Zeeman ben je
voor het leven
De wind door de haren. Touwen tikken het ritme van de zee tegen
de drie masten. Colven worden scherp aangesneden en laten hun
schuim over de boeg spatten. „Wanneer je dat gevoel eenmaal
hebt ondergaan, en het pakt je, dan laat het je nooit meer los."
Poul Sanderse (62) is verliefd
- geworden op de Eendracht.
Sinds hij anderhalfjaar geleden
f één van de acht schippers werd,
JJ 5 ffl ook een beetje 'zijn' schip.
d/j rjl Vraag hem naar een karakte-
t ristiek van de in 1989 gebouwde
schoener en de Vlissinger vervalt
r vanzelf in superlatieven. „Het is een
prachtig mooi zeilschip. Met een fan
tastisch zeegedrag. Wanneer je met
halve wind vaart, haalt ze 16,5 mijl,
ongeveer 28 kilometer per uur. Dan
hoor je gewoon de golven sissen,
sssssGeweldig! Windkracht 12 kan ze
hebben, geen probleem."
In races zal de Eendracht het echter
meestal afleggen tegen scherper
gebouwde concurrenten als de Stad
Amsterdam en de Russische Mir, erkent
de schipper ruiterlijk. „We worden altijd
tweede of derde. De Eendracht is iets
breder gebouwd, dat dient vooral de vei
ligheid."
Sanderse heeft zijn sporen verdiend in
het Rotterdamse loodswezen. Zeven
jaar geleden raakte hij betrokken bij de
Stichting Het Zeilend Zeeschip en kreeg
hij een interne opleiding tot stuurman,
opper en schipper voor de passagiers
vaart. Voert Sanderse het bevel, dan gaat
standaard het Zeeuwse dundoek in de
top. „Die gaat altijd mee." Inmiddels
heeft hij al veertien weken met de
Eendracht in het logboek geschreven,
waarvan drie weken in de Cariben. Maar
hoe romantisch het ook lijkt om deel uit
te maken van de bemanning, voor de
meesten blijft het vrijwilligerswerk,
benadrukt Sanderse. „Ik verdien er geen
cent mee. Sterker nog, het kost me reis
geld, maar dat heb ik er graag voor over."
De Eendracht vaart zowel met groepen
als met individuele passagiers. De prijs
van een kooi aan boord hangt af van de
bestemming en het aantal dagen. Voor
jongeren (15-26 jaar) gelden speciale
tarieven, passend binnen de doelstelling
van de stichting 'iedereen, in het bijzon
der de jongeren, in de gelegenheid stel
len kennis te maken met de zee en het
avontuur van zeezeilen'.
Zeilervaring is geen vereiste. Sanderse:
„Zodra iemand bij ons aan boord stapt,
maakt hij of zij deel uit van de beman
ning. Van individuele opstappers maken
we binnen een dag een team. Dat is het
sterke punt van de Eendracht. Wij zet
ten mét de passagiers de zeilen."
Onder de groepen die een reis boeken
zijn veel vaste gezelschappen.
„Sommigen (onder wie oud-politici en
Poul Sanders
binnenvaartschippers) varen al meer
dan 25 jaar een weekje mee en nemen
het schip vrijwel helemaal over." Het
Scheepvaart en Transportcollege (STC)
in Rotterdam gebruikt de windjammer
vijf weken per jaar voor praktijklessen.
De leerlingen steken met de Eendracht
over naar Engeland en maken zo kennis
met de zee. „Wie kwartiermeester of
bootsman wil worden, leert zeilen zet
ten, aankomende officieren krijgen de
fijne kneepjes van de navigatie mee. Ze
leren een drenkeling op te pikken, krij
gen brandrollen, lessen ankeren, sturen;
eigenlijk alles om met een schip van dit
formaat te kunnen omgaan."
Wie hoogtevrees heeft, hoeft aan boord
van de Eendracht niet bang te zijn. „Ze
moeten hooguit een meter het want in,
maar wij gaan de zeilen niet in. Ook dat
heeft te maken met de strenge veilig
heidsnormen die wij hanteren. Iedereen
aan dek draagt een zwemvest en een
gordel. Verder is het altijd een kwestie
van vasthouden: één hand voor je zelf
en één voor het schip."
Vanuit zijn strandhuisje in Dishoek
houdt Sanderse de scheepvaart in het
oog. Geen vrachtvaarder gaat voorbij
zonder dat hij het schip heeft gefotogra
feerd. Duizenden exemplaren zitten in
zijn computer. Met enige regelmaat staat
hij nog zelf op de brug voor een verre
reis. „Net wanneer ze me nodig hebben.
Er is een schrijnend tekort aan stuurlie
den. Ik ben dan wel gepensioneerd, zee
man ben je voor het leven."
Marcel Modde