SS'ers dichter bij
zeeland
nazomerfestival
Literatuur uit
alle windstreken
De literatuur komt de bezoekers naar
verwachting van vier kanten
aangewaaid in het
Viervleugelpaviljoen, de door
beeldend kunstenaar Dré Wapenaar
ontworpen tent op het Abdijplein.
Deze is oorspronkelijk gemaakt voor
muziekstukken die componist Simeon
ten Holt schreef voor vier
vleugelpiano's.
door Ali Pankow
Met de vier 'hoeken' is het paviljoen ook de lo
catie bij uitstek voor het literatuurprogram
ma Met de wind mee. Vier schrijvers uit vier
verschillende windstreken. Tom Lanoye, Saskia de Cos-
ter, Al Galidi en Joost Zwagerman nemen de bezoekers
mee op een reis om de wereld in één avond. „Frans Ta-
zelaar van literair productiehuis De Wintertuin heeft
met dit viertal speciaal voor ons een eenmalig program
ma samengesteld", zegt Alex Mallems, artistiek direc
teur van het Nazomerfestival.
De vier auteurs zitten ieder in een hoek van het pavil
joen met het publiek in het midden. Bovendien han
gen er beeldschermen zodat de bezoekers er van alle
kanten bij betrokken worden. Mallems: „Iedere schrij
ver heeft natuurlijk zijn eigen gedachten en bewerin
gen, maar het is vooral de bedoeling dat ze op elkaar
reageren."
Het viertal vertegenwoordigt letterlijk verschillende
windrichtingen. Saskia de Coster en Tom Lanoye heb
ben gemeen dat ze uit Vlaanderen komen, maar hun
werk verschilt aanzienlijk. Lanoye (48) heeft naast poë
zie, essays, romans en kritieken ook veel toneelwerk,
waaronder Ten oorlog (zes stukken naar Wars of the Ro
ses van Shakespeare) op zijn naam staan. De Coster
(30) lanceerde in 2002 haar romandebuut Vrije val;
daarna volgden jeuk en Eeuwige roem.
Al Galidi (36), die ook schrijft onder de naam Rodhan
Al Khalid, komt van oorsprong uit Zuid-Irak. Na een
vlucht via verschillende landen kwam hij in 1998 in Ne
derland. Hij presenteerde in 2000 zijn eerste dichtbun
del: Voor de nachtegaal in het ei. Inmiddels publiceerde
hij ook twee romans en prozaboeken.
Joost Zwagerman (44) bereikt al vele jaren een groot
leespubliek. Na zijn doorbraak met Gimmick! in 1989
volgden diverse bestsellers (Vals licht, De buitenvrouw
essaybundels en dichtbundels waaronder het bekende
Roeshooft hemelt.
Literatuurprogramma 'Met de wind mee', woensdag 5 sep-
tember; Viervleugelpaviljoen Abdijplein. Aanvang: 19.30 uur.
Schrijfster Saskia de Coster.
josse De Pauw (1952) is een van de grote
theatermannen van Vlaanderen. Hij
speelt, schrijft en regisseert. Voor het
Zeeland Nazomerfestival bewerkte hij de
gesprekken met oud SS'ers die Armando
en Hans Sleutelaar in de jaren zestig
publiceerden. Het resultaat is Ruhe, een
voorstelling met zang en gesproken tekst.
Liederen van Schubert omarmen de verha
len van Hitiers getrouwen.
door Jan van Damme
Afgelopen voorjaar was de voorstel
ling al in Brussel te zien. In een oude
loods, zoals dat ook in Goes het ge
val zal zijn. De setting is simpel. Een
redelijk willekeurig uitziende verza
meling stoelen, zodanig gegroepeerd dat de bezoe
kers min of meer in een kring zitten. De tien le
den van het Collegium Vocale uit Gent hebben
plaats genomen in het publiek. Als ze aan de beurt
zijn, gaan ze gaan op hun stoel staan. Ook de ac
teur, die de monoloog voor zijn rekening neemt,
duikt opeens op tussen de toeschouwers.
Een bewust gekozen vorm, vertelt Josse De Pauw,
die zelf een van de monologen voor zijn rekening
neemt. Vijfjaar geleden al speelde hij Ruhe met de
zelfde acteurs - Tom Jansen, Dirk Roofthooft en
Carly Wijs - op een podium in het Concertge
bouw van Brugge, met dansers en ander spektakel
erom heen. „Toen ontstond de gedachte", zegt De
Pauw, „dat die SS'ers niet zo ver ergens veilig op
een scène hoorden te staan. Ze moesten dichter
bij de mensen geraken, confronterender worden.
Die gedachte is blijven hangen, ik wist dat ik er
ooit nog eens iets mee zou doen. De gelegenheid
kwam toen ik Stephane Leys, leider van het Colle
gium Vocale, leerde kennen. Hij was voor het
koor op zoek naar andere pistes. Zo kwam ik op
de combinatie van het koor en de SS-monolo-
gen."
Het boek van Armando en Hans Sleutelaar, De SS'
ers, gesprekken met Nederlandse vrijwilligers in de
Tweede Wereldoorlog, zorgde in 1967 bij verschij
ning voor veel commotie. Er komen mensen aan
het woord die proberen duidelijk te maken waar
om ze toetraden tot het keurkorps van Adolf Hit-
Ier. Ze hebben geen spijt van hun keuze. Arman
do en Sleutelaar gaven de op band opgenomen ge
sprekken zo letterlijk mogelijk weer in hun boek.
De vragen werden weggelaten, maar de spreektaal
werd zoveel mogelijk gehandhaafd. Het resultaat
is een zeer directe vertelvorm, alsof de geïnter
viewde tegenover de lezer zit en zijn verhaal ver
telt.
Josse De Pauw sluit, met de wijze waarop hij zijn
voorstelling heeft vormgegeven, aan bij de direct
heid die al door de auteurs van het boek werd na
gestreefd. Acteurs en zangers zitten in het publiek.
En de toeschouwers zijn zo neergezet, dat ze el
kaar wel moeten zien en dus deel uitmaken van
het decor. Het meubilair heeft voor De Pauw een
eigen uitstraling: „Die stoelen zijn bijna allemaal
verschillend en zijn niet geordend neergezet. Ze
zijn niet nieuw. Herman Sorgeloos maakt voor
mij wel vaker het decor. Hij heeft meer dan een
jaar stoelen verzameld. Hij heeft zijn adresjes,
waar hij ze koopt. Het moeilijke was te zorgen dat
het net niet een uitdragerij zou worden. Er moes
ten hier en daar stoelen staan, die klasse hebben.
Voor mij zijn al die verschillende stoelen een
beeld, net ais al die verschillende mensen die erop
zitten. Uniformiteit van allemaal dezelfde klap
stoeltjes zou tegen de geest van het stuk geweest
zijn. Het is mooi om te zien, heel veel mensen kie
zen echt hun stoel. Wat oudere mensen kijken
hoe hij zal zitten, want ze moeten het er toch
meer dan een uur op uithouden."
Achterin de tot theaterruimte omgevormde loods
licht een videoprojectie op van de Belgische kun
stenaar David Claerbout. Het uit 1997 daterende
werk heet Ruurlo, Borculoscheweg, 1910. De Pauw:
„Een Hollands landschap met een bewegende
boom. Het geheel straalt een hele grote rust uit.
Rust, Ruhe. Een van de Schubertliederen heet Ru
he. Maar de titel verwijst ook naar 'alles Ruhe'.
Dat riepen de Duitsers heel hard als ze wilden dat
het stil werd. Zo'n verlangen naar rust kan ook
omslaan in een hysterie, in doodmaken."
Josse De Pauw ziet in de Duitse samenleving tij
dens het nazi-regime een streven naar perfecte
harmonie. „Alles wat niet paste in dat harmoni
sche beeld, moest eruit. Om te beginnen alles wat
gehandicapt was, maar ook joden en zigeuners.
De SS was een instrument voor de politiek van
die tijd, of voor Hitier. Ik denk dat we als mensen
allemaal een verlangen hebben naar harmonie.
Omdat harmonie rust met zich meebrengt, omdat
harmonie ook voor schoonheid zou kunnen zor
gen. In de kunsten is dat streven helemaal geper
mitteerd, dat is een vrijplaats waar dat soort extre
men kan worden gezocht. In een samenleving kan
dat niet, omdat je dan mensen moet gaan vergas-