Gelukkig en tevreden, met hier en daar een sme
1 2 Donderdag 13 september 2007 PZC
Nederland heeft weer
vertrouwen in de politiek,
blijkt uit de jongste cijfers
van het Sociaal en Cultureel
Planbureau. Toch is de
Fortuyn-revolte niet
definitief bezworen. „De
stemming kan zo weer
omslaan."
door Rens Ulijn
en Annemieke Kooper
Mevrouw Van Beek
(70) drinkt een kop
koffie bij eetcafé
Zeezicht in Rotter-
dam-IJsselmonde.
Een wijk van nette rijtjeshuizen
en galerijflats. Het aantal Fortuyn-
en Leefbaar-stemmers is hier sinds
2002 elke verkiezing het hoogst.
„En nog kan ik niet zeggen dat het
beter is geworden", verzucht Van
Beek. „Er is veel criminaliteit. We
kunnen 's avonds nergens meer
naar toe, omdat zij in óns land
maar mogen doen wat ze willen.
De regering haalt iedereen maar
naar hier, geeft ze maar geld.
Als ik naar Marokko ga, krijg ik
toch ook geen uitkering? En van
mijn AOW kom ik maar net rond.
Moet je nog blij zijn als ze je vijf
euro extra per jaar geven. Kan ik
net twee kopjes koffie van kopen.
Die euro, nog zo iets. Pim Fortuyn
had beter kunnen blijven leven."
Wie zijn oor in IJsselmonde te luis
teren legt, hoort dezelfde geluiden
als in 2002. Het wantrouwen in de
politiek is er onverminderd groot.
Toch zijn de pessimisten niet
meer in de meerderheid. Was
twee jaar geleden nog meer dan
de helft van de Nederlanders onte
vreden over de regering, inmiddels
is een ruime meerderheid wél te
vreden. Die snelle omslag verbaast
ook Rob Bijl. De adjunct-directeur
van het Sociaal en Cultureel Plan
bureau is verantwoordelijk voor
de tweejaarlijkse barometer van
de sociale staat waarin Nederland
verkeert. Belangrijkste conclusie:
het gaat weer goed met Neder
land. Bijl: „Het teruggekeerde ver
trouwen is goed nieuws. Als een
meerderheid van de bevolking
zich afkeert van de politiek, ont
wricht dat de hele maatschappij.
Maar dat het vertrouwen snel te
rugkeert, betekent ook dat het
weer snel kan verdwijnen.
Nederlanders reageren steeds emo
tioneler op maatschappelijke ge
beurtenissen. Als het slecht gaat,
zoals in 2002, zitten we diep in de
put, gaat het beter dan vergroten
we dat ook uit. De calvinistische
gelijkmatigheid die Nederland al
tijd kenmerkte, is verdwenen. We
zijn qua emoties een Zuid-Euro
pees land geworden."
Dat de onvrede bij de For-
tuyn-stemmers van 2002 nu ge
sust zou zijn, is volgens Bijl een
verkeerde interpretatie van de cij
fers. „Het vertrouwen is vooral te
rug bij de middengroepen. Die
voelen zich door het positieve eco
nomische tij veiliger. Er blijft ech
ter een grote, harde kern van onte
vreden mensen bestaan. Die groep
keerde zich vroeger af van de poli
tiek. Nu worden ze bediend door
de PW en de Socialistische Partij.
Hun onvrede is gekanaliseerd,
maar zeker niet verdwenen."
Ewald Engelen, politiek en
sociaal filosoof aan de Uni
versiteit van Amsterdam,
schrijft de herwaardering
voor de regering vooral toe aan de
economische opleving. „Poen
maakt veel uit voor wat de men
sen van de overheid vinden. En in
2004 hadden we het economisch
door Joost Sijtsma
We leven in een paradijsje aan de Noordzee.
Die conclusie kan worden getrokken uit het
rapport De Nederlandse Samenleving 2007 dat
het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
gisteren heeft gepubliceerd.
In het rapport geeft het bureau voor het eerst een globaal
beeld van de samenleving, bekeken vanuit verschillende in
valshoeken.
En dat beeld is positief De groei van de bevolking is in een
eeuw niet zo laag geweest, de Nederlanders leven steeds lan
ger en de economie trekt stevig aan. Door de gunstige eco
nomische ontwikkeling is een recordaantal Nederlanders
aan het werk en is vorig jaar het reëel beschikbaar inkomen
van huishoudens fors gestegen. Die hadden bijna 4 procent
meer te besteden dan in 2005. Dit kwam niet door een
loonstijging, maar vooral door de toename van het aantal
banen. Daarbij stijgt de inkomensongelijkheid licht, maar
binnen Europa is het verschil nog altijd klein.
Het aantal WW-uitkeringen is fors gedaald en in het alge
meen geldt dat minder Nederlanders afhankelijk zijn gewor
den van een uitkering.
En er is nog meer goed nieuws. Nederland is geen kille sa
menleving aan het worden, want volgens het CBS groeit de
deelname aan het maatschappelijk verkeer. Nederlanders
hebben meer contacten met familie, vrienden en kennis
sen. Daarbij is ér amper verschil tussen stad en platteland,
wat betekent dat stedelingen niet meer op zichzelf zijn ge
richt dan mensen die niet in steden wonen.
Die ontwikkeling is ook onder allochtonen merkbaar, want
de tweede generatie onder hen heeft meer sociale contac
ten dan de eerste.
Die tweede generatie lijkt de weg op de arbeidsmarkt beter
te vinden dan hun ouders. Toch hebben niet-westerse al
lochtonen een achterstand. Van de autochtonen heeft na
melijk driekwart een baan van tenminste twaalf uur, onder
de niet-westerse allochtonen is dat de helft. Die achterstand
van niet-westerse allochtonen wordt verklaard door hun ge
middeld lagere opleiding. Turken en Marokkanen zijn ge
middeld het laagst opgeleid.
Negen van de tien autochtone Nederlanders vinden zich
zelf gelukkig tot zeer gelukkig. Allochtonen voelen zich iets
minder gelukkig, dit geldt vooral voor de eerste generatie
niet-westerse allochtonen. Driekwart van die eerste genera
tie voelt zich gelukkig. Ook binnen die groep van niet-wes
terse allochtonen is er verschil. Het minst gelukkig en tevre
den zijn de Marokkanen, het meest de Surinamers.
Nederlanders zijn zich de laatste jaren ook veiliger gaan
voelen. Minder dan voorheen geven zij aan dat zij be
paalde plekken mijden of dat zij 's avonds de deur niet
open doen bij onverwacht bezoek.
Het aantal door de politie geregistreerde misdrijven neemt
Weer leven