Veel jonge 65-plussers
hebben geen luxe leven
NS Herfsttoer
Het gaat om de
knikkers!
WD veegt CDA de
mantel uit over N57
10 I Donderdag 15 november 2007 PZC
- Keihard aankoopvoordeel
Inruilpremie's tot wel 5000,-
- Keuze uit meer dan 100 nieuwe
auto's en occasions
- Direct en superscherp financieren
Pearyweg 6, 4462 GT GOES, 0113-561812
www.autovermeulen.nl
Niet elke 65-plusser is per definitie kerngezond, ondernemend en kapitaal
krachtig. archieffoto Lex de Meester
Verkeersveiligheid
volgens Statenfractie te
grabbel gegooid.
door Marcel Modde
MIDDELBURG - Het CDA heeft naar
de zin van de WD-Statenfractie
in Zeeland veel te makkelijk de
stekker uit de volledige aanleg van
de N57 op Walcheren getrokken.
De oppositiepartij neemt het voor
al verantwoordelijk gedeputeerde
Toine Poppelaars kwalijk dat hij te
snel de handdoek in de ring heeft
gegooid.
De gedeputeerde heeft daarmee
volgens de WD onterecht het sig
naal afgegeven naar Den Haag dat
Zeeland zich neerlegt bij de weige
ring van de minister de ontbreken
de 20 miljoen euro op tafel te leg
gen. Dat signaal was voor Poppe
laars' partijgenoot in de Tweede
Kamer A. Koppejan aanleiding
zijn poging te staken het plan vlot
te trekken.
In een persverklaring die de pro
vinciale liberalen gisteren liet uit
gaan, krijgt het CDA een koekje
van eigen deeg. Ze betichten de re
geringspartij van 'draaikonterij' in
het debat over de N57 op Veers
grondgebied. „Mede door de hou
ding van gedeputeerde Poppelaars
lijkt het voor dit deel van de N57
nu over en uit."
Het CDA gooit zo de verkeersveili
geheid te grabbel, concludeert
WD-woordvoerster Carla de Pae-
pe. „Het langzaam verkeer (waar
onder veel landbouwverkeer) blijft
gemengd met snelverkeer op een
zeer bochtig tracé met diverse krui
singen." De Statenfractie vreest nu
dat het traject het zal moeten
doen met 'wat lapmiddelen als
een paar extra borden en strepen'
'Het traject zal het nu
moeten doen met wat
lapmiddelen'
en verder geen grote prioriteit
meer zal krijgen.
Poppelaars zei in een reactie dar
de provincie er niet meer geld in
kan stoppen dan al is gebeurd.
„Het is geen onwil, maar het
houdt een keer op." Hij benadrukt
dat de financiële afweging door
het voltallige college is gemaakt.
TE GAST
Prof. dr. G.P.A. Braam is
emeritus-hoogleraar sociologie
aan de Universiteit van Twente
en mederedacteur van het
Tijdschrift voor Gerontologie en
Geriatrie.
door Geert Braam
De commercie stort zich
met toenemende gretig
heid op de senioren in de
maatschappij. Het beeld van de
klassieke hulpbehoevende bejaar
de klopt namelijk in veel gevallen
niet meer. Dat is waar, maar men
moet niet denken dat elke 65-plus-
ser per definitie kerngezond, on
dernemend en kapitaalkrachtig is.
Het is al vijftig jaar geleden. Op de
dorpsschool ging een onderwijzer
die 65 jaar werd met pensioen. Hij
en zijn vrouw hadden er sterk
naar verlangd, want vooral in de
laatste jaren was de omgang met
de kinderen moeilijker geworden.
Er werd met warmte afscheid van
hem genomen en zij verhuisden
naar een andere plaats. Twee we
ken later kwam er in het dorpje
het schokkende bericht dat de
man was gestorven. Na een leven
lang hard werken is dat bitter.
Van soortgelijke gevallen hebben
de meesten van ons wel eens ge
hoord. Maar de tijden zijn veran
derd, zo wordt ons voorgehouden.
De gemiddelde levensduur is in
derdaad langer geworden en oude
ren zijn gezonder. Wij zien dat de
commercie daar graag op inspeelt,
want er valt aan gezonde ouderen
iets te verdienen. Er is een flink
aanbod van dure appartementen,
leuke reizen en antirimpelcrèmes,
ouderen wordt geleerd hoe zij de
overwaarde van hun huis kunnen
verzilveren en er is zelfs sprake
van de bouw van aparte senioren
steden.
Dit alles roept een beeld op van
65-plussers dat florissant is, met
name van de jongsten in die cate
gorie: de mensen tussen 65 en 70
jaar.
Ook wetenschappers laten zich
door dit beeld inspireren. Zij advi
seren om daar geld of arbeid weg
te halen, met name om de kosten
van de vergrijzing te financieren.
Zo heeft de Raad van Economisch
Adviseurs er in de afgelopen zo
mer weer eens voor gepleit om de
AOW-leeftijd in stappen omhoog
te brengen. Dat werd onlangs nog
eens herhaald door de econoom
Lans Bovenberg.
De president van De Nederland-
sche Bank, Nout Wellink, liet zich
ook nog in deze geest uit.
Duitsland wordt bij deze plei
dooien als voorbeeld genoemd. In
dat land is zoiets weliswaar inge
voerd, maar de situatie is daar an
ders omdat de geboortecijfers veel
lager zijn.
Hoe dan ook, de mensen die zelf
tussen 65 en 70 jaar zijn begrijpen
die florissante verhalen niet. Ook
zij zien natuurlijk senioren die fit
door het landschap fietsen, maar
ook hebben zij kennissen en fami
lieleden die getroffen worden door
ernstige ziekten, invaliditeit of nog
erger: de dood.
De vraag is natuurlijk wat de fei
ten zijn. Er zijn nogal wat gege
vens, ook specifiek voor die men
sen tussen 65 en 70 jaar. Zij betref
fen sterfte, ziekte, mantelzorg en
inkomens (cijfers van het Centraal
Bureau voor.de Statistiek).
Volgen wij de mannen die in 1997
een leeftijd van 65 jaar hadden.
Hun aantal was ongeveer 63.000.
Hiervan zijn er op 70-jarige leef
tijd, dus vijf jaar later, 7500 gestor
ven, Dat is een teruggang van r2
procent, anders gezegd: één op de
acht.
Uit een andere berekening volgt
dat er jaarlijks in ongeveer één op
de acht 65-plusgezinnen een sterf
geval voorkomt. Dat wordt meest
al voorafgegaan door een zware
laatste levensfase, waarin de part
ner - ook al niet meer zo jong -
veel zorg moet leveren.
'Zij leven op een slagveld en
duizenden hebben verdriet
om het verlies van partner'
Voor laagopgeleide mensen geldt
dit alles nog sterker. Naar schat
ting sterft van deze mannen niet
één op de acht, maar één op de
vier voor hun 71ste (van de groep
die in 1997 een leeftijd van 65 jaar
had).
Voor vrouwen liggen al die percen
tages iets lager, maar daar doet
zich een ander drama voor. Het
aantal weduwen neemt namelijk
tussen het 65ste en 70ste levens
jaar sterk toe. Waren er in de leef
tijd van 60 tot 65 jaar vijftigdui
zend weduwen, in de leeftijd van
65 tot 70 waren het er bijna zeven
tigduizend.
Vele weduwen hebben ook nog al
wat gezondheidsgebreken. Iets
meer dan de helft heeft een chroni
sche ziekte. Bij lageropgeleiden is
dat veel meer dan de helft.
Al met al is het bestaan voor veel
ouderen omgeven met vele risi
co's. Zij leven letterlijk op een slag
veld en duizenden hebben ver
driet om het verlies van een part
ner.
Ook financieel is de situatie min
der rooskleurig dan vaak wordt
voorgesteld. Weliswaar komen he
le lage inkomens ook op jongere
leeftijd voor, maar rondom het mi
nimum is er een aanmerkelijk ver
schil. Zo heeft bijvoorbeeld 30 pro
cent van de mensen in de catego
rie van 65 tot 70-jarigen een inko
men onder, op of net iets boven
het sociale minimum. Dat wordt
mede veroorzaakt doordat er bo
ven de AOW weinig pensioen is
opgebouwd. Geen wonder dat ve
len van hen geen computer heb
ben. De commentaren daarop zijn
te gemakkelijk. Vaak wordt gezegd
dat de mensen zich op jongere
leedftijd beter bewust moeten zijn
van hun pensioenopbouw. Dat is
echter voor velen onzin, want
voor lage inkomens is het zeer
moeilijk om te sparen.
Dit wordt trouwens in de toe
komst niet anders.
Deze gegevens omtrent sterfte, ge
zondheid en inkomens laten wei
nig twijfel over de kwetsbare situa
tie van de jongere 65-plussers. Ver
hoging van de pensioenleeftijd?
Misschien kent men de boven
staande gegevens niet. En als dat
wel het geval is, is het doodge
woon een wreed voorstel.
Samen 1 dag in het weekend comfortabel
1e klas reizen voor maar €35,-*.
•Kijk op ns.nl
Ga mee