Voetbal als
medici
Het trainen zit hem in het bloed; hij
was coach bij tal van Nederlandse
clubs en promoveerde vijf keer naar de ere
divisie. De Visser groeide op in Vlissingen
v18 Spect-'.in;
Zaterdag 26 mei 2007 PZC
4
foto Ton van de Meulenhof
sie. „Ik was net hersteld van mijn hart,
toen ik in 1997 slokdarmkanker kreeg. Dat
was een nieuw probleem. De artsen waren
bang dat mijn hart een operatie niet zou
aankunnen. Maar ik heb mijn moeder zien
sterven aan slokdarmkanker. Dat was een
lijdensweg. Eruit met die kanker, zei ik. Ik
wilde geen medicijnen, maar een opera
tie." De Visser heeft nu een dumpmaag
en drinkt voornamelijk water en thee,
waar hij grote scheppen poeder („astronau-
tenvoer") aan toevoegt. Hij is 25 kilo afge
vallen. „Alles is bot, ik heb geen vet op
mijn lijf en heb het altijd koud, omdat
mijn vaten snel vernauwen. In de winter
moet ik naar de zon, mijn lichaam heeft
warmte nodig."
De afgelopen winter was hij voor PSV
wekenlang in Brazilië, Paraguay, Ecu
ador en Colombia. „Dit werk is mijn medi
cijn tegen de kanker. Als ik bezig ben met
voetbal heb ik nergens last van. Als ik
thuis zit, heb ik last van mijn darmen."
Waarschuwingen van zijn arts waren niet
altijd aan hem besteed. „Na mijn operatie
zei de dokter: je mag hooguit van Eindho
ven naar Geldrop en weer terug." De Vis
ser trekt zijn eigen plan en gaat op reis
naar Burkina Faso, waar begin '98 het toer
nooi om de Afrika Cup wordt gehouden.
„Dat nóóit, zei die arts. Maar ik ben ge
gaan. Met de dag fleurde ik op. Na vier we
ken kwam ik terug. Ik was zó blij en vro
lijk. Mijn vrouw zag ook: hij kan niet zon
der dat voetbal. Op reis zijn en spelers ont
dekken, dat is zó fantastisch!"
PSV heeft hem de kans gegeven om
weer in de top te werken. „Daar ben
ik de club dankbaar voor, maar ik heb ze
ook wel terugbetaald." Gomes, Alex en
Farfan zijn de meest klinkende namen, die
uit zijn koker komen. De Visser zag ze in
2003 als eerste tijdens het pré-Olympisch
toernooi van Zuid-Amerika. „Tijdens de
warming-up van Brazilië zag ik een fantas
tische act van iemand met een geweldige
De nieuwe Farfan staat al op zijn
lijstje. En de nieuwe Alex ook.
Als het aan scout Piet de Visser
ligt, ziet de sportieve toekomst
van PSV er goed uit. „Maar de
club moet niet te voorzichtig
zijn en durven te investeren in
toptalenten." Na vijftig jaar
profvoetbal is De Visser een
springlevend monument.
door Frans van den Nieuwenhof
- voetbalarme grond. Hij ging er naar de
School met den Bijbel en leerde dat voet
ballen op zondag zondig is.
Vijftig jaar later heeft hij het leven van alle
kanten leren kennen. In 1993 kwam zijn
trainersloopbaan tot een abrupt einde. „Ik
was al eens eerder gedotterd, nu bleken
een paar grote aders in mijn borst te zijn
dichtgeslibt. Ik kreeg vijf bypasses. Die
hartziekte is erfelijk, mijn vader is eraan
overleden. Het was zonde dat ik mijn
werk bij NAC niet kon afmaken. Ik had
mijn zesde promotie naar de eredivisie
kunnen bewerkstelligen."
Hij sprong van de operatietafel en besloot:
ik ga wat anders doen. „Ik wilde het prof
voetbal in Zeeland opzetten, maar daar
voor bestond geen draagvlak. Via mijn
vriend Frans Bouwmeester kwam ik bij
Feyenoord in de scouting terecht." Daar
ontdekt hij een twaalfjarig talent: Leonar
do, de huidige aanvaller van Ajax. De op
winding slaat snel om in teleurstelling. „Ik
haalde een arm jongetje uit de favela's
naar Nederland. Iedereen in Brazilië was
razend-enthousiast, zelfs FIFA-president
Joao Havelange. Maar in de Nederlandse
media verschenen verhalen alsof wij klei
ne jongetjes wilden verhandelen. Toen die
kritiek loskwam, heeft Feyenoord me
nooit gesteund. Dat deed veel pijn, ik ben
gelijk opgestapt. Een zwarte bladzijde."
In mei 1995 onderging hij een nieuwe har
toperatie. „Net daarvoor kwam ik Frank
Arnesen en Dick Advocaat tegen, die bij
PSV werkten. Zij hoorden dat ik was opge
stapt bij Feyenoord en zeiden: je bent nü
aangenomen, na je operatie kun je gelijk
beginnen. Ik vond het geweldig om de
scouting bij PSV te kunnen gaan doen."
Zijn vrouw gaf hem een duw. „Die zei: aan
de bak, jij. Maar ja, zij kampte zelf ook met
grote fysieke problemen omdat ze een her
sentumor had." Later wordt ook zij voor
zien van vier bypasses, overleeft ze twee
hartaanvallen en krijgt ze opnieuw kanker.
„Maar wij zijn allebei sterk", stelt De Vis
ser vast.
De internationale scouting wordt zijn pas
Als trainer van De Graafschap met links van hem aanvoerder Guus
Hiddink.
Als zestig-plusser mag
ik toch wel wat zeg
gen, hè?" Half-ondeu-
gend, half-serieus
kijkt De Visser me
afn.^p het terras van een hotel in zijn
woonplaats Oisterwijk schudt hij een paar
lepels astronautenvoer in zijn thee, alvo
rens de spraakwaterval weer op gang
komt. Hier zit een man die allang dood
had kunnen zijn, maar in wiens ziel het
vuur van de eeuwige jeugd brandt. Al zijn
energie steekt hij in voetbal, in het opspo
ren van talenten. Voor PSV en voor Chel
sea.
Zijn leeftijd 'doet er niet toe'. Toen hij vijf
tig jaar geleden als trainer zijn debuut
maakte in het betaald voetbal was De Vis
ser net 23 jaar. „Zestig-plusser ben ik, dat
klinkt wel mooi." Hij maakt zich zorgen
over de directe toekomst van PSV. „De
club zit in een cruciale fase. Aan de ene
kant kamp je met schulden, anderzijds
móet je altijd blijven investeren in topt
alenten. Alleen op die manier kun je geld
uit transfers verdienen en daar drijft de.
club op. Ik hoop dat de commissarissen
niet te voorzichtig zijn. AZ kan ons zo
maar inhalen."
Het professionele voetballeven van De Vis
ser omspant een halve eeuw. In 1958 werd
Piet de Visser
hij aangesteld als assistent-trainer van
Sparta, dat hetzelfde seizoen de landstitel
veroverde. „Stond ik daar jongens als Ri-
nus Terlouw, Tonny van Ede en Wim van
der Gijp te coachen. Sommigen waren wel
tien jaar ouder dan ik! Maar ik had het
CIOS gedaan, beheerste mijn oefenstof en
kon ze iets bieden."