v13 PZC Zaterdag 10 november 2007 Bisschop Muskens: „Die traagheid waarmee je binnen de kerk veranderingen kan doorvoeren, kan mij soms irriteren. Dit is de kracht, maar ook de zwakte van de kerk." nadering tot de islam. Geïnspireerd door zijn jaren in Indonesië, waar 90 procent van de bevolking islamitisch is, vindt Mus kens dat katholiek Nederland zich opener moet opstellen naar moslims. Wat de bis schop betreft, kunnen we God Allah noe men en wordt het Suikerfeest een nationa le feestdag. „Laten wij tweede pinksterdag inleveren. Voor katholieken is dat een extra vrije dag om lekker naar het strand te gaan. Dat heeft helemaal niets meer te maken met religieuze beleving. Voor moslims is het Suikerfeest dé religieuze feestdag. Het zou een prachtig gebaar zijn als dat in Neder land een verplichte vrije dag wordt." U blijft een roepende in de woestijn. Uw idee krijgt nauwelijks bijval. „Het is ongelofelijk hoe bekrompen wij in deze Hollandse polder hiermee omgaan. In Indonesië waar bijna iedereen moslim is, zijn Kerstmis en zelfs Hemelvaartsdag nationale feestdagen. Een aparte vrije dag voor dat handjevol christenen! In Neder land doen we moeilijk over de grote groep moslims die hier woont! Onbegrijpelijk. Nederland is een eenzijdig, klein land, met één taal, dat nauwelijks openstaat voor an dere culturen. Het ontbreekt ons aan so ciaal gemak om met migranten om te gaan. Dat moet je durven, dat moeten we leren, maar we laten ons regeren door angst. Dat bleek toen ik zei dat we God ook Allah kunnen noemen. Religieus Ne derland viel over mij heen. Terwijl christe nen in Indonesië, maar ook katholieken in Malta en de Palestijnse christenen in Naza reth of Bethlehem, God gewoon Allah noe men. In de Hollandse polder doen wij net alsof de naam van God tot ons culturele erfgoed behoort. Ongelofelijk." Die toenadering tot de islam, wat wilt u daar mee bereiken? „Ik denk dat Marokkanen en Turken zich dan beter thuis voelen in Nederland. Dat leidt tot meer rust en vrede in de samenle ving. Er ontstaat een betere verstandhou ding tussen moslims en niet-moslims. Te gelijkertijd moeten moslims ook meer moeite doen om zich te verdiepen in de westerse cultuur." De kansel zal hij missen, zegt Muskens, als hij zich straks te rugtrekt in het klooster van de benedictijnen in Teteringen. Zijn ideeën kan hij niet meer spuien. Hij speelt geen rol meer in het publieke debat. „Ik heb alleen contact met de buitenwe reld als er iemand bij mij op bezoek komt", mompelt de bisschop. Het Acht Uur-journaal, dat zal hij wel mogen zien, verwacht hij. Misschien nog een keer een documentaire op de Amerikaanse zender National Geographic, maar dan houdt het toch wel op. Het reizen zal hij missen, mijmert de bis schop. Vanaf de jaren zeventig had hij een auto met chauffeur. Hij was zo'n type dat graag op de weg zit. Zelfs zijn sigaar die hem geestelijk rust geeft, moet er aan gelo ven. Dat genot verdraagt zich niet met het sobere leven van de monniken. Ondanks het gemis van de aardse geneug ten, is Tiny Muskens klaar voor de voorbe reiding op de dood. Praktische zaken heeft hij al tot in detail geregeld. Bij leven en welzijn wil hij op 11 december 2010 het 'sa crament voor de zieken' ontvangen. Dan wordt hij 75 jaar en dan is het, wat hem be treft, mooi geweest. In de kist draagt hij zijn monnikenhabijt. Hij wil worden bijgezet in het graf van zijn vader en moeder op de begraafplaats in het Brabantse Elshout, zijn geboorte dorp. „Met een gerust geweten ga ik nu het ge loof voor mezelf belijden. Door meditatie, stilte en gebed concentreer ik mij op de eeuwigheid. 'Laat nu Heer uw dienaar in vrede gaan, want ik heb het heil aan schouwd dat Gij voor alle volkeren bereid hebt'." De bisschop dooft zijn sigaar. Hij is klaar met het leven.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 85