'We komen terug, en nog eens terug, net zolang tot die deur wel opengaat' Spectrum I v15 PZC Zaterdag 17 november 2007 Gezinscoach Said Tahiri praat met twee cliënten. Waar andere hulpinstanties faalden, boeken gezinscoaches nu succes. „Soms voelen ouders zich totaal niet ver antwoordelijk voor hun kinderen, anderen hanteren weer een harde aanpak. Ook moet je rekening houden met cultuurver schillen. Zo komt het in Marokkaanse ge zinnen regelmatig voor dat een vrouw niet alleen haar eigen kinderen, maar ook an dermans kinderen opvoedt." Daarbij zijn de machtsverhoudingen lang niet zo voorspelbaar als gedacht. Als coach komt Tahiri ook bij Turkse gezinnen waar bijvoorbeeld de vrouw de broek aan heeft en bij Nederlandse gezinnen waar de vrouw niets te zeggen heeft. Daarnaast zoekt hij naar de oorzaken van het wangedrag van de kinderen. Hij obser veert ze op school, op straat en in buurt huizen. Ingrijpen doet hij daar overigens nooit. „Als ik straks weg ben, moet de le raar het ook zonder mij aankunnen." Alle gedragingen worden geanalyseerd met behulp van een gedragsdeskundige. Daarna begint het langzaam inpraten op ouders en kinderen om hun gedrag te ver anderen. „Waar het om gaat, is dat die ouders het gezag weer op zich nemen en het gevoel hebben dat zij hun gezin onder controle hebben. Alle ouders hebben het beste met hun kinderen voor. Zodra ze doorhebben dat zij de toekomst van hun kinderen kunnen verbeteren, dan doen ze het ook." Zo heeft hij in korte tijd succes geboekt bij de alleenstaande 37-jarige moeder Esther Jones en haar vier kinderen. „Bij haar was al snel duidelijk dat de bron van de proble men bij haar lag. Ze nam de verantwoorde lijkheid niet op zich, ging regelmatig op va kantie en liet de kinderen dan alleen ach ter met wat geld." Met name bij de jongste twee kinderen wa ren ernstige problemen ontstaan. De poli tie vermoedt dat ze beiden in een jeugd bende zitten. De jongste van 9, Ernesto, was al negen keer met de politie in aanra king geweest. Vanaf het moment dat de vrouw haar taken als moeder weer op zich nam, ging het snel beter met het gezin. Op basisschool de Kubus waar de 9-jarige les krijgt, wordt Tahiri met open armen ontvangen. Intern begeleidster Jolanda de Bruin zweert bij het systeem van de gezins coaches. „Eindelijk", verzucht ze. „Als er nu wat met Ernesto is, hoef ik maar Saïd te bellen. Hij ziet je nu ook al zitten, hoor", zegt ze tegen de coach, terwijl ze naar het klaslokaal recht tegenover haar ka mer wijst. Ernesto moet altijd afwachten wat er gaat gebeuren: krijgt hij een compli ment of een stevig gesprek? Beide kan, want dat is de manier waarop Tahiri kinde ren bijstuurt. Sinds de coach zich met het gezin be moeit, komt Ernesto weer op school, is er contact met de moeder en is het kind een stuk beter aanspreekbaar op zijn gedrag. Als De Bruin het voor het zeggen had kreeg 10 procent van haar leerlingen zo'n coach. De huidige hulpverlening laat te vaak ste ken vallen, meent ze. „Het duurt allemaal te lang. Sommige hulpverleners bellen me niet eens terug als ik aangeef dat het fout gaat met een kind op school", zegt ze ter wijl de frustratie van haar gezicht is af te lezen. „Er is hier een kind dat niet kan sporten omdat er geen geld voor is in dat gezin. Ondertussen loopt daar jarenlang een maatschappelijk werkster rond. Waarom regelt die dat niet? Daar zijn potjes voor bij de gemeente." Ondanks de vorderingen op school is toch besloten het gezin naar een andere wijk te laten verhuizen. Dit om ieder contact tus sen Ernesto en leden van de jeugdbende uit de buurt te bemoeilijken. „Daarna houdt mijn taak op", zegt Tahiri. Het gezin wordt dan weer overgedragen aan de regu liere hulpverlening. Moeder Jones kan haar vreugde bijna niet de baas. Waar ze aanvankelijk niets van Ta hiri moest hebben, overheerst nu dank baarheid. „De woningbouw kwam laatst langs om te vertellen dat ze al zes maan den lang geen klachten meer hebben ge had. Ook de politie heeft gezegd dat het goed gaat", vertelt de vrouw enthousiast wanneer ze de deur opendoet. In haar woning staan alle spullen al in do zen gepakt. Nog even en ze kan deze flat verlaten. Een flat waar een groot deel van de woningen leeg staat. De groezelige gor dijnen die soms zijn achtergelaten, geven het gebouw een macabere sfeer. Losse planken barricaderen het pad naar haar woning. De vrouw glundert van trots. Voor haar schulden is een oplossing gevonden, de kinderen zitten weer op school en de oudste heeft zelfs een parttime baan. Zelf hoopt ze binnenkort betaald de verzorging voor haar moeder op zich te nemen. Zelfs de vele feestjes die ze voorheen altijd gaf, heeft ze opzij gezet. „Dat komt wel weer als die jongste de deur uit is." Zij en niemand anders heeft weer de lei ding in dit gezin. „Die kleinste laat ik nooit meer alleen zitten", zegt ze tegen iedereen die het maar horen wil. Hij blijft bij haar oudste dochter, haar moeder of hij gaat met haar mee. Dat werkt, al wil de jongen soms wel eens boos worden. In dat geval is een klein zin netje tegenwoordig genoeg om hem te la ten luisteren. „Moet ik soms Said gaan bel len?" Alle namen zijn uit het oogpunt van privacy gefin geerd.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 95