v19
PZC Zaterdag 19 mei 2007
B. Bonn
L.. j
infographic: RV bron: ANP, Prognos
voormalige BRD
voormalige DDR
Werkloosheid (in
Dresden: 13,2
Duitsland: 10
voormalige DDR: 17
OOSTENRIJK
De verlichte skyline van het huidige Dresden. foto Matthias Hiekel
"W" "W" e werden helemaal gek van de toe-
jk risten", zegt Juliane Martin (34).
„Honderd keer per dag kregen we
de vraag: waar kan ik souvenirs ko-
pen?", vult Anja Schön (35) aan.
De twee vriendinnen werkten bij het warenhuis Karstadt
in het oude centrum van Dresden. Juliane: „Japanners,
Amerikanen, Russen en ook veel Nederlanders. Het wer
den er steeds meer, maar een fatsoenlijke souvenirshop
was er niet."
Na zestien jaar achter de kassa namen ze eind vorig jaar
ontslag. Vlakbij de Frauenkirche huurden ze een fris opge
leverd pandje en sinds Pasen runnen ze er hun eigen sou
venirshop. Juliane volgt inmiddels een cursus Japans om
ook de klanten uit het Verre Oosten te begroeten in hun
eigen taal.
De toeristenindustrie in Dresden bloeit. „We groeien
twee keer zo hard als de rest van Duitsland", zegt directri
ce Yvonne Kubitza van het promotiebureau. „In 2006 heb
ben we voor het eerst ruim tien miljoen bezoekers gehad,
twee miljoen meer dan in 2005. Het aantal overnachtin
gen is met bijna 20 procent gestegen, tegen heel Duitsland
met een plus van ruim 2 procent. Waanzinnig."
Jarenlang keek de toerist in Dresden vooral tegen steigers
aan. Nog steeds een gevolg van de ongekende bommenre
gen in de nacht van 13 op 14 mei 1945. De geallieerden ver
anderden twaalf vierkante kilometer oude binnenstad in
een troosteloze hoop stenen.
Pas na de val van de Muur in 1989 is begonnen met de we
deropbouw van de oude stad. Langzaam komt daar een
eind aan. Hoogtepunt was in 2005 de heropening van de
barokke Frauenkirche, die in twaalf jaar tijd steen voor
steen is hersteld.
De wethouder van Economische Zaken van Dresden,
Dirk Hilbert, haalt de cijfers er graag even bij. „Het toeris
me heeft de stad vorig jaar 734 miljoen euro omzet opgele
verd. Een plus van 189 miljoen ten opzichte van 2005. Met
de heropening van de Frauenkirche is voor Dresden defi
nitief een nieuwe tijd begonnen. De inwoners zijn weer
trots op hun stad."
Juliane Martin (links) en Anja Schön runnen in de Rampische
Strasse in Dresden een souvenirwinkeltje, foto David Heerde
De hoofdstad van Saksen groeit niet alleen in het oude
hart, maar nog harder aan de rand. Waar elders in
Oost-Duitsland nieuw aangelegde industrieterreinen
wachten op gebruikers, schieten hier de bedrijven al uit
de grond als de straat er naar toe nog niet is geasfalteerd.
Net als voor het toerisme, ligt ook hier de kiem van het
succes in het verleden.
Dresden was in de DDR al een belangrijke productie
plaats voor computers, chips en printers. Na de Wende
werd geprobeerd deze traditie voort te zetten. „Met ruim
tien miljard euro aan subsidie hebben we de infrastruc
tuur aangelegd en vestigingspremies aangeboden", zegt
wethouder Hilbert. „Het is een ongelooflijk succes gewor
den. De laatste jaren zijn we uitgegroeid tot het grootste
productiecentrum van elektronische chips in Europa. We
reldwijd komt iedere vijfde chip inmiddels uit Dresden.
We hebben hier vestigingen van internationale concerns
als AMD, Infineon en Qimonda. In totaal werken hier nu
zo'n 20.000 mensen in deze branche."
Het een versterkt het ander. Universiteiten en onderzoeks
instituten hebben zich er aan opgetrokken, zijn explosief
gegroeid en nu dragen ze bij aan de aantrekkingskracht
van de stad. Het nieuwe congrescentrum wordt sinds vo
rig jaar agressiefin de markt gezet en kent bijna geen stille
dagen meer.
„Twee jaar geleden ben ik vanuit Weimar hierheen geko
men", zegt eigenaar Torsten Huber (41) van Hotel am
Waldschlösschen. „Ik ben begonnen met een pension,
maar drie weken geleden heb ik een nieuw hotel geopend
met 21 kamers. Ik zit stampvol en denk dat ik snel weer
moet gaan uitbreiden. Deze stad gaat helemaal los, de
energie die je hier voelt, heb je volgens mij nergens in
Oost-Duitsland. De mensen zijn hongerig."
De kracht van Dresden werd onlangs bevestigd in de Toe
komstatlas van het gerenommeerde Zwitserse onderzoeks
instituut Prognos. In de top twintig van de economisch
meest kansrijke steden en regio's in Duitsland staan voor
het eerst drie steden uit het oosten. Met de dertiende plek
scoort Dresden het hoogst.
De economie in de stad groeit acht keer zo hard als die
van Duitsland. De werkloosheid is gedaald naar 13,2 pro
cent. Nog meer dan de 10 procent voor heel Duitsland,
maar duidelijk lager dan de 17 procent voor de deelstaten -
van de voormalige DDR.
Dresden kent als enige stad in het oosten een lichte bevol
kingsgroei.
Cijfers om jaloers op te worden. Een groep burge
meesters van noodlijdende steden in het wes
ten riep onlangs dat het wel genoeg is met alle
subsidie voor het Oosten.
„Ik begrijp dat niet", zegt Hilbert. „Ze noemen Dresden
het China van Oost-Duitsland, maar het is natuurlijk fout
om de zwakste steden in het westen te vergelijken met de
sterkste in het oosten. Er moet in de nieuwe deelstaten
nog zoveel gebeuren. Ook in Dresden. Naast het succesver
haal hebben we hier ook langdurig werklozen die de rest
van hun leven op de staat aangewezen zullen zijn."
Om dat te doorbreken is er nog veel geld nodig voor on
derwijs. „Wij willen niet dat onze leerlingen tot hun acht
tiende in de klas blijven zitten. Ze moeten zo vroeg moge
lijk vertrouwd raken met ondernemingen in de regio en
zich oriënteren op hun kansen. We hebben nu al bedrij
ven met speciale kinderlaboratoria. Wij zijn niet meer het
dal van de onwetenden", verwijst Hilbert naar de tijd
toen Dresden vanwege zijn ligging in het dal van de Elbe
geen West-Duitse televisie kon ontvangen,
luliane Martin en Anja Schön zagen ook iets veranderen
in de stad en roken hun kans. De Rampische StraGe, waar
hun winkeltje is gevestigd, is volgens origineel plan herin
gericht, compleet met barokke gevels in afwisselende pas
teltinten. De stad doet haar bijnaam Florence aan de Elbe
steeds meer eer aan. „We zijn hier één van de eersten,
maar naast ons opent binnenkort een Italiaans restaurant.
Er kan ook nog makkelijk een tweede souvenirwinkeltje
bij, geen probleem."
Zelf zoekt het tweetal nog naar het juiste assortiment.
„De beeldjes van de Frauenkirche in Saksisch zandsteen
zijn in ieder geval al een absolute hit. Die houden we er
zeker in", glundert Anja.
overspoelde met goedkope elektronische
klokjes, is voor een niet gering deel te dan
ken aan merknamen als Piaget, Patek Phi
lippe en Vacheron-Constantin, de 'haute
couture'-sector waaraan de Japanners
nooit hebben kunnen tippen.
„En niet vergeten de Swatch van Nicholas
Hayek", memoreerde Yves. „Die man voer
de een succesvol tegenoffensief tegen Ja
pan in de populaire prijsklasse en herover
de een markt, die altijd met Zwitserland
was vereenzelvigd."
Maar Piaget is andere koek, een gevestigd
imago sinds het begin van de vorige eeuw.
Een Piaget-polshorloge uit het topsegment
is een artistiek juweel van goud en diaman
ten met een uurwerkje erin. „In ons be
drijf werken meer juweliers dan horloge
makers", legde de in een driedelig zwart
kostuum geklede superhorlogeboer uit.
„Jaarlijks kopen we vijf ton goud en hon
derden karaat aan diamanten in voor onze
productie." Hij loopt naar een kluis en
haalt een zwart fluwelen etui tevoorschijn
met daarin een zeldzaam exemplaar, op be
stelling gecreëerd voor 'een goede cliënt in
het Midden-Oosten', die niet met naam
wordt genoemd. Armband en horloge zijn
met zoveel diamanten en robijnen bezet,
dat de dunne gouden wijzers nog nauwe
lijks zichtbaar zijn. „Hoe kan je nou zien
hoe laat het is", vraag ik aan Yves, die
prompt in de lach schiet. „Dat hoeft ook
niet. Iemand die zich een horloge van een
miljoen frank kan veroorloven, hoeft niet
te weten van uur of tijd", grapt de ambassa
deur. „Met dit exemplaar gaat het erom de
tijd te bewonderen, niet om te weten hoe
laat het is." Ten bewijze waarvan toonde
Piaget zijn eigen polshorloge 'voor dage
lijks gebruik', een proletarische Swatch
van een paar tientjes. Geen snob dus, deze
Yves. En hoe werd hij consul voor de
Ivoorkust? In voorzichtige bewoordingen
liet de superhorlogeboer doorschemeren,
dat hij voor de president ook financiële za
ken in Zwitserland behartigde. We dron
ken koffie en toen bleek, dat de voortva
rende Piaget niet alleen maar schermde
met zijn internationale vriendenkring. „Ik
ga binnenkort weer naar Ivoorkust met
een nieuwe collectie", zei hij. „Als je een
interview wilt met de president, is dat zo
geregeld." Ik werkte toentertijd voor Time
Magazine en de hoofdredactie was onmid
dellijk geïnteresseerd. Drie weken later
vloog ik naar Abidjan met Yves Piaget, die
mij netjes afleverde bij president
Houphouet-Boigny, die ruim 80-jarige al
leenheerser van Ivoorkust, toen nog be
kend als de modelstaat van West-Afrika.
Zo was iedereen tevreden, niet in het
minst de Zwitserse horlogeambassadeur,
die voor onze terugkeer een order van een
paar miljoen wist op te strijken voor een
van zijn superluxe collecties. Zelfs in arme
landen vind je klanten die blijkbaar niet
hoeven te weten hoe laat het is.