Bekendmaking
Meningen
Hoe 'spion Pekka' tegen
de lamp liep of toch niet
Finse diplomaat zou
voor Oost-Duitse Stasi
hebben gespioneerd.
door Carel Coseling
DEN HAAG - Zeventien jaar gele
den, bij de val van de Berlijnse
muur, kwam er een einde aan de
Stasi, de geheime dienst van de
Oost-Duitse DDR. Alleen niet in
Finland. Daar begon deze week
een proces tegen de staat, aange
spannen door een diplomaat die
ervan beschuldigd is voor de bui
tenlandse afdeling van de Stasi, de
HVA, te hebben gespioneerd. De
Finse geheime dienst Supo speelt
hierbij een duistere rol.
Het nieuws trof Finland als een
donderslag bij heldere hemel. Het
tv-journaal van 10 september 2002
opende met het bericht dat profes
sor Alpo Rusi (codenaam Pekka),
oud-medewerker van president
Ahtisaari, gespioneerd had voor de
Stasi. De bron was de Supo.
Deze week begon in Helsinki een
door Rusi tegen de staat aange
spannen proces. Hij eist 500.000
euro schadevergoeding voor aan
tasting van zijn goede naam en
eer. Als getuigen moeten onder an
deren Ahtisaari en oud-premier
Lipponen verschijnen.
Volgens Rusi (58) is de Supo des
tijds ernstig in de fout gegaan. Zon
der enige aanleiding begon de
dienst in 2002 een onderzoek te
gen hem. Bovendien heeft de
dienst zelf journalisten ingelicht,
waardoor zijn carrière geruïneerd
werd.
De Supo begon het onderzoek op
basis van de 'Rozenholz-archie-
ven': honderden microfilms met
350.000 documenten van de Stasi
erop. De films verdwenen direct
na de val van de DDR. Korte tijd
later viel het materiaal via Russi
sche KGB-agenten in handen van
de Amerikaanse inlichtingen
dienst CIA. De KGB'ers werden
daarvoor vorstelijk betaald.
De CIA bekeek het materiaal eerst
zelf, voordat de dienst bevriende
naties vroeg of die ook belangstel
ling hadden voor informatie over
hun landgenoten. Zo kreeg de
Supo in 2000 een lijst met namen
De Finse diplomaat Alpo Rusi.
van twintig Finnen die voor de
Stasi zouden hebben gewerkt.
Op de lijst stonden Alpo Rusi en
zijn broer Jukka. Het duo zou tus
sen 1973 en 1976 zo'n honderd do
cumenten aan de Stasi hebben ge
leverd. Alpo had ze als ambtenaar
van Buitenlandse Zaken tot zijn
beschikking, Jukka leverde ze ver
volgens aan Stasi-agenten in Hel
sinki. Via Berlijn kwamen de stuk-
'De Finse geheime dienst
Supo speelt hierbij
een duistere rol'
ken vervolgens in Moskou terecht.
In mei 2002 werd Alpo Rusi voor
het eerst door de Supo gehoord als
onderdeel van een vooronderzoek.
Met de berichtgeving van 10 sep
tember was de geest echter uit de
fles. Nadat de Supo het vooronder
zoek in januari 2003 had afgerond,
ging de zaak naar de procureur-ge
neraal, Jarmo Rautakoski. Deze
oordeelde in juni dat er geen aan
klacht kwam wegens spionage te
gen Alpo of Jukka Rusi.
Rautakoski oordeelde dat de infor
matie die bij de Stasi was beland
niet erg belangrijk was geweest in
het kader van het Finse buiten
landse beleid of economie. Boven
dien waren mogelijke strafbare fei
ten al verjaard.
foto Seppo Sirkka/EPA
Jukka Rusi is inmiddels overleden,
maar zijn broer Alpo strijdt door.
In het boek 'Koude republiek'
vraagt hij zich af waarom de Supo
alleen het geval-Rusi onderzocht
en de achttien anderen op de lijst
van Finse Stasi-medewerkers onge
moeid liet. Ook noemt hij het
vreemd dat de Supo het onder
zoek naar hem en zijn broer voort
zette, ook na afronding van het
vooronderzoek.
Begin 2005 oordeelde de Finse om
budsman dat de Supo met het
vooronderzoek weliswaar de wet
niet overtreden had, maar dat er
wel grenzen waren overschreden.
Er was nooit genoeg bewijs ge
weest voor een aanklacht en dat
wist de Supo al vrij snel. Informa
tie had nooit mogen uitlekken en
rijksambtenaren hadden Rusi moe
ten beschermen tegen publiciteit.
Nadat Rusi met dat oordeel in de
hand nog geen genoegdoening
had gekregen, besloot hij tot twee
radicale stappen. Ten eerste vroeg
hij de rechter om openbaarmaking
van de hele lijst Finse Stasi-mede-
werkers. Die eis werd in april van
dit jaar afgewezen.
Ten tweede deed hij de staat een
proces aan.
Het hoofd van de Supo is inmid
dels afgetreden en de top van de
Finse politie heeft opdracht gekre
gen het Supo-materiaal nog eens
te bekijken.
2. Rijkswaterstaat Zeeland, Poelendaelesingel 18 te Middelburg na voorafgaande
afspraak (tel. 0118 - 62 24 28) op werkdagen van 9.00 uur tot 12.00 uur en
van 13.00 uur tot 16.00 uur.
3. Gemeentehuis van Borsele, Stenevate 10 te Heinkenszand van maandag
tot en met vrijdag van 8.30 uur tot 12.30 uur.
4. Gemeente Terneuzen, Stadhuis, Oostelijk Bolwerk 4 te Terneuzen, de
vestiging op Markt 1 te Axel en de vestiging op Vlaanderenplein 1 te
Sas van Gent, op maandag van 13.00 uur tot 17.00 uur, op dinsdag tot
en met donderdag van 9.00 uur tot 17.00 uur en op vrijdag van 9.00 uur
tot 20.00 uur.
Beroep en voorlopige voorziening
Tegen het besluit kan tot en met 4 oktober 2007 beroep bij de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State worden ingesteld door:
a. belanghebbenden die een zienswijze hebben ingebracht op het ontwerp;
b. de adviseurs die gebruik hebben gemaakt van de gelegenheid advies uit
te brengen over het ontwerp;
c. degenen die bezwaar hebben tegen wijzigingen die bij het nemen van het
besluit ten opzichte van het ontwerp zijn aangebracht;
d. belanghebbenden aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten geen
zienswijze te hebben ingebracht op het ontwerp.
Het gemotiveerde beroepschrift dient te worden gezonden aan de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA Den Haag,
met ten minste een vermelding van de naam en het adres van de indiener,
de dagtekening van het beroepschrift, een vermelding van het bestuursorgaan
dat het besluit heeft genomen en de datum en het kenmerk van het besluit.
Het besluit wordt op 5 oktober 2007 van kracht tenzij vóór deze datum beroep
is ingesteld en een verzoek wordt gedaan tot het treffen van een voorlopige
voorziening. Het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening moet
worden gericht aan de voorzitter van voornoemde afdeling. Het besluit wordt
niet van kracht voordat op een dergelijk verzoek is beslist.
Van de indiener van een beroepschrift/ verzoek tot het treffen van een voor
lopige voorziening wordt een bedrag aan griffiegeld geheven.
Omtrent de hoogte hiervan, de wijze waarop en de termijn waarbinnen u
dit dient te betalen kunt u zich in verbinding stellen met de secretarie van de
voornoemde afdeling.
Lelystad, 23 augustus 2007.
De staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,
namens deze,
de hoofdinspecteur van de Toezichteenheid Waterbeheer,
namens deze,
de unitmanager van de Unit
Toelating en Continuering,
ir. F. Dijkman Inspectie Verkeer en Waterstaat
PZC Vrijdag 24 augustus 2007 l
1de Inspectie Verkeer en Waterstaat, Toezichteenheid Waterbeheer,
Noorderwagenplein 6, 8223 AL Lelystad;
Wet verontreiniging oppervlaktewateren
Besluit inzake de aanvraag ingevolge de Wet verontreiniging
oppervlaktewateren van Rijkswaterstaat Zeeland
De staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat maakt ter voldoening aan de
Algemene wet bestuursrecht het volgende bekend.
Bij besluit van 14 augustus 2007, nr. IVW/TeW/07LU000455 is aan Rijkswater
staat Zeeland ingevolge de Wet verontreiniging oppervlaktewateren vergunning
verleend voor het in de Westerschelde verspreiden van circa 12.000 m3 bagger
specie, vrijkomend bij het opruimen van object met nummer 237 (vermoedelijk
SS Ariana).
Terinzagelegging
Het besluit, alsmede het ontwerpbesluit en andere van belang zijnde stukken
liggen van 24 augustus 2007 tot en met 4 oktober 2007 ter inzage op de
volgende adressen en tijdstippen: