Onderwijs
In de dienst studeer je
met een salaris
,N
PZC Woensdag 3 oktober 2007 1 7
Op het Kasteel in hartje Breda staat de Nederlandse
Defensie Academie. Of liever gezegd: de KMA, want zo
staat de opleiding voor officieren bekend. Het is niet alleen
een studie, maar al meteen een baan. En een zware ook.
Ondanks Afghanistan en Irak ontvangt de Academie nog
steeds meer aanmeldingen dan er plaatsen zijn.
door Michiel van den Broek
foto's Frank Poppelaars
Plotseling duikt een veertig
tal jongeren op vanuit de
kasteelpoort en rent naar
het voorterrein. Binnen
een minuut staan ze, in spijker
broek en T-shirt, in het gelid. Nog
niet perfect, maar wel vol enthou
siasme. Een nieuwe lichting rekru
ten meldt zich, bijna driehonderd
verse officieren in opleiding. Wel
kom op de KMA.
De Opkomst heet deze dag offici
eel. Twee keer per jaar arriveert:
een nieuwe groep studenten. Dat
wil zeggen: cadetten. Want heel an
ders dan studenten in de zoge
naamde burgermaatschappij, teke
nen ze een arbeidscontract. Ze
gaan niet alleen 'de dienst' in, zoals
defensie intern wordt genoemd, ze
treden ook in dienst.
Wie de studie afmaakt, heeft gega
randeerd een baan. Maar al tijdens
de opleiding bedraagt het salaris
zo'n negenhonderd euro per
maand, netto. En dat loopt tijdens
de studie op tot vijftienhonderd eu
ro.
Een paradijsje? Zeker niet, stelt ma
joor John Janssen, verantwoorde
lijk voor communicatie bij de
KMA.
„Er wordt heel wat van de cadet
ten gevraagd. In medisch, psycholo
gisch en fysiek opzicht verwachten
we dat ze topfit zijn. En vergeet
het sociale aspect niet. We maken
een hechte groep van deze men
sen, door ze continu bovenop el-
kaars lip te plaatsen. De nieuwe ca
detten gaan meteen drie weken op
bivak, volledig afgesloten van de
buitenwereld. Geloof me, dat is
niet eenvoudig voor ze. Maar daar
na horen ze er wel bij."
Janssen geeft een korte rondleiding
over het KMA-terrein, een kasteel
in het centrum van Breda. Het ge
bouw ademt historie. Oude tradi
ties dwingen respect af voor de ve
le voorgangers. In de stenen toe
gangspoort staan vele namen ge
krast van afgestudeerden. De ron
de klinkers op het grote voorter
rein mogen ze niet betreden, al
leen de paden. Alles heeft een prak
tische reden of een historische be
tekenis.
Je zou bijna vergeten dat dit het to
neel is van een hbo- en wo-oplei-
ding. Wie een havo-diploma heeft,
kan zich aanmelden voor de korte
officiersopleiding. Die duurt ander
halfjaar en leidt op tot de eerste of-
ficiersfünctie: pelotonscomman
dant.
Met een vwo-diploma kun je di
rect instromen in de militair-we
tenschappelijke opleiding voor ho
gere officiersrangen. Daarvoor ben
je vier tot vijfjaar onder de pan
nen. De studie combineert een ba
chelorstudie met een algemene lui
tenantsopleiding en een vaktechni
sche opleiding.
De nodige aspecten komen aan
bod, van specifieke militaire des
kundigheid, leiderschap, manage
ment en diplomatie tot sociale
vaardigheden, mentale en fysieke
weerbaarheid.
Alleen al om te worden toegelaten
tot de Academie moet je je door
een intensieve sollicitatieprocedure
(het is immers een baan) zien te
ploeteren. Motivatie komt daarbij
ook aan bod: Waarom wil je mili
tair worden?
Vanaf het bordes van het kasteel
slaat generaal-majoor Siem van
Groningen, commandant Neder
landse Defensie Academie, de nieu
we troepen gade. Hij ziet een wir
war van plunjezakken, grote do
zen, tenten en vooral veel cadet
ten, die hun persoonlijke uitrus
ting gehaast naar binnen slepen. In
spectie?
„Nee hoor", meldt com
mandant Van Groningen
vriendelijk. „Ik ben gewoon
nieuwsgierig. Deze mensen gaan
zich bekwamen in een bijzonder
beroep. Het vraagt veel van je, het
kan moeilijk en gevaarlijk zijn,
maar het geeft ook veel tërug. We
zoeken bevlogen mensen die graag
tot een hechte groep gemotiveer
de professionals willen beho
ren."
In de loop der jaren is het
vak van officier nogal veran
derd. Janssen: „Vroeger
was het gewoon Oost te
gen West. Twee partijen
die zich aan internatio
nale gevechtsregels
hielden. Tegenwoor
dig is de vijand veel
grilliger, kijk maar
naar Afghanistan.
Daar staan we te
genover een vijand die
vrijwel onzichtbaar is. Inter
nationale crisis- en terroris
mebestrijding en humanitai
re hulpverlening, dat is com
plexer dan het tradtionele
oorlogvoeren. We leren nog
altijd veel van Napoleon,
maar we moeten ook de
modernste krijgsweten
schappen gebruiken. En
die onderwijzen we hier."