Rekenmachientjes zijn er nu eenmaal Het ontbreekt aan bevlogen wiskundeleraren KG nil IC G G Wie wordt de beste rekenaar? PZC Zaterdag 27 oktober 2007 1 1 cM wij MAK^N a eg tevens CP ATTENT PAT T6 &06s heT A6frrep.ST£ P5et VAN P£ze£a5 wcRPT AR^eKoppea? PZC doet voor eerste keer mee aan Groot Bartjens Rekendictee Lezers van de PZC kunnei via de website www.pzc.n van tot en met 14 novem ber meedoen aan het Groot Bar tjens Rekendictee. De strijd gaa om de titel Beste rekenaar van Ne derland. Het Groot Bartjens Rekendictee bestaat uit 14 vragen uit het zoge naamde koopmansrekenen. Ze ver gen inzicht en gaan wat verdei dan een sommetje als 1+2=3. De opgaven moeten in een bepaal de tijd worden gemaakt, waarmee de deelnemers punten kunnen sco ren. Zo ontstaat een ranglijst. De beste vijf Zeeuwse deelnemers gaan naar de finale, die vrijdaga vond 23 november plaatsvindt in Hogeschool Windesheim in Zwol le. De opzet van het Rekendictee i? dit jaar groter dan ooit. Vi. www.Kennisnet.nl kunnen all< scholen voor voortgezet onderwij in ons land meespelen. De lezer van de Provinciale Zeeuwse Cou rant, dagblad De Limburger/ Lim burgs Dagblad en dagblad De Sten tor kunnen via de site van hun ei gen krant meedoen. Hf www.pzc.nl Jan Terlouw, voorzitter van jury Groot Bartjensdictee. door Michael Amsman T an Terlouw is voorzitter van de I jury van het Bartjensdictee. Op 23 november mag hij in Zwolle de beste hoofdrekenaar van Neder land huldigen. Of Terlouw de breed gevoelde zorgen over het ni veau van het rekenonderwijs deelt? „Om eerlijk te zijn merk ik bij mijn kleinkinderen niet dat het er zo slecht mee is gesteld. De helft van drievierde kunnen ze gewoon uitrekenen." Maar inderdaad, er werd in zijn ba sisschooltijd meer verlangd. Aan de uitnodigingen die hij krijgt voor spreekbeurten ziet hij precies tot welke generatie de schrijvers behoren, zegt Terlouw. „Een brief van een studentenvereniging be vat veel meer fouten dan een brief van de katholieke vrouwenvereni ging uit Rolde, om maar wat te noemen. Met haar Mulo-diploma uit 1964 kan die mevrouw beter spellen en formuleren dan onze aanstormende academici." Zo is ook de Tekenvaardigheid afge nomen, zegt Terlouw. „Maar of dat nou zo erg is... Die rekenma chientjes zijn er nu eenmaal, het is niet realistisch om die op scholen uit te bannen. Als ik op reis ga, tik ik het adres in de TomTom, in plaats van dat ik het op de kaart opzoek, wat goed zou zijn voor mijn geografische kennis." Toch mogen we van iedere Neder lander een zekere basisvaardigheid verlangen, zegt hij. „Als je niet eens meer een staartdeling kunt maken op papier, dat vind ik te ver gaan. Een student aan de Pabo moet natuurlijk moeiteloos de stof van een basisschool aankunnen." Dat is vaak niet het geval. Veel on- derwijzers-in-spe blijken moeite te hebben met de rekensommen die 10- of li-jarigen krijgen voorge schoteld. Een gevaarlijke ontwikke ling, vindt Terlouw. „Onderwij zers moeten de vonk laten over springen. Ik heb tijdens mijn stu- Ik had tijdens mijn studie wiskunde ervaringen van ontzaglijke schoonheid die wiskunde ervaringen van ont zaglijke schoonheid gehad. Als in eens het inzicht door je heen spoelt, als je de doorbraak van oude denkers ervaart... Prachtig." Na zijn studie wis- en natuurkun de aan de Universiteit van Utrecht deed Terlouw dertien jaar onder zoek naar thermo-nucleaire proces sen. Hoewel hij de fysica als een 'prachtig vak' ervoer, ging Terlouw eind jaren zestig twijfelen: wilde hij dit nog dertig jaar doen? Eigen lijk niet. „Maar wat dan wel, hè. Er zijn twee dingen die ieder mens kan proberen: schrijven en de poli tiek. Dat ben ik maar gaan doen." Niet zonder succes. Zijn boeken zijn tientallen malen herdrukt en vertaald, zijn politieke talenten brachten hem het ministerschap. Op zijn 75ste zit hij niet achter de geraniums: hij reist het hele land door voor lezingen, is voorzitter van een handvol commissies en leidt over vier weken het Groot Bartjens Rekendictee. „]a, wat zal ik daar eens gaan zeg gen..." Het wordt in ieder geval geen zuur verhaal over dat vroeger alles beter was, belooft Terlouw. „Allicht kan de jeugd minder goed rekenen, maar daarvoor zal wel iets in de plaats zijn gekomen. Ze beheersen zaken die wij niet be heersten." Vreemde talen misschien? Geen volk schijnt zoveel talen te spreken als het Nederlandse. „Nou... daai valt wel wat op af te dingen. Wt spreken inderdaad beter Engels o Duits dan de Fransen, maar wal hebben we daarin te melden? Dt Franse jeugd heeft veel meer ken nis over bijvoorbeeld literatuur er. filosofie." Bartjens Rekendictee Het Groot Bartjens Rekendictee, 1 t/m 14 november via ww.pzc.nl Oud-wiskundeleraar Jaap Vedder legt vinger op zere plek. door Michael Amsman Jaap Vedder, voorzitter van de Nederlandse Vereniging tot Ont wikkeling van het Reken/ Wis- kunde-onderwijs legt de vinger op de zere plek: mensen zijn niet en thousiast voor rekenen. „Het ontbreekt in Nederland na melijk aan bekwame en bevlogen leraren." Vedder, oud-wiskundele raar en voorzitter van de Stichting Bartjens Rekendictee: „Onderzoe ken wijzen uit dat veel Pabo-stu denten niet eens het rekenniveau van groep 8 beheersen." Hij is ech ter hoopvol gestemd: „Het heeft tijd nodig, maar er is een inhaal slag gaande. Op de Pabo's is nu veel meer aandacht voor de basis vakken rekenen en taal. Het lukt niet meer om met onvoldoende re kenvaardigheden door de oplei ding te glippen." De rekenmethode van Willem Bar- Bij de groente- en fruitstal zie je jonge mensen die heel snel kunnen hoofdrekenen. tjens, die twee eeuwen lang op la gere scholen werd gebruikt, is nu zelfs voor volwassenen te com plex, constateert hij somber. Dat een kind van to in 1910 beter kon rekenen dan een kind van 15 in 2007, dat geeft toch te denken. Maar hij ziet ook positieve dingen: „Op de markt ben ik steeds gefasci neerd hoe je bij de groente- en fruitstal geholpen wordt door vaak jonge mensen, die razend handig uit hun hoofd optellen." Toch, je zou ze de kost moeten geven, de onderwijzers die liever in hun ogen 'maatschappelijk relevantere' kwesties aanpakken. Met een beet je creativiteit en enthousiasme kan het rekenniveau in Nederland een stuk worden opgekrikt, bedoelt Vedder. „Nederland doet het inter nationaal gezien best goed, maar veel leerlingen kunnen nog veel beter." Het Bartjens Rekendictee kan daar een rol in spelen, denkt de Zwolse wiskundige. „Het moet uitdragen dat rekenen gewoon hartstikke leuk en nuttig is."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 11