Buitengebied
Tekens van vroeger
in kaart gebracht
v
/h
Wm
-
t h
30 Dinsdag 13 november 2007 PZC
M
sïo/ïx
De stichting Dorp, Stad en
Land brengt de cultuurhisto
rische waarden langs de dij
ken van de Oosterschelde in
kaart. Het is een aanvulling
op de zogenoemde Cultuur
historische Hoofdstructuur
van Zeeland. Op die manier
kan het projectbureau zee
weringen, dat de steenbekle
ding op de dijken versterkt,
beter rekening houden met
dit erfgoed, van stenen
muurtje tot haventje.
-»Vv'
-
Muraltmuurtje op de Oosterschelde bij Burghsluis met op de achtergrond de Plompe Toren
door Rinus Antonisse
foto Dirk-Jan Cjeltema
Zo stiekempjes zijn op en
aan de zeedijken nogal
wat tekens van vroeger te
vinden. Het bekendst zijn
de betonnen muraltmuurtjes. Per
fect om op te mijmeren bij een
mooie zonsondergang, maar be
doeld om de dijk te verhogen.
In de eerste helft van de vorige
eeuw is 120 kilometer aan muralt-
muurtjes neergezet.
Ook bij menigeen bekend, maar
lang niet altijd gezien als cultuur
historisch erfgoed, zijn de oude
(landbouw)haventjes. Zoals de
Oesterput westelijk van Colijns-
plaat en de Rattekaai bij Rilland.
Een boot kan er nauwelijks meer
aanleggen, maar misschien is dat
juist de charme. En niet te verge
ten, figurerend op menige foto of
film, de oesterputten van Yerseke.
Minder bekend, want veilig ver
scholen, is de hollestelle ofwel dob-
be, buitendijks op het schor bij An
na Jacobapolder. Een komvormige
uitholling met een kleibodem, om
ringd door een lage kade. Daarin
valt regenwater, dat nodig was
voor op de schorren weidende
schapen. Deze Bruinisser stelberg
is de enige in Zeeland die zo goed
if. r5
■■GS9SS
Oesterput westelijk van Colijnsplaat
foto Dirk-Jan Cjeltema
Hollestelle op schor Anna Jacobapolder
bewaard is gebleven. De stichting
Dorp, Stad en Land spoort alle ele
menten op, ook die niet zijn aange
wezen als (rijks)monument. Ze
krijgen meteen een bepaalde waar
dering toegekend (zeer waardevol,
redelijk waardevol, waardevol).
Die gaat het projectbureau zeewe
ringen gebruiken bij het uitwer
ken van de plannen voor verbete
ring van de glooiingen op de Oos-
terscheldedijken.
Langs de Westerschelde zijn de
glooiingen afgelopen tien jaar gro
tendeels al verbeterd, in de Ooster
schelde moet het werk nog groten
deels worden uitgevoerd. Daar zijn
zeven dijkvakken klaar. En pas nu
worden de cultuurhistorische ele
menten op een rij gezet. Werd
daarmee door het projectbureau
zeeweringen tot nu toe dan geen
rekening gehouden?
„We hebben er altijd naar geke
ken", verzekert Joris Perquin. „Met
als uitgangspunt: waar mogelijk de
cultuurhistorische elementen be
houden. We bekeken dat steeds
per dijktraject. De provincie heeft
om een totaalbeeld gevraagd. Dan
kun je beter afwegen of iets per se
behouden moet blijven. We zien
de voordelen van zo'n totaalbeeld
wel in en daarom is de stichting
Dorp, Stad en Land aan de slag ge
gaan."
Hij tekent aan dat de cultuurhisto
rische elementen langs de Wester
schelde wat dunner gezaaid zijn
foto Ron Brouwer
dan langs de Oosterschelde. Be
houd van het fort Ellewoutsdijk
was geen enkel punt. Het oude
landbouwhaventje daarentegen is
bewust gespaard, al is bij de herin
richting van het havenplateau
even minder gedacht aan de histo
rische situatie. Soms gaat er wel
eens wat mis.
Perquin en zijn collega Roy van de
Voort vertellen dat al wat voorbe
reidend werk is gedaan. Ter hoog
te van Viane en de Plompe Toren
op Schouwen-Duiveland is onder
zocht hoe stevig de muraltmuur-
tjes daar in de dijk staan. Na drie
kwart eeuw nog altijd prima: er
zijn geen holle ruimtes onder ge
vonden. Dat gaat niet op voor de
muraltplaten ter hoogte van de
Gouweveerpolder en het Zierikzee-
se havenkanaal. Die zijn niet meer
bruikbaar.
Plaatsing op de lijst betekent niet
automatisch instandhouding. De
veiligheid moet gewaarborgd zijn
en ook de kosten spelen een rol.
Zo worden waar mogelijk ouder
wetse basaltblokken opnieuw ge
bruikt, maar de kwetsbare Vil-
voordse steen verdwijnt (behalve
op nollen en dammetjes). Alle ob
jecten die het etiket 'zeer waarde
vol' krijgen, blijven behouden.
Het projectbureau vindt dat bij
een afweging ook de gemeenten
en het waterschap betrokken moe
ten worden. En zonodig een duit
in het zakje kunnen doen.
EEES
NAMEN
De Lente/Oud Vrijberghe
In de naam Vrijberghe zie je
als het ware de hele ontwikke
lingsgang van de Zeeuwse ei
landen voorbijtrekken. Ooit,
in het grijze verleden, was
Vrijberghe niets anders dan
de naam van een strook
schorren en slikken, slechts
bewoond door krijsende
meeuwen en blaffende zee
honden, ergens in het noord
oosten van Zeeland.
Later werden die schorren in
gedijkt tot een eiland(je), dat
een heerlijkheid was met de
naam Vrijberghe. Het lag inge
klemd tussen de Pluimpot en
de Vosvliet op Tholen. In
1530 overstroomde het voor
goed.
Oud Vossemeer kwam er uit
eindelijk voor in de plaats;.
Het heersende geslacht ter
plaatse noemde zichzelf ook
Vrijberghe en groeide in Tho
len uit tot grote naam en
faam. De Oost en Wést Vrij-
berghpolder waren van hen
en verder nog vele andere
honderden hectaren, overal
op Tholen.
Zo ook onder meer de Vijf-
tienhonderdgemetenpolder
en de Hikkepolder. In de laat
ste polder staat de hoeve Oud
Vrijberghe als bewaarder van
hun regentennaam. In de Vijf-
tienhonderdgemeten polder
ligt de boerderij De Lente, die
ook heel lang in het bezit is
geweest van de Vrijberghe's.
Volgens overlevering (nooit
bevestigd of bewezen) zou
den de Vrijberghe's in het
zuidwesten van Tholen ooit
vier boerderijen bezeten heb
ben, genoemd naar de vier
jaargetijden. Hoe dan ook, de
historie van De Lente was
niet altijd even lieflijk. Waar
schijnlijk gebouwd in de ze
ventiende eeuw (het jaartal
1772, aangebracht op de eind
gevel van het woonhuis moet
een verbouwing zijn ge
weest), maakte de Lente - en
zijn voorgangers - alle over
stromingen mee. Dat waren
er tussen 1421 en 1628 maar
liefst negen.
De hoeve staat er nog steeds
mooi en lenteachtig bij in het
landschap. In tegenstelling tot
het geslacht Vrijberghe; dat is
inmiddels uitgestorven.
Gerard Smallegange