Drie a Assepoester van de heesters Zaterdag 29 september 2007 PZC TUINEN door Romke van de Kaa De liguster is de Assepoester van de heesters. Doordat de struik zo vaak als goedkope heg is toegepast, beseft bijna niemand meer hoe sierlijk een liguster kan zijn die de kans heeft gekregen om zich vrij te ontwikkelen. Dan heb ik het niet over onze inheemse liguster, Ligustrum uulgare, maar over de soortgenoten uit China en Japan. Ligustrum vul- gare is geen lelijke struik, daar niet van, al krijg je natuurlijk geen eerlijke indruk van een heester die vaak in het meest ver waarloosde hoekje van een tuin wordt weggedrukt. Maar de Aziaten hebben net wat meer glans en karakter. Ligusters zijn gemakkelijke struiken. Ze doen het op iedere grondsoort, mits ze niet te nat staan. Zon wordt verdragen, maar ze gedijen ook in de schaduw. Nu heb je schaduw in ver schillende soorten. Je hebt de schaduw van een boom, maar ook de permanente schaduw van een gebouw, bijvoorbeeld in een tuin op het noorden. Die laatste schaduw is geen bezwaar voor ligusters, maar pal onder een boom zou ik ze niet direct planten. Veel soorten zijn halfwintergroen, een wat onhandig woord waarmee kwekers een plant aanduiden die in een zachte win ter zijn blad houdt. Als het hard vriest, laten we zeggen meer dan 10 graden, verliest hij echter een deel van zijn blad. In heel strenge winters kunnen sommige soorten zelfs niet alleen hun blad. maar ook een deel van hun takken verliezen. Maar de laatste winter waarin dat gebeurde was die van 1996, als ik me goed herinner. De minst winterharde liguster is grappig genoeg de soort die het meest wordt aangeplant: Ligus trum ovalifolium. Dit is de struik die vroeger vaak als haag werd aangeplant en die daarom Haag liguster wordt genoemd. Dat gebruik als haag heeft ons bijna doen vergeten hoe een ongeknipte, volgroeide struik er uit ziet: Ligustrum ovalifolium is een heester van 3 tot 5 meter hoog met pluimen van honderden kleine witte bloemen in juni of juli. De sterke geur van de bloemen wordt niet door ie dereen als prettig ervaren. Plaats ligusters dus niet direct naast het terras, maar liever op een plaats van waar de geur naar de buren waait. In het najaar verschijnen de zwarte bessen die overdekt zijn met een blauwgrijze bloem. Vaak kom je Ligustrum ovalifolium tegen in zijn goudbonte vorm: Aureum. Het is geen heester die door trendsetters wordt aangeplant, maar er zijn weinig struiken waarvan je vrolijker wordt als je ze gebruikt om er een donkere stadstuin mee op te vrolijken. Jonge planten kunnen met veel effect in bloem bakken worden toegepast. Het is niet alleen de vorst die een li guster zijn blad kan doen verliezen. Op slechte grond verliest de struik in het najaar veel sneller zijn blad dan op een plaats waarop hij voldoende water en mest krijgt. Als ik een liguster om zijn bloei zou planten, dan zou ik het lastig vinden om te kiezen tussen Ligustrim sinense en Ligus trum quihoui. Ligustrum sinense vormt een struik die 3 tot 5 me ter hoog wordt, en even breed. Maar ligusters zijn gemakkelijk te snoeien en het is niet moeilijk om de struik klein van for maat te houden. Het blad glimt als een spiegel en de struik bloeit zo rijk dat je van een afstand nauwelijks meer blad ziet, alleen een wolk van roomwitte bloemen. Tot laat in de winter is de struik overladen met kleine zwarte bessen. Ligustrum quihoui blijft kleiner. Deze liguster wordt tussen de 2 en 3 meter hoog, en vaak breder dan hoog. Het blad is fris groen en tamelijk smal, voor een liguster. De bloemen verschij nen in augustus en september aan enorme, vertakte pluimen. De sterke geur van de bloemen wordt niet als prettig ervaren Ligustrum sinense. l&P foto Romke van de Kaa Met rookmelders in huis hebben de bewoners zo'n drie minuten extra tijd om een veilig heenkomen te vinden. Dat lijkt weinig, maar in de praktijk is het vaak voldoende om levens te redden. Tijdens de Nationale Preventie Week die 6 oktober begint, benadrukken brandweer, overheden, maar ook producenten daarom het belang van rookmelders. door Paul Geerts foto's GPD i Rookmeldertips Plaats op iedere verdieping een rookmelder. Zo niet, plaats dan in ieder geval één melder hal verwege slaapkamer en voor deur (de vluchtroute). Plaats de melder minimaal 3 meter van de keuken of de bad kamer (door de dampen kan de melder onnodig afgaan), het liefst centraal in de ruimte, uit de buurt van ramen en ven- tilatieroosters, en op minimaal 30 centimeter van een lamp. Hou rekening met de bewe ging van rook. Plaats de melder tegen het plafond omdat rook stijgt. Vermijd hoeken, omdat rook daar niet kan komen. - Schilder de rookmelder nooit. Maak hem regelmatig schoon met een vochtige doek en zuig een aantal keer per jaar het stof uit de melder. Controleer de werking weke lijks en vervang tijdig de batte rijen. Gebruik daarvoor de test- knop. Test de rookmelder nooit met rook, omdat daardoor de sen sor onherstelbaar kan beschadi gen. Verwijder de batterijen al leen als deze leeg zijn. Plaats meteen nieuwe. Verwijder bij schilderwerk of een verbou wing de melder tijdelijk. - Plaats geen rookmelder in een badkamer of garage. Door stoom, vocht en stof kan het alarm onnodig afgaan. www.firstalert.nl/veiligwonen Heel even klinkt door de ruimte het snerpende ge luid van een rookmelder. Amper een minuut. Dan zet Monica Schwalbach het apparaatje weer uit. Hoewel onbedoeld is het gewenste effect be reikt. De blikken in het restaurant gaan naar waar het geluid (85 decibel) vandaan komt. Schwalbach overhandigt een e-mail, waarin een vrouw meldt dat een rookmelder van het bedrijf het leven van haar zoon en zijn vriendin gered heeft. Dat is waar Schwalbach het voor doet. Natuurlijk verkoopt ze een product, maar het enthousias me en de bevlogenheid waarmee ze over rookmelders praat, herbergen iets van een missie. Niet voor niets is Schwalbach, die het Amerikaanse First Alert in Nederland vertegenwoordigt, nauw betrokken bij de Natio nale Brandpreventie Week die 6 oktober begint. Het bedrijf is hoofdsponsor van het evenement, waaraan onder andere ook de brandweer en het ministerie van Binnenlandse Zaken deel nemen. Doel van de Nationale Brandpreventie Week is dat we ons be wust worden van de gevaren van brand. Maar ook dat ernstige ongelukken te voorkomen zijn. Met een serie deugdelijke rook melders (maakt niet uit van welk merk) aangebracht op ver schillende plekken in de woning kunnen levens gered wor den. Om daar nog eens extra de aandacht op te vestigen, is za terdag 27 oktober uitgeroepen tot Nationale Rookmelder Dag. De noodzaak is er, zo wijzen de cijfers uit. Hoewel bijna 97 procent van de Nederlanders het zinvol vindt om rookmel ders in huis te hebben (92 procent vindt zelfs dat het verplicht zou moeten zijn) heeft nog geen 64 procent er een of meerde re in huis. Opvallend is dat 7 procent ze wel in huis, maar ze nog niet ge plaatst heeft. Bij meer dan u procent zijn ze wel bevestigd, maar zitten er geen batterijen in. „Eigenlijk willen we ervoor zorgen dat iedereen één of meer dere rookmelders in huis heeft", benadrukt Schwalbach het doel van de Nationale Brandpreventie Week. In nieuwbouw woningen is dat sinds 2003 verplicht, maar in de bestaande woningvoorraad is nog genoeg winst te halen. Om het daar ook te verplichten, is nog niet zo gemakkelijk. Daarvoor moet het volgens Schwalbach eerst op de politieke agenda komen en dat duurt even. „Maar het wordt bijvoorbeeld tijd dat wo ningbouwcorporaties ze aanschaffen en ermee de veiligheid van hun huurders garanderen." Een dergelijke verplichting geldt sinds vorig jaar al wel in Wallonië. Schwalbach twijfelt echter aan het nut, omdat ze denkt dat het zinvol is om eerst draagvlak te creëren. Niet al leen bij de consument, maar ook bij brandweer, over heden en woningbouwverenigingen. Want zijn de rookmelders eenmaal geplaatst, dan is regelmatige controle noodzakelijk. Ze is dan ook overtuigd van het effect van de Nationale Brand preventie Week. Ook daarin geven de cijfers haar gelijk. In ver gelijking met vorig jaar is het aantal huishoudens met een rookmelder met zo'n 4 procent gestegen. Ook is het aantal slachtoffers door brand afgenomen. Overleden in 1990 nog zes tig Nederlanders aan de gevolgen van woningbrand, in 2005 waren dat er 25. Om die reden heeft Binnenlandse Zaken de komende twee jaar weer geld beschikbaar gesteld voor de cam pagne. Dat het een lange weg is om iedereen van de noodzaak van melders te doordringen, weet Schwalbach als geen ander. Haar vader begon zo'n twintig jaar geleden met de import er van. „Hij was ze op een beurs in Engeland tegengekomen en zag er wel wat in." De bouwmarkt toonde zich enthousiast, maar de consument liet ze links liggen. Daarin kwam pas ver andering toen de overheid in 1992 een voorlichtingscampagne lanceerde. Pas als het kalf verdronken is, dempt men de put. Dat spreek woord gaat in dit geval zeker op. Brand in een straat? Gegaran deerd dat iedereen in de buurt vervolgens rookmelders aan schaft. Maar eigenlijk is het dan te laat. „De meeste slachtof fers vallen 's nachts", schetst Schwalbach. „Je valt in slaap van de rook en de zintuigen functioneren niet meer. Met rookmel ders heb je ongeveer drie minuten meer tijd. Dat kan genoeg zijn om levens te redden." ■"j www.brandpreventieweek.nl www.firstalert.nl

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 132