'Alles draait om de timing' In België noemen ze de babbelaar een 'babbelute' WM W M~% mé 34 Het maken van goede babbelaars vergt veel tijd en aandacht. De meeste botersnoep wordt bedrijfsmatig geproduceerd. door Timo van de Kasteele Mierzoet, glazig, keihard en goudkleurig. Vroeger wer den ze door bijna iedere Zeeuwse huisvrouw gemaakt: de boterbabbelaars, nog beter bekend als de Zeeuwse babbelaar. Het Woordenboek der Zeeuwse Dialec ten spreekt ook van balletje, blok je, brokke, kokkiene, kussentje, spekje of sukerspek. De vertaling luidt stroopballetje. De smaak van de babbelaar is het best wanneer hij net van de plaat komt. En hij smaakt heel erg lekker 'bie 't twee de bakje koffie'. Kun je het suiker klontje daaruit weglaten. De meeste babbelaars komen te genwoordig uit de fabriek, maar op de nachtmarkt in Middelburg, afgelopen vrijdag, vinden we een kraam waar de lekkernij nog am bachtelijk wordt vervaardigd. Bo ven een kokend hete emulsie van water, suiker, azijn en boter staat Lauw Wagenaar van de Walcherse Dans- en Folklorevereniging Wala- cra. Hij gaat volledig gekleed in Walchers kostuum. Wagenaar is één van de weinigen die nog babbelaars op de traditio nele manier maakt. „Het is een eenvoudig, goedkoop snoepje dat door iedereen te maken valt. Ook ten tijde van pure armoede was dit snoepje populair. Iedereen had wel suiker en boter in huis." Tegenwoordig is het snoepje voor al een lekkernij die doet terugden ken aan de koffie bij oma. De bab belaar is een ideaal souvenir om van vakantie in Zeeland mee naar huis te nemen. Het zoete kussen tje is zelfs zo populair dat er aller lei varianten op worden gemaakt. Zo zijn er chocolade-, kaneel- en stroopbabbelaars. Er zijn zelfs bab Annie Wagenaar achter de kraam op de nachtmarkt in Middelburg. foto Timo van de Kasteele belaars waarin fijngebroken pin da's zijn verwerkt. Wagenaar: „Je kunt werkelijk alles toevoegen om een andere smaak te krijgen. Wel goed opletten bij het maken, het kookpunt verandert dan wel." Het maken van een babbelaar is niet eenvoudig, ook al is het aantal ingrediënten beperkt. Waar het om draait is het kookproces. Wa genaar: „Het is net als met de bo lus. De ingrediënten van een fa- brieksbolus en een handgemaakte bolus kunnen hetzelfde zijn, dat wil nog niet zeggen dat-ie ook het zelfde smaakt. Bij de babbelaar is dat niet anders. Het moment dat de pan van het vuur gaat, is cru ciaal. Ben je te vroeg, dan slaan de babbelaars wit uit en blijven ze zacht. Ben je te laat, dan verbrandt de emulsie van suiker en boter on der je neus. Bij het maken van de babbelaar draait alles om de ti ming." Inmiddels bakt Lauw Wagenaar al ruim vijfentwintig jaar Zeeuwse babbelaars. Hij mag zichzelf dan ook een echte expert noemen. Jaar lijks doet hij met zijn vrouw tien tallen markten in Zeeland aan. De avondmarkt in Middelburg is de gelegenheid bij uitstek om veel te verkopen. 'Er gaat veel tijd in zitten. Met honderd babbelaars ben je al snel vier uur bezig' „Wij proberen door de verkoop van de Zeeuwse Babbelaar de kle derdrachttraditie in Walcheren in stand te houden", vertelt Wagen aar. „Met de opbrengst onderhou den wij onze kleding. Er gaat al leen behoorlijk veel tijd inzitten. Met honderd babbelaars ben je al snel vier uur bezig." Het fenomeen babbelaars maken dreigt wel langzaamaan uit te ster ven. Door de komst van fabrieks- babbelaars gaan mensen geen uren meer in de keuken staan om snoepjes te maken. „Mensen hebben tegenwoordig he lemaal geen tijd meer. Ze komen thuis van hun werk, gaan sporten' of tv-kijken. Het leefpatroon is te genwoordig zo anders dan vroeger. Tijd voor het maken van babbe laars past niet meer in dat pa troon", zegt Wagenaar. Ambachtelijk gemaakt Neem 40 gram roomboter, 10 milliliter water, 30 milliliter azijn en 500 gram suiker. ►- Verhit in (koperen) pan suiker, water, azijn, boter (foto 1). Inkoken tot 160°C. Vork in de hete suiker dopen, daarna in koud water. Wanneer de suiker van de vork is te breken, is de ze voldoende ingekookt. »- Massa op een koude, met bo ter ingevette, marmeren of gra nieten plaat storten (2). Snel omscheppen (3) tot het met de handen beetgepakt kan worden. Dan kunnen smaak stoffen worden toegevoegd zo als kaneel, cacao of fijngehakte pinda's of amandelen. Van de massa linten trekken en invouwen (bij circa 70 °C). In stukjes van 2 cm snijden: klaar is de echte babbelaar (4). Een blikje met Zeeuwse babbelaars van de Middelburgse bakker Diesch. foto Timo van de Kasteele Het zijn niet de babbelaars van Lauw Wagenaar die toeristen aantreffen in de bekende blikjes die ze overal in Zeeland kunnen kopen. Om in die vraag te kunnen voorzien, worden de babbelaars ook fabrieksmatig ge produceerd. Zeer bekend is de firma J.B Diesch uit Middelburg. Die verkoopt uit eigen bakkerij en houdt daarmee ook de traditie hoog. Diesch heeft het patent op de 'Echte Zeeuwse Boterbabbelaar'. Ook het ontwerp van zijn blikjes is traditioneel. Een andere producent is L.J. Joosse in Middelburg. Omdat hij de term van Diesch niet mag gebruiken, profileert hij zich met de Zeeuwse Roomboterbabbelaar. In een be- drijfsloods op het Middelburgse in- durstiebedrijf Arnestein worden de blikjes van Joosse gevuJd met babbelaars uit de Bressiaanse snoepfabriek Napoleon/Verduijn. De blikjes van Joosse ogen wat mo derner dan die van Diesch. Hij heeft wat meer soorten in zijn as sortiment, gebruikt wat meer kleu ren en brengt af en toe nieuwe soorten op de markt. Niet alle babbelaars komen overi gens uit Zeeland. In Oosterhout staat de snoepfabriek van Rens Joosen. Die levert alleen buikver pakkingen van drie kilo aan groot handels zoals Leklcerland. De grootste afzet van babbelaars heeft Joosen in Zuidwest-Nederland (met name Zeeland) en België. Daar heet het snoepje een 'babbe lute'. Omdat de babbelaar een streekgebonden lekkernij is, is het voor Rens Joosen een nevenarti kel. Productieaantallen wil hij niet noemen, maar naar eigen zeggen is hij de 'enige grote speler op de markt van babbelaars'. Doelstelling is de babbelaar in de Oosterhoutse fabriek toch zo am bachtelijk mogelijk te produceren, volgens oud-Hollands recept met basterdsuiker en bruine suiker.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 54