'Voor pianospelen had ik het geduld niet' v15 PZC Zaterdag 22 september 2007 -w- -w- et moet anders, jongens. I ^et moeI tranceachtig, niet te melodieus. Denk I aan tantraseks. Wist je -M- -M. dat er Chinezen zijn die, tegenover elkaar gezeten, elkaar mentaal klaar kunnen laten komen?" Wende Snijders zit tegenover haar drum mer, bassist en pianist. Samen repeteren ze Come Together van The Beatles voor haar nieuwe show. Ze heeft het lied tot op het bot ontleed, elk woord afgekloven en op nieuw vlees en bloed gegeven. „Ik wil het geluid van een vliegtuig dat door de ge luidsbarrière gaat. Lukt dat?" De trukendoos gaat open. Er wordt net zo lang gezocht totdat Wende instemmend knikt. Ze weet precies wat ze wil en werkt daar met een tomeloze energie naar toe. Staccato wordt legato, het aantal akkoor den op de piano moet minder en kan die rechterhand een octaaf hoger? Er zijn welgeteld negen minuten voor een plas, peuk en bekertje oude koffie. „Ik ge loof heel erg in 'ja'. Dat je gaat voor het geen je kiest. De muzikanten met wie ik werk, hebben 'ja' gezegd. Het feit dat ze zich hebben gecommitteerd, is het funda ment. Daar boven kun je ruziën, bekritise ren, bijsturen." Bruine ogen, breed geschouderd en meer meisje dan de overrompelende Wende op het toneel. Ze is in de 'maakfase' als we el kaar voor het eerst spreken. Mateloosheid regeert. „Veel drinken, roken, hysterisch winkelen terwijl ik winkelen haat, en veel lezen en schrijven." Gulzig leest ze de aan tekeningen die ze jaren eerder maakte van reizen naar Parijs en Istanbul. Boeken ook, over beroemde mensen en hun zienswij zen. Van Carl Jung tot The Beatles en Jo- han Cruijff. „De Beatles interesseren me ontzettend op dit moment. Hoe ze zich zelf hebben gedwongen om risico's te ne men. Van Love Me Do naar A Dau In The Life. Ik lees ook dingen van Johan Cruijff: pinge len, looptraining, tactisch inzicht. En toch ruimte zoeken om niet te doen wat je al deed. Wat je al deed, is het vangnet. Ik wil in mijn nieuwe show ook niet enkel doen wat ik al deed. Het is niet mijn doel om mijn hele leven Franse chansons te zingen. Ik wil ook in andere talen zingen en kijken of het lukt om eigen liedteksten te schrij ven. Op advies kijk ik nu terug, om daarna weer vooruit te werken. Ik moet incorpore ren wat ik allemaal heb gedaan en geleerd. Als je steeds opnieuw probeert het wiel uit te vinden, trek je je batterij leeg." Naast de televisie ligt een blocnote waarin ze inspirerende citaten opschrijft, op het nachtkastje pen en papier om nachtelijke invallen niet te 'verslapen'. „Soms is het vermoeiend. Dan lig ik net, hup licht weer aan, schrijven. Hou nou op, denk ik dan. Is het nu klaar?! Maar ik klaag er niet over." Alles wat haar interesseert, legt ze voor aan beste vrienden, collega's of haar moe der. 'Beetje clichématig', zeggen die dan, 'Mooi', of: 'Nu volg ik je niet meer'. Vriendin en choreografe Annabel Lopez Ochoa werd ongevraagd getrakteerd op passages van de psychiater Carl Jung. Wen de is bezig, weten haar vrienden dan, die de zangeres kennen als 'iemand die graag praat'. De 'maakfase' is een geobsedeerde en ge passioneerde zoektocht. Nooit naar 'een leuk liedje', maar altijd naar een tekst waar van de noodzaak duidelijk moet zijn. Het is geen eenvoudig proces. Nooit, en nu he lemaal niet. Haar jarenlange relatie is ver broken, haar zieke vader is onlangs overle den en ze moest een concert voorbereiden met het voltallige Metropole Orkest. „Ik ga effe schapen hoeden, heb ik de afge lopen weken gedacht. Maar ik denk niet dat ik mijn vader een plezier zou doen als ik m'n tournee zou afgelasten. Ik wil het er eigenlijk helemaal niet over hebben. Ik wil dit niet delen met mensen die ik niet ken. Het is een misverstand dat de persoon ach ter de artiest belangrijk is. Dan is het kunst werk gewoon niet goed genoeg! Ja, zelf lees ik in autobiografieën wel over de ge voelens en ervaringen van mensen, maar dan is het wel voorbij. Als ik nu mijn ge voelens prijsgeef dan gaat het publiek met ze aan de haal en kom ik helemaal niet aan verwerking toe. Dan wordt theater zo'n therapeutisch ding. Daarvoor maak ik geen theater." Het was op de middelbare school dat ze voor het eerst optrad. „Ik voelde toen al de spanning en voldoening van het podium. Echt te gek!" Vette soulnummers van Aretha Franklin en The Weather Girls zong ze op het jaar lijkse scholierenconcert op het lyceum in Zeist. Daarnaast volgde ze vanaf haar 12e wekelijks zangles. „Mijn moeder en de zangdocente adviseer den me te wachten totdat ik 16 was en mijn stembanden waren volgroeid. Daar kreeg ik steken van in mijn maag. Moet ik nog zó lang wachten? Ik wilde zingen! Dat deed ik altijd al, als ik niet neuriede. Voor pianospelen had ik het geduld niet. Het in teresseerde me niet genoeg. Dan ramde ik agressief op de toetsen of maakte ik een etude af naar mijn idee." Ze gold niet als een belofte. Kei hard heeft ze gewerkt om te zijn waar ze is en dat moet ze nog steeds. „Tot aan het vierde jaar van de Kleinkunstacademie vond ik dat ik niets kon. Uit onzekerheid, maar ook om dat ik geen keuze maakte. Toen ik het Con cours de la Chanson had gewonnen, heb ik mijn ouders en Ruut Weismann (artis tiek leider van de Kleinkunstacademie, red.) opgelucht gezegd: ik ben zangeres! Ik zong al tien jaar maar ik geloofde niet dat het kon. Waarschijnlijk heb ik teveel naar anderen gekeken. Naar Jacques Brei, naar Bette Midler. Het gras is elders altijd groe ner. Toen ik besloot niet meer te vergelij ken, werd het rustiger en kon ik meer aan dacht besteden aan wat ik deed." Ze zingt (nog) veel Frans en Afrikaans. Weinig mensen die het kunnen verstaan. Maar iedereen vindt het prachtig. Wende Snijders leeft het lied. Half actrice, half zan geres vertelt ze haar verhaal met heel haar lichaam. Niet bang om te bewegen, niet bang om alles te geven. „Het is ook steeds de angst bezweren. Ik kan heel nerveus zijn, maar ik leef misschien tachtig jaar en ik wil nog zoveel doen..." Kort voor een optreden trekt ze zich terug. „Dan heb ik zo mijn rituelen. Die zijn ge heim. Stel je voor dat ik vertel dat ik dan nog een boterham met pindakaas eet. Dan denkt de hele zaal voordat het doek op gaat: ze zit nu aan haar boterham met pin dakaas. Ik wil niet alles inkleuren, dan hou je geen verbeelding over." Haar optredens zijn omschreven als 'harts tochtelijk' en 'beestachtig'. „Overgave is mijn primitieve kant. Maar ik heb meer kanten. Ik wil ook het uitademen gaan be naderen, het naar jezelf laten kijken." Haar vaste arrangeur Sebastiaan Koolho ven, die ook werkte met Mathilde Santing, Karin Bloemen en Trijntje Oosterhuis, denkt dat Wende ook internationaal hoge ogen kan gooien. Vanwege haar nieuwsgie righeid, zelfkritiek en ongelooflijk harde werken. Niet dat ze lonkt naar roem en rijkdom. Wende wil het beste uit zichzelf halen en legt daartoe een eindeloze zoek tocht af Valkuil is dat ze te hard werkt. Zo als onlangs, toen ze na haar optreden op de Amsterdamse Uitmarkt met het Metro pole Orkest 'kortsluiting' voelde en op va kantie ging. Voor haar aanstaande tournee neemt ze zichzelf in acht. „Ik heb een kwetsbare stem, dus ik kan me niet veel permitteren. Kort voor mijn tournee stuur ik mijn vrien den een mail dat ik niet kan praten: we gaan over vier maanden wel de kroeg in. Om mijn stem te sparen, rook ik dan min der, slaap ik meer en geef ik geen inter views." Een geslaagd optreden doet alle offers ver geten. Nee, doet alles vergeten. „Zingen is ook een tegengif voor als de tijden niet zo rooskleurig zijn. Dat heb ik altijd zo ge voeld. Ik begrijp ook dat het optreden van Sting op 11 september 2001 doorging. Bij rampspoed zou ik denk ik ook doorgaan. Ik zou liever zingen dan huilend onder de dekens kruipen. Niet om mezelf te over schreeuwen, maar zingen is voor mij een manier om mijn emoties te uiten." Twee dagen voor de dood van haar zieke vader zong ze op het North Sea Jazz Festi val. Haar vriendin Annabel was erbij en zag vanaf het moment dat Wende het po dium besteeg, enkel bezieling. „Zingen is voor Wende een soort meditatie. Het is het moment dat de tijd niet bestaat."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 95