wonen 34 Een m Siergember is altijd laat Na een strenge winter denk je de plant te zijn kwijtgeraakt Jl Watertorens, stations en kerken worden steeds vaker door particulieren gekocht voor bewoning. Niet zo verwonderlijk, aangezien oude watertorens niet meer gebruikt worden, stationsloketten worden gesloten en kerken leeglopen. Alice Plekkenpol zet enkele bijzondere Nederlandse woningen op een rij. PZC Zaterdag 1 december 2007 wonen@wegener.nl 024-3650509 11 JÉ, po O 7s m Z O m 7s De gemberfamilie is groot. Naast de culinaire gem ber, waarvan we de wortelstok eten, bestaan er veel verwanten die niet gegeten worden, maar als tuin plant carrière maakten. Siergembers kan je ze noemen. Bij voorbeeld de Cautleya, een stevige vaste plant uit de Himala ya, die op het eerste gezicht veel wegheeft van een Canna. Aan vlezige, stram rechtop groeiende stengels zijn de blade ren ordelijk gerangschikt. De bloemen, geel met rode schut bladen, doen denken aan die van een orchidee. De bloei duurt niet lang, maar ook de witte zaadomhulsels zijn het aanzien waard. Cautleya's bloeien in de nazomer en sterven na de eerste nachtvorst tot aan de grond toe af Dat maakt het relatief simpel om ze af te dekken, want een winterdek is bij de meeste siergembers aan te raden. Een flinke berg blad be schermt de wortelstokken afdoende tegen vorst. Leg dat blad wel vast, bijvoorbeeld met een net dat u 's zomers ge bruikt om kersen tegen de spreeuwen te beschermen. Ook modernere vormen van winterbedekking zijn geschikt. Piep schuimen bakken isoleren zo geweldig dat u er zelfs een be gonia mee door de winter kan helpen. Zorg er wel voor dat er geen piepschuim afbreekt en in de tuin rondslingert, want piepschuim verteert niet en gaat generaties lang mee. Er bestaan meerdere Cautleya's, maar Cautleya spicata Ro- busta is de mooiste en de best verkrijgbare. Een plant die op een Cautleya lijkt is Roscoea cautleoides. Cautleoides betekent dan ook 'lijkend op Cautleya'. Het eerste deel van de naam verwijst naar de achttiende-eeuwse Engelse botanicus William Roscoe. Roscoea cautleoides wordt zo'n 25 centime ter hoog en bloeit in de voorzomer met grote, lichtgele bloe men. Eén Roscoea maakt weinig indruk, maar de planten breiden zich langzaam uit tot grote pollen en een groep Ro scoea 's is van grote afstand te zien. De lichtgele Roscoea caut leoides bloeit tegelijk met de blauwe klokjesbloem Campanu la portenschlagiana. De twee planten vormen een ideaal duo. Roscoea's gedijen niet op iedere grondsoort. Ze hou den van vruchtbare, humusrijke grond die 's zo mers voldoende vochtig is en 's winters voldoende afwatert zodat de wortelstokken van de planten droog blijven. Het winterdek van afgevallen blad heeft dan ook een tweeledig doel: het beschermt te gen vorst, maar brengt nadat het verteerd is ook de nodige humus in de grond. Wie afgevallen blad op- harkt en het met de vuilnisman meegeeft, is dus niet slim bezig. Of heeft iets tegen humus, dat kan natuurlijk ook. Roscoea cautleoides is niet de vroegstbloeiende siergember, hoewel de bloeitijd de laatste jaren wel van juni naar mei is verschoven. Het seizoen begint met Roscoea cautleyoides Ear ly Purple, die al in april bloeit met paarsrode bloemen. Daar door denk je dat het om een heel andere soort gaat, maar kennelijk is de bloemkleur van deze plant variabel. Ik zag zelfs weieens bloemen die half paars en half geel waren. De laatstbloeiende variëteit luistert naar de goedgekozen naam 'Last Emperor', waarvan de bloemen geel zijn en de bloei tijd in augustus is. Door velen wordt Roscoea purpurea als mooiste soort gezien, met bloemen die variëren van lavendelroze tot wijnrood. Een opvallende plant is Roscoea purpurea Peacock, met knal rode bloemstengels en lila bloemen. Roscoea's komen laat bo ven de grond. Vooral na een strenge winter denk je de plant te zijn kwijtgeraakt. Maar net als je de hoop opgeeft, verschij nen de jonge scheuten alsnog boven de grond. huis Jaloers word je soms op men sen die wonen in een molen, watertoren of ander bijzon der bouwwerk. De meesten kwamen er ooit op soms ver bijsterend simpele wijze te recht. Een oproep in de krant of via funda.nl, waar dat schattige oude kerkje te koop stond. Of door te informeren bij de gemeente of er plannen zijn voor die leegstaan de molen. Sven Alink kon in 2001 voor slechts 100 euro de watertoren van Oldenzaal kopen. Hij heeft er in middels zo veel geld in gestoken, dat hij een paar aardige rijtjeshui zen had kunnen aanschaffen. „En het is nog niet af alles duurt langer dan verwacht." Spijt heeft hij niet. Want verspreid over zeven etages heeft hij van de toren een fraaie woning gecreëerd. Voorlopig wil hij er nog niet weg. „Al zijn er zeker nadelen. Ik heb een tuin van 700 vierkante meter, maar die is niet praktisch in het ge bruik. En een woning als deze kun je evenmin uitbreiden." Heeft Alink een inpandige lift, in Middelburg is het traplopen gebla zen. Ook daar heeft de watertoren woning zeven etages, met vanaf het dakterras een panoramisch uit zicht over een groot deel van Zee land. Op de begane grond huist de makelaar die de toren verhuurt. In- grid Gerritsen van makelaarskan toor De Pagter woonde er zelf een tijd: „Het is prima woonruimte voor een of twee personen. Maar toen ik een kind kreeg, bleek het niet zo handig en ook wat onveilig met al die trappen. Je moet hoe dan ook goed ter been zijn om er te kunnen wonen." De watertoren wordt gemeubileerd verhuurd en dat heeft een praktische kant: de Roscoea cautleoides. foto Romke van de Kaa

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 130