Wederopbouw komt niet van de grond
RÉ
M
v19
iS§P
s g - W. k WW v-
'Het is hij of ik'
PZC Zaterdag 17 november 2007
De militairen van de Johan Wil
lem Frisokazeme in Assen dach
ten in juli voor een opbouwmis-
sie te gaan. In het rustige Deh Rawod.
Toen ze op Camp Hadrian waren gearri
veerd, kwamen er zelfmoordaanslagen,
bermbommen en werden granaten en
mortieren op hen afgeschoten.
Martijn Rosier en Tim Hoogland sneuvel
den in Deh Rawod. „Het is een wonder
dat er niet meer gesneuveld zijn. We heb
ben een engeltje op onze schouders ge
had. Soms is die er zelf nog afgeschoten",
zegt sergeant eerste klas Harm.
Hij is plaatsvervangend pelotonscomman
dant. Van zijn club is iedereen nog heel.
„Dat is mijn grootste zorg. Een vader van
een van de jongens stuurde me een brief
dat we goed op elkaar moeten passen.
Dat is mooi."
De jongens hebben nog een enkele week
te gaan. Voortdurend praten ze over de
terugreis. Ze verlangen naar huis.
Op Camp Hadrian loopt klinisch psycho
loog Barend rond. Bij hem kunnen de mi
litairen terecht met hun problemen. Kun
nen de jongens hun ervaringen tijdens
schietpartijen wel verwerken? „Ja, dat
kan. Ze schieten alleen uit zelfverdedi
ging en dat is geaccepteerd. De een geeft
dat sneller een plekje dan de ander."
Barend heeft diverse jongens gesproken
en behandeld, bijvoorbeeld als ze slecht
sliepen. „Vaak zie je dat ze na de eerste
behandeling alweer kunnen slapen en na
de tweede verlost zijn van hun zorgen."
De wederopbouw in Deh Rawod komt
nauwelijks van de grond. Rondom de Ne
derlandse basis wordt hoofdzakelijk ge
vochten. Regelmatig schieten taliban ra
ketten of mortieren af op Camp Hadrain
of de vooruitgeschoven post Volendam.
Nederlandse militairen antwoorden met
tegenvuur.
de taliban
Af^iraaiAJBib-
ddbSStófifrin
gggspBtekrrefet
NNéetóaJadsfae
rrritil barman.
'W
-
WW
v' - Y
Uruzgan
ghor daikundi
Scherpschutters kijken of ze nog talibanstrijders in de vallei kunnen waarnemen.
Wy CemetaryHilj
Volendam-9!, i
WTarin Kowt
z Deh Camp Hadrian
S Rawod
AFGHANISTAN
200 km
Infographic: ANP
Marcel is geen prater, Mathieu wel. Rick is
een nuchtere Drent uit Smilde, Harm een
nuchtere Groninger uit Siddeburen. Roy (19),
de jongste uit Assen, is een kerel geworden
hier in Uruzgan. Ook Arjen en Lindert zijn in
Uruzgan een hele ervaring rijker.
De groep van het tweede peloton van de Bra-
vocompagnie van het 13e Infanteriebataljon
Luchtmobiel uit Assen is tijdens zijn uitzen
ding diverse keren in gevechten geraakt met
de taliban. Ze zijn in hinderlagen gelopen,
waarbij ze soms op 5 meter afstand een strij
der in de ogen keken.
Allemaal hebben ze mensen neergeschoten.
De vijand weliswaar, maar wel een mens. Ze
wekken niet de indruk er gebukt onder te
gaan.
„Het is hij of ik", zegt Rick die de punt.50 be
dient, het boordwapen op hun Patria, het ge
pantserde gevechtsvoertuig. „Als ik niet
schiet, ga ik eraan of een van mijn maten.
Dan is de keuze niet zo moeilijk." Hij laat de
kogelgaten in het openstaande luik van de ge
schutskoepel zien. Twee links en een rechts.
„Je merkt niet eens dat ze zo dichtbij waren,
zo druk ben je bezig. Later denk je, oké."
Hoeveel talibanstrijders Rick met zijn zware
wapen heeft neergeschoten, zegt hij niet te
weten. „Interesseert me niet. Het zijn wel
dappere vechters. Eén vuurde met een kalasj-
nikov op mij, terwijl ik met de punt.50 op
hem vuurde. Hij dook weg en kwam voor de
tweede keer terug en schoot. Toen heb ik
hem uitgeschakeld." Roy: „We lagen in een
hinderlaag zwaar onder vuur. Ik heb het best
benauwd gehad. Ik zag een gewapende talib
wegrennen. Toen heb ik hem geraakt."
De militairen zijn gehard door wat de taliban
met burgers doen. Ze vertellen over gruwelij
ke martelpraktijken: opgehangen mannen en
jongens, opengereten en onthoofde licha
men.