De havik en de
plakkers
Buitengebied
^K""1
Fossielen in
stenen van
glooiingen
De PZC sponsort stichting Het
Zeeuwse Landschap. In Natuur-
journaal gaat hoofd ecologie
Chiel Jacobusse wekelijks in op
wat eraan de orde is in de
Zeeuwse natuurgebieden.
Ons avontuur met de havik
speelde zich afgelopen zo
mer af. Het was toen te
kwetsbaar om er ruchtbaar
heid aan te geven, maar nu
de broedtijd al lang en
breed achter de rug is, kan
het geen kwaad om te vertel
len over onze belevenissen
op het Krammer-Volkerak.
Het verhaal van de havik, de
plakkers en de onweersbui.
door Chiel Jacobusse
Met zijn vieren waren we die dag het water op ge
gaan. In de snelle boot van Het Zeeuwse Land
schap vertrokken we vanuit het schilderachtige
haventje in Dintel-Sas. We zouden die dag in
kaart brengen hoe het ervoor stond met de duinvalleiflora
op enkele van de kunstmatige eilanden die in het Zeeuwse
deel van het Krammer-Volkerak zijn aangelegd. Het was
echt Hollands weer, met het ene moment fraaie zonbesche
nen wolkenluchten en een paar minuten later een loodgrij
ze hemel met striemende regenbuien. De bloemen van par-
nassia, bitterling en moeraswespenorchis zorgden ervoor
dat onze kaartjes goed gevuld raakten met doelsoorten en
ook nestvondsten van onder meer krakeend en zomerta-
ling maakten dat de sfeer niet meer stuk kon.
Varend van eiland naar eiland ontdekten we dat op één van
de eilandjes alle bomen dood leken. Het was half juni, maar
aan de honderden wilgen was geen blad meer te bekennen
en het leek alsof er één of andere ziekte had toegeslagen.
We waren nog op een halve kilometer afstand toen Wan
nes opmerkte dat een nest met een roofvogel erop in de wil
gen te zien was. En inderdaad; op een hoogte van vijf, zes
meter ontwaarden we door de kijker een flink uit de klui
ten gewassen takkennest, met de contouren van een roofvo
gel erop.
Ik weet niet meer of het Ron of Lucien was die als eerste
ontdekte dat het om een havik ging. In ieder geval wisten
we al voordat we de boot bij de oever van het eiland afmeer
den, dat het een havik was. We zagen dat het een bijna vol
wassen jong was, dat af en toe de vleugels ophief alsof het
ieder moment kon wegvliegen. Dat weerhield ons ervan
om al te brutaal dichterbij te komen, maar natuurlijk is er
geen enkele veldbioloog die zo'n moment voorbij laat gaan
zonder de kans voor een foto aan te grijpen. Voor een waar
neming van een jonge havik in het nest moet je normaal ge
sproken een klauterpartij met allerlei ingewikkelde caprio
len maken en dan nog is het maar de vraag of je tussen het
dichte gebladerte wel een volwaardige kans krijgt. Pas toen
de plaatjes geschoten waren keken we eens wat nauwkeuri-
ger rond op het eiland. Binnen de kortste keren ontdekten
we dat een rups verantwoordelijk was voor de deplorabele
toestand van de bomen. Door rupsen van de plakker, een
onopvallende nachtvlinder, was het hele eiland kaalgevre
ten en alleen bomen die rondom in het water stonden wa
ren aan de vraat ontsnapt.
Ondertussen hadden we niet op de lucht gelet en ineens be
gon weer een hoosbui van jewelste. Na een knetterende
donderslag liepen we in looppas naar de boot en ergens
vanonder een zitplaats diepte schipper Ron een groot oran
je dekzeil op. We wurmden ons onder het zeil en zagen
een half uur lang keer op keer de bliksem flitsen door het
oranje van het zeil heen, veelal direct gevolgd door een
knetterende donderslag. We hielden de moed erin door el
kaar voor te houden dat het toch wel heel onwaarschijnlijk
zou zijn dat juist onze bootEen enorme lichtflits, direct
gevolgd door een knallende donderslag en daarna was de
bui abrupt voorbij. We voeren naar het volgende eiland.
Maar al worden we honderd jaar: het avontuur van de ha
vik, de plakkers en het onweer vergeten we nooit meer.
tekening Adri Karman
Niet alleen op de glooiingen van
de dijken is veel te zien, ook de ste
nen zelf tonen tekens van lang ver
vlogen tijden. Vooral in leisteen
zitten duidelijke afdrukken van
planten en dieren, zoals een ver
steende rups in zijn pop. Soms
ook van prehistorische gereed
schappen. Van recente datum en
springlevend is de schaalhoorn
(midden). Bij aanraking zet het
dier in de schelp zich muurvast op
de steen, als ware het een fossiel.
Jonge havik bij takkennest op eilandje in Krammer-Volkerak. foto Chiel Jacobusse
PZC Zaterdag 17 november 2007 1 7