Seks, religie
en hogere
kringen
v9
PZC Zaterdag 21 juli 2007
jtótr$o$
wwW- atxtóo^bör.
door Jaap Coedegebuure illustratie Martien 60s
Begin jaren zestig, toen hij ander
half decennium lang maar zon
der noemenswaardig commer
cieel succes schrijver was,
kwam Gerard Reve tot de con
clusie dat hij in feite 'een winkel' had. Het
mocht dan zo zijn dat de kunst voor de
baat uitging, toch diende er te worden toe
gezien dat daar behalve pennenvruchten
ook financiële baten uit voortkwamen. En
dus begon Reve zich wat nadruk
keiijker te bemoeien met aller
lei aspecten van zijn be
drijfsvoering, de reclame
voorop. Als eerste literaire
auteur in het Nederlandse
taalgebied ontdekte hij de promo
tionele mogelijkheden van de televi
sie. Het deed er niet eens zoveel
toe wat je daar zei, als het maar aan
dacht trok. Verder - en daarover gaat
het vandaag - wist hij uitgevers bekwaam
tegen elkaar uit te spelen en hen te bewe
gen tot het betalen van hoge voorschotten
op de nog te realiseren opbrengsten van
zijn werk.
Reve's levensverhaal is ten nauwste verwe
ven met de betrekkingen tussen hem en
de mannen die zijn boeken produceerden.
Brieven over honoraria en herdrukken, ru
zies over contracten en deadlines, ze vor
men voor de aanstaande biograaf een niet
te missen bron. Het geval wil dat biograaf-
in-spe Nop Maas inmiddels al twee corres
pondenties heeft bezorgd. Allereerst wa
ren daar de epistels tussen Reve en Geert
van Oorschot, die zich over de schrijver
ontfermde toen die omstreeks 1955 op een
dood punt in zijn loopbaan was beland.
Van Oorschot speelde een belangrijke rol
bij de totstandkoming van Op weg naar het
einde (1963) en Nader tot U (1966), de twee
zogenaamde reisbrievenbundels waarin
Reve uit de kast kwam als homoseksueel
én katholiek.
Na de periode Van Oorschot volgde het
drie jaar durende intermezzo Polak Van
Gennep (met de bestsellers De Taal der
Liefde, Lieve Jongens en Het Lieve Leven). In
1974 ging Reve over naar Elsevier, waar hij
te maken kreeg met Bert de Groot. Toen
die een paar jaar later de overstap naar uit
geverij Veen maakte, zou Reve hem vol
gen en zowaar ook trouw blijven. Het zegt
veel over hun verhouding. Die is nu gedo
cumenteerd in een brieveneditie die niet
alleen veel leert over het zakeninstinct dat
Reve tegenover De Groot tentoonspreid
de, maar dat ook licht laat schijnen op de
vele conflicten met Geert van Oorschot en
lohan Polak.
Dat Reve met Bert de Groot wel en met
Van Oorschot en Polak niet 'on speaking
terms' bleef moet vooral te maken heb
ben met De Groots tactvolle (en ongetwij
feld ook uitgekiende) inschikkelijkheid.
Uit zijn eigen aandeel in de corresponden
tie (selectief in Nop Maas' aantekeningen
terug te vinden) Ieren we er niet zo heel
veel over, maar in het door hem toegevoeg
de nawoord is De Groot duidelijk genoeg:
de rolverdeling tussen Reve en hemzelf
was die van 'de geniale schrijver en de vrij
wel analfabete uitgever'. Anders dan zijn
oudere collega's kende hij zijn plaats.
Wanneer deze documentaire
enkel over centen en pro
centen zou gaan, viel er al
leen door de fanatieke Revi
anen en de professionele literatuurhistorici
plezier aan te beleven. Gelukkig is er meer.
We worden hier weer ouderwets getrac-
teerd op Reve's onnavolgbare neiging tot
mystificaties, absurde sprongen en allerlei
ander geouwehoer waarop Gods zegen
rust. Wel is duidelijk dat Reve met het
klimmen der jaren niet alleen steeds mani-
scher werd, maar ook minder remmingen
kende bij het spuien van zijn vooroorde
len jegens gekleurde medemensen en reli
gieus en politiek andersdenkenden. Opval
lend is dat hij Theo van Gogh voorging in
het gebruik van een zeker scheldwoord
aan het adres van islamieten.
Bert de Groot schijnt Reve eens de basis
ingrediënten van het geheide succesboek
te hebben genoemd: seks, religie en hogere
kringen. Het is opvallend dat de eerste
door hem uitgegeven Reve-roman, Een cir
cusjongen (1975), met daarin een optreden
van de Vorstin, geheel volgens dit recept is
vervaardigd. Er moet natuurlijk wel wor
den bedacht dat de drie bestanddelen spek
naar Reve's bek waren. Van die voorkeu
ren legt Moedig voorwaarts ondubbelzin
nig getuigenis af In een analyse van het
marxisme, het geloof waarin hij door zijn
ouders werd opgevoed, stelt Reve dat het
zijn verstand en gevoel onontvankelijk
had gemaakt voor de hem aangeboren reli
giositeit. Dus was alleen zijn driftleven
nog beschikbaar. 'Vandaar dat mijn godser
varing slechts op het seksuele vlak verwe
zenlijkt kon worden'.
Dit wat betreft de hang naar hoger sferen
(die bij Reve de lage vanzelf insluiten). De
hoge geboorte en de omgang met de hoge
re kringen zijn gestoeld op misleidende
grootspraak en de lust om de burgerij ver
steld te doen staan. Reve was geen markies
en geen huisvriend van koningin Juliana
(al zul je de geleerden de kost moeten ge
ven die deze onzin voor waar aannamen).
En anders dan wat hij Bert de Groot pro
beerde wijs te maken, zal hij ook wel niet
de minnaar zijn geweest van (de ongeveer
tezelfdertijd met hem rooms geworden)
prinses Irene. Maar misschien moeten we
wachten op de door Nop Maas te schrijven
biografie voordat daarin definitieve helder
heid wordt gebracht.
[fl Gerard Reve: Moedig voorwaarts, brieven aan
Bert en Netty de Groot 1974-1997. Uitgave
Veen. 560 blz. 34,90 euro.
JEUGDBOEK
door Jan Smeekens
Als het niet echt zo was, zou het
een sprookje kunnen zijn: op
schoot bij Prinses Laurentien die
voorleest uit Tippie de verhalen-
vangster van Sieb Posthuma. Dat
geluk overkwam op 7 juli zeven jarige kinderen
van 7 tijdens de opening van de nieuwe Centrale
Bibliotheek Amsterdam. Van het prentenboekje
dat bij die feestelijke gelegenheid in een beperk
te oplage aan genodigden cadeau werd gedaan,
verscheen intussen ook een handelseditie. Voor
een prijsje van niks: nog geen 5 euro.
Het verhaal begint met heks Gruizegok, die een
afschrikwekkende neus heeft, handen als klau
wen en een voorkeur voor allerlei weerzinwek
kends. Maar verontrustender is de hekel die ze
aan kinderen heeft: 'Klein grut heeft geen nut!'
Misselijk van jaloezie ziet ze op een avond in alle
huizen het geluk van blije kinderen die door va
ders, moeders, opa's en oma's voor het slapen
gaan worden voorgelezen. Onbarmhartig maakt
ze aan dat 'kinderachtig gelach en gespeel' een
einde met 'Halliemekopsiekroppiekrauw, oele-
poelewoelemekoek, je bent een vlinder en geen
boek'. Waarna er in het hele land nergens nog
een boek te vinden is. Het gevolg laat zich raden:
'Zonder mooi verhaal konden de kinderen niet
slapen, en zonder slaap werden ze moe en huile
rig. Elke dag klonk het gehuil van de kinderen
harder en niemand deed meer een oog dicht'.
Gelukkig is daar Tippie die een prinses is. Zij
leest op de vleugels van een grote zwarte vlinder
'Simbasoembasuizebuik, moezevloezekloeze-
goek, je bent geen vlinder maar een boek!'
In het voorwoord bij het schattige boekje maakt
Prinses Laurentien (ere-voorzitter van de Vereni
ging van Openbare Bibliotheken en druk met al
fabetiseringsprojecten) zich sterk voor het voor
lezen dat zoveel plezier verschaft en al op jonge
leeftijd zou moeten beginnen, maar dat teveel
kinderen onthouden wordt. Tippie de verhalen-
vangster kan zich geen betere aanbeveling wen
sen dan die van haar: 'Je laat je meeslepen door
het verhaal en de illustraties, naar werelden van
fantasie, humor, herkenbare of juist nieuwe emo
ties, onvergetelijke personen en karakters, gekke
namen en verrassende woorden. Voorlezen
heeft iets magisch'.
In 2005 verscheen bij Davidsfonds/Infodok Voor
lezen kan iedereen! In dit informatieve handboek
(17,50 euro) geeft een twintigtal deskundigen in
dertig artikelen antwoord op vragen als Waarom
is voorlezen zo belangrijk? Hoe haal je bij voorle
zen het beste uit je stem? Kun je ook baby's voor
lezen? Bestaat er zoiets als een voorleesrepertoi-
re? Naast talrijke praktische tips en ideeën vindt
men in deze interessante zeer bruikbare bundel
nog een aantal interviews waarin onder anderen
Aart Staartjes en Joke van Leeuwen vertellen
over eigen voorleeservaringen.
Tippie de
verhalenvangster
Sieb Posthuma
Tippie de
verhalenvangster
Uitgeverij Querido
4,95 euro