Muziek in
sculptuur
Practising Suma
verbindt culturen
- 1 zeeland
nazomerfestival
Het Viervleugelpaviljoen, een
ontwerp van beeldend kunstenaar Dré
Wapenaar, was drie jaar geleden voor
het eerst te zien tijdens het
Theaterfestival Boulevard in Den
Bosch. Sindsdien heeft de
opmerkelijke tentconstructie op
verscheidene plaatsen dienst gedaan,
voor uiteenlopende concerten en
voorstellingen. Tijdens het Zeeland
Nazomerfestival staat het paviljoen
ruim een week lang op het Abdijplein.
12
door Rolf Bosboom
Het opvallende ontwerp biedt onderdak aan de
voorstelling Practising suma, aan het literaire
programma Met de wind mee, maar vooral ook
aan waar het oorspronkelijk voor is bedoeld: de uitvoe
ring van de muziek van Simeon ten Holt, de inmiddels
84-jarige Bergense componist.
De tent is voor Wapenaar de 'sculpturale vertaling' van
de muziek van Ten Holt, die een sterk ruimtelijke wer
king heeft en uitnodigt tot experiment. De componist
schreef bovendien veel stukken voor vier vleugels. In
het Viervleugelpaviljoen zitten de uitvoerende musici
in de hoeken en het publiek in het midden, waardoor
de luisteraars veel directer bij het concert worden be
trokken en zij de diverse lagen in de muziek beter van
elkaar kunnen onderscheiden. Beelden van de pianis
ten worden geprojecteerd op de ronde schermen bo
ven hen - ook buiten zichtbaar - waardoor ze met el
kaar kunnen communiceren en de toeschouwers hun
emoties goed zien.
De muziek van Ten Holt kenmerkt zich sinds de jaren
zeventig door lyrische en harmonische elementen, her
haling en minimalistische invloeden. De composities la
ten zich lezen als een routekaart, waar de uitvoerenden
veel zelf bepalen, zoals het aantal spelers, het aantal
herhalingen van de verschillende delen en de totale
lengte van het stuk. De vrijheid schept tegelijk een gro
te verantwoordelijkheid.
Op het Abdijplein klinken twee bekende werken van
Ten Holt uit de jaren tachtig: Horizon (uitgevoerd door
Bernd Brackman, Hannes Minnaar, Kimball Huigens
en Kees Wieringa) en Lemniscaat (in wisselende combi
naties uitgevoerd door Bernd Brackman, Sarah Crom-
bach, Daphne Keune, Robert Lambermont, Petra van
Oort en Kees Wieringa). Op het Boulevard-festival was
een Lemniscaat-versie van twaalf uur te horen, op het
Nazomerfestival wordt uitgegaan van twee uur.
t£B 'Horizon', vrijdag 31 aug., zaterdag 1 en zondag 2 sep.; Vier-
vleugelpaviljoen Abdijplein. Aanvang: 19.30 uur.
'Lemniscaat', maandag 3 en dinsdag 4 sep., Viervleugelpavil
joen. Aanvang: 19.30 uur.
Simeon ten Holt, in 1999. foto Roland de Bruin/CPD
Het Viervleugelpaviljoen, waar de
voorstelling Practising suma plaatsvindt,
is al een ervaring op zich. Het paarsrode
gevaarte, een halve bol met vier korte
uitlopers zodat er hoeken ontstaan, lijkt
als een buitenaards vehikel neergedaald.
door Rolf Bosboom
Als de bezoekers binnenkomen is er
even lichte verwarring, want de
scheiding tussen podium en publiek
is niet zo eenduidig als gebruikelijk.
Het podium bestaat uit twee cat
walks die elkaar kruisen. De stoelen voor de toe
schouwers staan tussen de 'benen' van deze X.
Aan de vier uiteinden, in de hoeken van de pavil
joen, zitten de musici gereed: Michiel Weidner
(cello/cimbaal), Jeffrey Bruinsma (viool), Miako
Klein (viool, fluit) en Niti Ranjan Biswas (tabla).
Dan verzamelen de vier dansers zich in het mid
den van het podium. Ze lijken te wachten tot de
muziek begint, maar het blijft: - minutenlang - stil.
Ze draaien hun hoofden, kijken steeds bezorgder
om zich heen, alsof ze in afWachting zijn van ie
mand die maar niet komt opdagen. De groeiende
oniust dwingt hen tot een zoekend lopen.
Het geluid van de strijkers zwelt, eindelijk, aan.
Het lopen verandert langzaam maar zeker in dans:
zeer ritmische tapdans van Peter Kuit en Marieke
van der Ven en klassieker getinte bijdragen van
Maaike van de Westeringh. Het is dansen als dia
loog. De drie reageren voortdurend op elkaar, in
een choreografie die oogt als een complexe drie
hoeksverhouding. De vierde danser, Satishkoemar
Makhan, houdt zich aanvankelijk afzijdig en beziet
met serene blik de drukte om hem heen, maar
mengt zich daar uiteindelijk ook in, in Zuid-lndia-
se stijl.
Het is een voorstelling waarin de toeschouwer on
vermijdelijk wordt meegezogen, zeker door de na
bijheid van de muziek en vooral de dans. Tapdans,
bijvoorbeeld, blijkt op nog geen meter afstand bui
tengewoon indringend te zijn. Maar Practising su
ma boeit ook door de bruggen die in allerlei op
zichten worden geslagen: tussen de diverse dan
sen, tussen culturen, tussen man en vrouw, tussen
muziekstijlen, tussen muziek en dans, tussen ar
tiest en publiek. Iedereen inspireert elkaar.
De voorstelling is een initiatief van DO, ofwel
theatermaakster Moos d'Herripon en musicus
Kees Wieringa, die veel werk van Simeon ten Holt
heeft uitgevoerd. „Het Viervleugelpaviljoen is ont
worpen voor de uitvoering van de muziek van
Ten Holt", zegt hij. „Wij wilden proberen er ook
een andere artistieke invulling aan te geven - een
dansvoorstelling - die wel alles te maken heeft
met de tent."
Kenmerkend is vooral de ruimtelijke opstelling,
met het publiek in het midden. Dat betekende
bijna onvermijdelijk dat de musici een plaats in de
hoeken kregen. „De vormgeving ontstond daarna
vanzelf, vanuit de architectuur. De voorstelling
gaat over het verbinden van culturen. We hebben
de hoek van het paviljoen met elkaar verbonden
door middel van catwalks."
Dat betekende wel een krap podium, van slechts
zestig centimeter breed. „De beperking is de uitda
ging, al moesten we wel even slikken", herinnert
Maaike van de Westeringh en Satishkoemar Makhan
in Practising Suma. foto Joris van Bennekom
Moos d'Herripon zich. „De tapdansers hebben we
er vanaf het begin bij betrokken en ik wilde graag
iets met tapdans en tabla doen. Ik vind het heel in
teressant om combinaties te zoeken van dingen
die heel verschillend lijken maar toch dicht bij el
kaar blijken te liggen."
Wieringa schreef de bijzondere muziek, gebaseerd
op Indiase raga's, maar deed dat niet in afzonde
ring. „We hebben letterlijk met z'n allen in de stu
dio gezeten, met alle dansers en musici. Daar heb
ik ter plekke gecomponeerd. Dat is wel tricky,
want muziek vraagt toch iets anders dan dans.
Maar daardoor ontstaan wel ideeën die je anders
niet zo snel krijgt." De werkwijze heeft gezorgd
voor een grote betrokkenheid van iedereen. „De
dansers horen muziek waarvan ze weten dat ze in
vloed hebben gehad op het ontstaan ervan. Omge
keerd weten de musici precies wat er wordt ge
danst."
Practising suma ging in première tijdens het Mij
zen Festival, dat Wieringa en d'Herripon zeifin
juli in een Noord-Hollandse polder organiseerden.
Daarna was de voorstelling te zien op Theaterfesti
val Boulevard in Den Bosch, waar het publiek tot
hun voldoening enthousiast reageerde. „Op zich is
het heel provocatief dat er in het eerste kwartier
bijna niets gebeurt", zegt Wieringa. „Voorafhad
den we ook discussies over de vraag: wordt het
niet te experimenteel? Maar het is uiteindelijk heel
goed uitgepakt."
t£B Practising suma, donderdag 6 t/m zaterdag 8 septem-
ber in het Viervleugelpaviljoen op het Abdijplein. Aan
vang: 19.30 uur.