Winterhard uit Zuid-Afrika
v42 1
Zaterdag 27 oktober 2007 PZC
<*S»
TUINEN
door Romke van de Kaa
Het hangmandje heeft
een mooie toekomst
voor de boeg
Bij de herkomst van bloembollen denken wij meestal
aan Iran, Turkije en Afghanistan en niet aan Zuid-Afri
ka of Zuid-Amerika. Toch komen ook daar veel bolge
wassen voor. Een voorbeeld zijn de 'klavertjes'-soorten Oxalis
die je tegenwoordig vaak in hangmandjes tegenkomt. Ook in
de volle grondstuin duiken ze op. Omdat we nu al een tijd
geen strenge winters meer hebben gehad, denken we dat deze
sierklavers winterhard zijn. Vooral de rozebloeiende Oxalis ro
sea blijkt op droge plaatsen in de tuin de winter door te ko
men.
In Zuid-Europa kun je zien wat er gebeurt, als Qva/is-soorten
de winter overleven. In Spanje en Portugal zijn er veel verwil
derd en zijn ze met geen mogelijkheid meer uit te roeien. In si
naasappelboomgaarden op Sicilië zag ik dit vootjaar hoe de ci
troengele Oxalis pes-caprae de grond onder de bomen volledig
bedekte. De miljoenen gele bloemen kleurden mooi bij de
oranje sinaasappelen, maar je moet er niet aan denken dat dit
klavertje hier winterhard zou zijn. Inmiddels is het tot het zui
den van Engeland opgerukt. Alleen al in Zuid-Afrika komen
een kleine driehonderd soorten Oxalis voor. Het hangmandje
heeft dus nog een mooie toekomst voor de boeg.
Een ander Zuid-Afrikaans bolge
was dat hier en daar in tuinen
opduikt is de Tulbaghia, ge
noemd naar een achttien-
de-eeuwse Nederlandse gouver
neur van de Kaapkolonie, Rijk
Tulbagh. In het Zuid-Afrikaans
wordt Tulbaghia capensis 'wildeknoffel' genoemd en die naam
geeft aan in welke richting we het moeken zoeken: de Tulbag
hia is nauw verwant aan de familie van de Alliums, waartoe
ook de knoflook behoort.
De Tulbaghia, die bij goedgesorteerde verzendhuizen van
bloembollen wordt verkocht, is zo'n plant waarvan je niet
weet of je hem nu in een pot moet planten of in de volle
grond. Het hangt er een beetje vanaf hoe die volle grond eruit
ziet. Veel bolgewassen die net niet, of net wel winterhard zijn,
overleven de winter in
goedgedraineerde grond,
terwijl ze het niet redden
in grond die 's winters
nat is. Zandgrond is in dit
geval dus beter dan veen
of klei. Wie Tulbaghia's
in potten kweekt, doet er
goed aan om een pot
grond samen te stellen
die voor eenderde uit
scherp zand of fijn grind
bestaat.
Het is geen verspilde ener
gie om het de Tulbaghia
naar de zin te maken,
want het is een sierlijke
plant. Uit een flinke toef
grasachtig blad verschij
nen lange stengels die be
kroond worden door tros
jes stervormige bloemen,
hoewel de bloemen van
Tulbaghia capensis meer
op mininarcissen dan op
sterren lijken. Die van de
soort die je het meest te
genkomt, Tulbaghia viola-
cea, lijken inderdaad op
paarse sterren. Deze plant heeft een lange bloeitijd, van mei
tot september. Door de stengels met uitgebloeide bloemen
weg te snijden, verschijnen er steeds weer nieuwe.
Tulbaghia capensis is nog niet zo heel lang in cultuur en het is
dan ook moeilijk te zeggen hoeveel vorst de plant nu eigenlijk
verdraagt. Zolang het minder dan 10 graden vriest, is er in ie
der geval geen vuiltje aan de lucht. Ook als potplant, bijvoor
beeld op het terras, kun je aan Tulbaghia's plezier beleven. Zet
ze in een aardewerken pot en meng niet alleen wat grind door
de potgrond, maar dek die er ook mee af zodat hij langer voch
tig blijft. Want de wildeknoffel is een plant die 's zomers nat
en 's winters droog wil staan.
Net als een Agapanthus, die ook uit Zuid-Afrika komt, kan een
Tulbaghia het beste om de drie jaar worden gescheurd, waarna
de stukken weer in verse potgrond worden opgepot. Een enke
le keer kom je de bontbladige variant van Tulbaghia uiolacea te
gen: 'Silver Lace' - een elegante plant, maar minder winter
hard dan de gewone groenbladige soort.
Tulbaghia violacea.
foto Romke van de Kaa
Grote fotoHet douchepaneel Moonlight
van Hansgrohe.
Inzetje: Een stoomcabine met
gekleurd licht.
Foto rechts: Een buitenspa.
Foto rechtsonder: De Finse binnensauna
Escargot.