Zeeuws Museum
Van
Zeeuwse
Architect
binnenruimten
Christian Kieckens
1 O Vrijdag 1 juni 2007 PZC
Detail uit de boord van het tapijt Bergen op Zoom
Zeelander. Geen Zeeuw? Inderdaad, Zeelander, in Zeeland wonen
Zeelanders. Hoe wil je de provincie of het Zeeuws Museum anders
internationaal verkopen? Van Zeeuwen heeft niemand gehoord.
Zeelanders daarentegen, die liggen best in het gehoor, daar kun je
wereldwijd mee aankomen.
door Jan van Oamme
„Het Zeeuws Museum moet een intensieve plek zijn
van her-inneren. Het museum moet iets laten zien
van de fierheid van Zeeland, gisteren en vandaag, en
aldus een referentiepunt zijn voor morgen. Het mu
seum moet een plek zijn om bij stil te staan, maar
moet zelf niet stilstaan: Herwonnen gebied waarbij de
objecten meer zijn dan wat ze tonen. Museale ruim
ten vol met objecten die elke bezoeker beklijven.
Wonderbaarlijke kamers, wonderkamers, kamers met
wonderbaarlijke dingen. Dingen die nieuwe inzichten
geven en toekomstperspectieven. Een vernieuwd per
spectiefvoor Zeeland."
4— ~T J'ent'in Byvanck, directeur van
I ^-1 III het Zeeuws Museum, kijkt zoals
JL JL JL 1/ alleen Valentijn Byvanck kan kij-
V ken. Hij meent het. Tradities, ge
bruiken, geschiedenis... Gruwen van een
woord als Zeelander mag, maar heeft geen
zin. „Ik ben een marketeer van het
Zeeuws erfgoed", zegt de directeur. Je
moet niet bewaren om te bewaren. Er is
maar één andere weg. Maak een sprong
naar de vraag: welke waarde kan die tradi
tionele cultuur in het heden hebben? Als
je niet uitdraagt wat je hebt en je wentelt
je in je eigen cultuur, dan bereik je als mu
seum nooit het publiek. ]e moet jezelf als
bijzonder zien. Ik wil mensen interesseren
voor die niet-alledaagse Zeeuwse stam in
het zuidwesten van Nederland."
Hoe Byvanck die ideeën in praktijk denkt
te brengen, heeft hij de afgelopen jaren la
ten zien.Zo geeft het Eva-filmpje van Paul
en Menno de Nooijer een indruk van wat
hem nu voor ogen staat. In de film draait
het om een in een mesheft uitgesneden
meisjesfiguurtje. Het lag vijfenveertig jaar
of langer in een vitrine van het Zeeuws
Museum, zonder dat iemand er ook maar
enige notie van nam. Nu staat het figuur
tje centraal in de korte film. Byvanck weet
zeker, dat bezoekers het mesheft niet licht
zullen vergeten.
Bezoekers moeten kijken, moeten voelen,
moeten ervaren. De historische orde is
van minder belang, vindt hij. Musea moe
ten zich niet voor het karretje van het on
derwijs laten spannen, omdat daar geen
goed geschiedenisonderricht meer wordt
gegeven. Byvanck: „Voor mij, voor het
museum geldt: we willen verleiden, aan
trekkingskracht uitoefenen. Dat is in ons
geval een eerste voorwaarde om mensen
kennis bij te brengen. En dan: we ontrafe
len oude museumstukken en scheppen er
een nieuwe cultuur omheen. De wereld
zal voorwerpen van Zeeuwse oorsprong
herkennen. Dat zie ik als onze taak, dat
we de trots van Zeeuwen mede vorm ge
ven."
De historische afdeling is opgedeeld in zes
zalen met tussenkamertjes. In de eerste
komt de zogenaamde vroegtijd aan bod,
een ruim begrip voor een periode die van
een miljoen jaar voor Christus tot 1000
jaar na Christus loopt. Byvanck spreekt
over een 'pure compositiezaal': grote vitri
nes met mooie voorwerpen - bijvoorbeeld
een walvisbot - die in een streep licht wor
den gezet. Het moet er aantrekkelijk uit
zien, over de precieze tijdsvolgorde hoe
ven bezoekers zich geen zorgen te maken.
Dat geldt ook voor de tweede zaal, waar
voorwerpen uit de late middeleeuwen in
kluisjes worden getoond. De Egyptische
mummie - nu in enquêtes het populairste
museumstuk - krijgt daar een plaats.
De wandtapijten, die de confrontaties
eind 16e eeuw op de Zeeuwse stromen
verbeelden, blijven voor Byvanck de abso
lute toppers van zijn museum. Vandaar
een eigen zaal, met de langste (11 meter)
ligbank van Nederland.
In de laatste zalen venellen schilderijen
en porselein hun verhaal. De Middelburg
se kunstenaar Piet Dieleman verzorgde de
inrichting van de schilderijenexpositie en
nam één werk van zichzelf op.
Konom, zegt Byvanck, er gaat iets gebeu
ren met het enorme archief aan beelden
waarover het museum beschikt. Van Zeel
anders, over Zeelanders, voor Zeelanders.
Niet dat de hele collectie getoond kan wor
den. Wel wordt er meer op toerbeurt in
de schijnwerper gezet. Zodat het museum
bij elk bezoek iets nieuws te bieden heeft.