeland
een buitenkansje. Zo is het niet altijd geweest. Een
kwart eeuw geleden krioelde het in de duinen op
Schouwen van de hagedissen en een goed opletten
de wandelaar zag er soms tientallen per uur. Nog 25 jaar eer
der waren hagedissen op heel wat Zuid-Bevelandse dijken
erg gewoon. Ze zaten overal verspreid: van Lewedorp en
Kwadendamme, tot Krabbendijke en Rilland. Ook in de dui
nen van Walcheren en in een groot deel van Zeeuws-Vlaan-
deren was een hagedis een alledaagse verschijning. In de zo
mer dan, want in deze tijd van het jaar zijn hagedissen in
winterslaap.
Wie tegenwoordig een hagedis wil zien kan het beste even
naar Brabant of naar België rijden, want daar komen ze
plaatselijk nog veel voor. Zo zijn er op de Kalmthoutse Hei
de, net over de Belgische grens bij Putte, dichtheden vastge
steld van zo'n 900 dieren per hectare. Dat wil dus zeggen
dat gemiddeld op vrijwel elk vakje van tien bij tien meter
een hagedis verblijft! Dit illustreert hoezeer zeldzaamheid
van een plant of dier een relatief begrip is. De wollige distel
waar we ons hier zo druk over maken staat in Zuid-Frank
rijk talrijk in verstoorde bermen en bij ons uiterst zeldzame
orchideeën als het vogelnestje of de bergnachtorchis zijn
een paar honderd kilometer naar het zuiden heel alledaags.
Om nog maar te zwijgen van allerlei vogels en zoogdieren.
Dat alles roept een vraag op die in het natuurbeheer steeds
weer de kop opsteekt. Moeten we ons wel druk maken over
een wijdverbreide vogel als de steenuil of een plant als de
vleeskleurige orchis, als die elders zo buitengewoon talrijk
zijn? Is het niet eerst en vooral zaak om typisch Nederland
se natuur als grutto's, noordse woelmuizen, helminktzwam-
men en schorzijdebijen te beschermen?
Dat het laatste nodig is zal geen weldenkend mens bestrij
den. Maar of dat reden is om de rest dan maar wat minder
stringent te beschermen is een andere zaak. Ieder onder
deel van het landschap heeft een eigen levensgemeenschap,
ongeacht of het om natuur of cultuurland gaat. Zo'n levens
gemeenschap functioneert beter, naarmate zij completer is.
Een steenuil kan prima leven op een dieet van muizen en
kleine vogels maar als er veel grote insecten als meikevers
en nachtpauwogen zijn, is het voedselaanbod veel ruimer.
Hoe meer variatie, hoe levenskrachtiger en minder kwets
baar een levensgemeenschap functioneert. Het omgekeerde
geldt evenzeer. Een steenuil die in een gebied leeft waar het
voedselaanbod uitsluitend uit muizen bestaat loopt meer ri
sico om te verhongeren dan een steenuil die alternatieven
in de vorm van hagedissen of grote insecten bij de hand
heeft. Maar er is een ander, nog te weinig belicht aspect.
Het feit dat Duitsland veel prachtige oude kastelen heeft en
Engeland fraaie historische kerken, heeft nog nooit iemand
ertoe gebracht om ervoor te pleiten om die in ons land dan
maar prijs te geven aan de tand des tijds. Zeker; we zijn te
recht zuinig op onze molens, maar gemiddeld genomen le
veren we evenveel inspanning om andere historische gebou
wen intact te houden. Dat moeten we dus ook voor hagedis
sen, steenuilen en boerenzwaluwen maar blijven doen. Dat
kost een hoop geld, jawel, maar ach, geld is er genoeg op de
wereld en daarvan kunnen we nog altijd bijmaken.
tekening Adri Karman
Op tal van plaatsen in de provin
cie liggen kreken, meestal resten
van vroegere grote stromen. Eén
ervan is het Bokkegat op
Noord-Beveland. Voordat het ei
land in 1530 langdurig onder water
kwam te staan, droeg het de naam
Wijtvliet. De stroom deelde het ei
land doormidden en was moeilijk
te temmen. Uiteindelijk lukte dat
toch en nu is het een verstild, fraai
stukje landschap met flink wat
natuurwaarden.
PZC Zaterdag 1 december 2007 ]21
foto Chiel Jacobusse