dheid Bewegen is de nieuwe wonderolie Celtherapie voor Vertrouwensrelatie 20 Woensdag 26 september 2007 PZC door Paul van Dijk Nog steeds heb ik geen POH in de praktijk. POH staat voor praktijkondersteuner huisartsen. Een praktijkon dersteuner heeft een HBO-opleiding in de gezond heidszorg. Hij neemt taken over van de huisarts. Meestal zijn het taken die te maken hebben met de zorg voor chronische zieken. Een POH kan worden ingezet bij bijvoorbeeld de zorg voor diabetespatiënten of bij de begeleiding van mensen met astma en COPD. De praktijkondersteuner heeft zijn eigen spreekuur. De huisarts blijft de eindverantwoordelijke. Meer dan 8o procent van alle huisartspraktijken heeft inmid dels een praktijkondersteuner. Aan alle kanten wordt mijn be roepsgroep gepusht om mee te doen aan deze ontwikkeling. Het gaat zelfs zover dat de huisarts de diabeteszorg aan zijn pa tiënten niet meer vergoed krijgt als hij deze zorg niet laat uit voeren door een praktijkondersteuner. Waarom heb ik nog geen praktijkondersteuner? Ik heb daar een aantal argumenten voor. De introductie van de POH da teert van een kleine tien jaar ge leden, toen de ene na de andere huisarts overspannen of opge brand raakte. De huisarts werkte te hard, hij had te veel op zijn bord. De POH werd gelanceerd om een aantal taken over te ne men. En nu worden alle huisartsen gedwongen met een POH in zee te gaan, ook al kunnen ze hun werk goed aan. Ik be hoor tot de groep huisartsen die niet hoeft te haasten en te rennen. Voor mij hoeft deze POH-hulp niet. Er is nog een belangrijker argument om niet voor een POH te kiezen en dat is het belang van een goede relatie tussen huis arts en patiënt. De Utrechtse hoogleraar gezondheidspsycholo gie Jozien Bensing zei daarover afgelopen week: „De huisarts moet de vertrouwensrelatie met de patiënt koesteren." De relatie tussen huisarts en patiënt is bijzonder. Het contact is gebaseerd op een wederzijds vertrouwen dat is opgebouwd door een jarenlange communicatie. Met deze vertrouwensrela tie onderscheidt mijn be- De huisarts moet krediet opbouwen bij de patiënt roepsgroep zich duidelijk van de medische zorg in het ziekenhuis. Contacten met specialisten zijn meestal on persoonlijker en strekken zich uit over veel kortere tijdsepisoden. Ook de huisartsenzorg dreigt onpersoonlijker te worden door parttime wer kende artsen, door het uitbe- steden van de avond-, nacht en weekenddiensten aan huisartsenposten, door het __jx„ verlies van de verloskundige I* l zorg en nu dus ook door de POH die een stuk van de huisartsenzorg overneemt. Door versnippering van ta ken wordt de vertrouwensre latie die traditioneel tussen huisarts en patiënt bestaat, bedreigd. Volgens Jozien Bensing is de vertrouwensrelatie het hart van de huisartsgeneeskunde. Ze zegt niet alleen dat we die relatie moeten koesteren, we moeten er ook in investeren. Dat is ook mijn mening. Investeren betekent vooral dat je er ge woon moet zijn. De patiënt moet op verschillende momenten met uiteenlopen de problemen bij jou als huisarts terecht kunnen. De patiënt moet op je kunnen rekenen en niet voor elke categorie proble men naar een andere hulpverlener worden gestuurd. Eén van mijn collega's verwoordt op een mooie manier die vertrou wensrelatie. Hij zegt: „Je moet krediet opbouwen bij de pa tiënt." Dat doe je door er te zijn op belangrijke momenten, maar ook door even langs te gaan als iemand in het ziekenhuis ligt of door er af en toe lekker voor te gaan zitten om over gewone dingen te kletsen. Op deze manier kan een vertrouwensrelatie na jaren een stootje hebben. Een tekortkoming of irritatie zal binnen zo'n relatie minder gauw worden uitvergroot. Het past beter bij de menselijke maat in de gezondheidszorg. Investeren in de vertrouwensrelatie tussen huisarts en patiënt staat haaks op de ontwikkeling van allerlei hulpfunctionaris sen in de huisartspraktijk. Ik ben benieuwd hoe lang ik tegen de stroom in kan blijven roeien. Een huisarts op patiëntenbe- zoek. archieffoto CPD Je kunt het niet zo gek verzinnen, of het is ergens goed voor: lichaamsbeweging. Als 'wonderolie' gezond voor hart, vaten, spieren, botten. En heilzaam bij tal van kwalen. Een greep uit onderzoek van de laatste jaren. Plus een bevinding uit Maastricht: sport tegen ziekelijke angst. door Will Gerritsen foto GPD Meneer X, een 38-jari- ge kapper, werd tij dens de koffiepauze plotsklaps overval len door hevige angst. Een beklem mend gevoel op de borst, hartklop pingen, ademnood, zweten, een 'onwerkelijk' gevoel. De angstaan val ebde na twintig minuten weg. In het ziekenhuis konden ze on danks grondig onderzoek, geen oorzaak vinden. Niettemin werd meneer X daarna herhaaldelijk op nieuw door dezelfde nare ver schijnselen overvallen. Een week later volgde doorverwijzing naar de afdeling psychiatrie. Meneer X nam ontslag, uit vrees bij zijn klan dizie een paniekaanval te krijgen. „Zo'n paniekstoornis is voor de be trokkene een grote handicap en heeft veel invloed op zijn leven", zegt onderzoeker Gabriel Esquivel (Universiteit Maastricht, Acade misch Angstcentrum) die over me neer X vertelt. „Mensen associëren deze aanvallen met bepaalde plaat sen of situaties, leggen een link met hun angstgevoelens en ont wikkelen vervolgens agorafobie (pleinvrees, red.)." Esquivel deed samen met collega's onderzoek naar de vraag of je met intensieve training angstaanvallen de kop kunt indrukken. Ondanks akelige symptomen als hartklop pingen en ademnood blijkt de angstpatiënt een potje sporten ge lukkig best aan te kunnen. Esquivel: „Uit eerder onderzoek weten we dat gezonde mensen met hard trainen hun angsten kun nen onderdrukken." In een experi ment liet hij tien patiënten met een paniekstoornis heel hard fiet sen: vijftien minuten lang pezen op een hometrainer. Vervolgens probeerde hij bij hen kunstmatig een angstaanval op te wekken, door een gasmengsel (kooldioxide en zuurstof in een bepaalde ver houding) te laten inhaleren. Resul taat: slechts één van de tien patiën ten kreeg een paniekaanval. Daar entegen scoorden andere paniekpa- tiënten in het experiment, die zich slechts minimaal hadden ingespan nen, beroerd: liefst vijf van de acht deelnemers werden na inhalatie van het 'angstgas' door paniek be vangen. Een goede verklaring kan Esquivel niet geven: „Uit studies met mensen en dieren weten we dat lichamelijke inspanningen de werking van bepaalde stofjes in het brein kunnen beïnvloeden." Kunnen therapeuten nu sport of fitness inzetten ter behandeling van de paniekstoornis? „Je zou Beweging maakt nierpatiënten gezonder en meer weerbaar door regelmatige training waar schijnlijk gunstige en blijvende ef fecten kunnen bereiken. Lichaams beweging als therapie voor men sen met geestelijke gezondheids problemen is trouwens al door tal van behandelcentra ingevoerd." VALLEN Beweging vermindert het aantal valpartijen onder ouderen. In Nieuw-Zeeland werd met thuis- gym voor 75-plussers geëxperimen teerd. Resultaat: het aantal oude ren dat ten val kwam, nam binnen een jaar met bijna met de helft af, vergeleken met een groep die geen oefeningen deed. Bij de 'sportieve' 80-plussers werd 30 procent min der gestruikeld. (British Medical Journal) Injecties met lichaamseigen cellen in en rond de piasbuis helpen vrouwen van hun incontinentie af. Dat blijkt uit Oostenrijks onderzoek. Hoogleraar urologie Guus Lycklama a Nijeholt noemt de celtherapie een veelbelovende behandelingsmogelijkheid voor stress-incontinentie. door Henk Hellema foto CPD Veel, vooral oudere, vrou wen kunnen er last van hebben. Wanneer ze spor ten, in een lachbui uitbar sten, hoesten of iets optillen, ver liezen ze wat urine. Ze hebben last van inspannings- of stress-inconti nentie. Ongeveer een derde van de vrouwen boven de 45 jaar zou bij een plots verhoogde druk op de blaas wel eens wat urine verliezen. De oorzaak van deze vorm van in continentie kan tweeledig zijn, zegt prof Guus Lycklama a Nije holt, hoogleraar urologie aan het Leids Universitair Medisch Cen trum. „De sluitspier kan verslapt zijn, waardoor deze de blaas bij plotse extra druk niet meer goed kan afsluiten. Ook kan de piasbuis te beweeglijk in het omringende

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 20