Verloskundige, M/V
£lx ba'ans
Donderdag 8 november 2007
Hij is 57, zij 30 jaar oud. Allebei zijn ze geboren verloskundigen en sinds 2001 collega's
in de kring Westelijk West-Brabant en Tholen. Een dubbelgesprek.
Ton Wennekers fill
studeerde in 1975 af lm
aan wat toen nog de Kweek- 1
schooi voor Vroedvrouwen heette,
in Rotterdam. Daarna gaf hij 22 jaar
les aan aankomend verlos- en (kraam-
verpleegjkundigen, gedeeltelijk in
combinatie met zijn werk als verlos
kundige in Steenbergen en
omgeving. Sinds 2001 is Ton
V fulltime verloskundige.
Anke van Meer
studeerde in 1999 af aan de
Rotterdamse Opleiding voor
Verloskunde. Zij volgde colleges
van onder anderen Ton. Anke is
geboren, getogen en werkzaam
als verloskundige in Bergen op
Zoom en omgeving.
Is de opleiding tot verloskundige
veel veranderd sinds de jaren '70?
T. O, enorm! Kijk alleen maar eens naar de praktijk
stage van toen: veertien dagen, en dan ook nog pas
in het derde, laatste studiejaar.
A. Dat is nu wel even anders. De opleiding duurt
tegenwoordig vier jaar, met in totaal 76 weken stage.
T. En die zijn ook nodig. Vroeger werd je heel klinisch
opgeleid. Het opleidingsinstituut had zijn eigen
kraamkliniek en thuisbevallingen maakte je nooit
mee. Terwijl het doen van thuisbevallingen je juist
zoveel zelfstandiger maakt. Daar staat, in tegenstel
ling tot in een kliniek, echt niet altijd iemand paraat
met hechtmateriaal, steriele handschoenen of een
schoon matje.
A. Je doet bij een thuisbevalling in principe alles zelf,
moet altijd vooruit denken. Soms is de kraamverzorg
ster er nog niet, of er is geen tijd meer om nog naar
het ziekenhuis te gaan. Soms bevallen er drie cliënten
min of meer tegelijk. Dat vraagt om inschattingsver
mogen en handigheid, en daar moetje ingroeien. Dat
kost tijd.
T. In een thuissituatie maak je natuurlijk van alles mee.
Daar zijn nu eenmaal geen verstelbare bedden, de
meeste zijn gewoon hartstikke laag. Dus dan ga je
improviseren, met bierkratten en zo. Vaak sta je in een
onmogelijke houding te hechten. Dat voel je wel in je
rug, hoor.
Jullie hebben ook veel cliënten van allochtone
afkomst. Hoe kijken die tegen een mannelijke
verloskundige aan?
T. De mensen weten dat er in onze praktijk een man
werkzaam is. Het komt maar zelden voor dat we cli
ënten om die reden doorverwijzen naar een andere
praktijk. De lichamelijke aanraking werd vroeger vaak
niet getolereerd. Kreeg ik van alles naar mijn hoofd
geslingerd door de mannen, tijdens het inwendig
onderzoek bijvoorbeeld.
A. Tegenwoordig ligt dat echt heel anders. De meeste
vrouwen die bij ons bevallen zijn van de tweede en
soms zelfs derde generatie. Die doen niet moeilijk
over een mannelijke verloskundige. Zij zijn vaak mon
dig genoeg en een stuk minder afhankelijk van hun
man dan vaak wordt verondersteld. Ook met vrouwen
die pas bij hun huwelijk naar Nederland zijn gekomen
is er geen probleem, als de echtgenoot maar zijn toe
stemming geeft.
T. De opstelling van de allochtone mannen is in de
loop der tijd totaal veranderd. Vroeger zag je ze niet
of nauwelijks als de bevalling echt op gang kwam, nu
zijn ze er de hele tijd bij.
A. Een heel groot percentage van de allochtone
zwangeren bevalt ook gewoon thuis, en hun mannen
zijn er om hen te steunen. Zo Nederlands als het maar
kan dus.
In jullie regio kiezen nog altijd veel vrouwen
voor een thuisbevalling. Hoe verhoudt zich dat
tot andere delen van Nederland?
T. Van collega's in het midden van het land hoor ik
dat de meeste vrouwen in principe poliklinisch
bevallen van hun eerste kind. Prima hoor, vrijheid,
blijheid. Maar wij promoten de thuisbevalling heel
sterk en na een goede ervaring gaan vrouwen daar
in de meeste gevallen ook een volgende keer weer
voor. Thuis bevallen, zoals we dat in Nederland ken
nen, is beslist een luxe. Want in de meeste landen ga
je standaard naar het ziekenhuis, waar je toch wordt
geleefd.
A. In je eigen omgeving, waarin je je veilig en com
fortabel voelt, beval je gewoon het best. Geen onno
dig gesjor aan je lijf, er wordt goed voor je gezorgd,
wij ruimen de rommel op en na afloop lig je meteen
lekker in je eigen bed.
Is er verschil tussen zwangeren uit de stad
en van het platteland?
A. Plattelandsvrouwen zijn wat nuchterder dan vrou
wen uit de stad. Ze maken zich minder snel zorgen,
hoeven geen extra echo's, komen niet paniekerig op
het spreekuur met alarmerende internetartikelen en
willen ook vaak het geslacht van hun ongeboren baby
niet weten.
T. Zonder twijfel speelt bij velen ook het geloof daar
in een rol. Ze nemen hun zwangerschap en kindje
zoals het komt. En ze leven dichter bij de natuur, die
zich nu eenmaal niet laat dwingen.
A. De ongedwongen hartelijkheid van de plattelands
bewoners is ook altijd weer een feest.
T. Inderdaad, geweldig. Uiteraard kom je altijd achter
om, de voordeur zit er puur voor de sier. In de vaak
grote gezinnen zit ik soms al voor de vijfde of zesde
keer aan de cake met slagroom en muisjes. Nee, geen
beschuiten. Grappig, eigenlijk.
Kiezen jullie in een volgend leven weer
voor de verloskunde?
In stereo: Absoluut!