Eten en drinken Heerlijk leven op straat in Bangkok Zilt uit Zeeuws-Vlaanderen Coquilles bij Coquille 20 Donderdag 10 mei 2007 PZC ETEN MET PUCK door Puck Kerkhoven Coquille, lekkere naam voor een restaurant, dacht ik ge lijk toen ik het tv-programma Mijn tent is top van Her man den Blijker zag. De jonge eigenaars, Sven (kok, 25) en Geertje (gastvrouw, 23) waren vanaf het begin mijn favo riet. Mijn voorspelling dat ze zouden winnen, is uitgekomen. Toen ik onlangs naar Den Bosch moest, heb ik snel gereser veerd. Als fan van het hemelszoete schelpdier, op z'n Hollands sint-jakobsschelp genoemd, moest en zou ik coquilles eten bij Coquille. Ze waren heerlijk, die stevige witte nootjes schelp diervlees. Sven had ze kort gegrild, zodat ze een mooie ruit- structuur kregen. Ze werden als voorgerecht geserveerd met Spaanse pata negra ham, op een frisse kruidensalade met ge marineerde artisjokjes. Voor wie dit culinaire cadeautje uit zee niet kent: coquilles zijn die handgrote geribbelde schelpen die op het Shell-sym- bool lijken. Het stukje schelpdier op mijn bord heet in het Frans officieel Coquille Saint Jacques. Wat je eet, is in feite de sterke sluitspier die ervoor zorgt dat beide schelphelften op el kaar klemmen. Door die spier aan te spannen en te ontspan nen kan de coquille zelfs zwemmen. En nog best snel ook. Maf gezicht zoals hij in noodvaart over de zeebodem kleppert, met z'n gesloten kant naar voren. De cilindervormige spier dient tevens voor opslag van eiwitten en (suikerhoudende) voedingsstoffen. Vandaar dat hij van nature zoetig smaakt en mooi bruin kleurt als je hem bakt of grilt, want dan karamellis- eren de suikers. De zoete smaak komt het best tot zijn recht als je hem combi neert met iets zuurs. Sven doet dat heel subtiel met behulp van gemarineerde artisjokjes. Ook het wijnadvies is om die reden raak: een Gros Manseng uit de Madiran, met de frisse citrusto- nen die je ook in Sauvignon Blanc tegenkomt. Deze fanatie- Wat je eet, is in feite de sterke sluitspier ke vakmensen zijn duidelijk bevlogen om het uiterste uit het verse product te halen. Rest de vraag aan Geertje tf' waarom ze voor de naam Co- quille kozen. Ook dan blijkt weer dat ze niets zomaar doen. „Den Bosch ligt op de bedevaartsrou te naar Santiago (Sint Jacobus) de Compos- tella in Noord-Spanje. Pelgrims namen een jakobsschelp mee als bewijs dat ze de tocht hadden volbracht. Ze gebruikten hem onderweg als bordje en bedelnap. In Den Bosch duikt hij overal op als sierornament, op kerken en markante gebouwen. Daarnaast vindt Sven de coquille gewoon een heerlijk ingre diënt om mee te werken. En het woord zelf levert een mooi beeld op." Geen speld tussen te krijgen. Ik geef het recept van mijn favoriete coquillegerecht, met li moen en gember. Topper voor een lekker etentje thuis. Si Coquille, Markt 34, Den Bosch, www.coquille.nl. Reserveren aanbevo len. Coquilles met limoen en gember (voor 4 personen) 12 verse coquilles (zonder schelp), 1 dl olijfolie, 1 limoen, 1 takje tijm, 1 stukje gemberwortel (ca. 3 cm), zeezout, 3 eetlepels sesam olie, /i eetlepel sojasaus, kleine ui, 1 teentje knoflook, 500 gram bladspinazie, handje pijnboompitten Leg coquilles in diep bord en overgiet met olijfolie. Leg er verse tijm bij. Laat 1 uur marineren. Schil limoen dun en snijd schil in ragfijne reepjes. Pers limoen, be waar sap. Schil gemberwortel en snijd eveneens ragfijn. Rooster pijnboompitten in droge koekenpan. Snipper ui, hak knoflook fijn en roerbak ze in wat olijfolie in de wok. Was spinazie, laat uitlek ken en roerbak tot het geslonken is. Breng op smaak met peper en zout. Snijd coquilles overlangs doormidden, dep helften droog met keu kenpapier. Verhit sesamolie in koekenpan. Bak helft van coquilles enkele minu ten tot ze mooi bruin zien en net niet meer glazig zijn. Bestrooi met zeezout, wikkel in aluminiumfolie. Houd warm in lauwe oven (50 graden). Zo ook andere helft, voeg eventueel wat olie toe. Bak in overgebleven olie tijmblaadjes, limoenschil en gemberreepjes tot ze zacht zijn. Voeg limoensap en sojasaus toe. Laat iets inko ken. Verhit spinazie, roer pijnboompitten er doorheen. Schik op bor den, leg coquilles erop. Schep limoensaus erover en garneer met reepjes gember en limoenschil. Heerlijk met een koel glas sauvig non blanc. Een overdaad aan fruit, met rechts Pruttelende potten en pannen in de straten van Bangkok, de pitahaya. De Thai eet. Eigenlijk altijd en overal. Op, langs en rond de pleinen en straten van Bangkok borrelt het, geurt het, kleurt het. Proeven van de straat als culinair genot. tekst en foto's Jacques Hermus De straten in Bangkok zijn een zintuiglijke achtbaan. Tweetakt tuk tuks scheuren door de verkeerstroom vol groenmetallic, lichtblauwe en felroze taxi's. Klam me hitte vermengt zich met uitlaat gassen tot een zware deken. Brede boulevards worden doorsneden door smalle straatjes, houten en rieten huisjes steken nietig af te gen hagelnieuwe wolkenkrabbers vol spiegelglas. Daartussen bewegen zich, als in een mierenhoop, de bewoners van de stad waarvan de officiële naam 172 letters telt, gemakshalve door zijn inwoners afgekort tot Khrung Thep, door buitenlanders tot Bang kok. Misschien is 'bewegen' wat te stel lig uitgedrukt. De Thai staat name lijk veel stil, aangetrokken door al het lekkers wat op straat is uitge stald. Want in de vochtige klam heid van de tropische miljoenen stad en de walm van uitlaatgassen stijgt op elke hoek de geur van voedsel op. Het lijkt wel of de ene helft van Bangkok de andere helft eten verkoopt. De rest van de fami lie zal het telen, kweken of anders zins produceren in de vruchtbare delta buiten Bangkok. Op de bagagedrager van een fiets, op wankele tafeltjes naast een bus halte, op uitgebreide buitenkeu kens, overal pruttelen potjes. Schaaltjes vliegen af en aan, wok ken maken de vreemdste caprio len, fijngehakte rode pepers wor den met een razendsnelle bewe ging van de snijplank geveegd, lint noedels verdwijnen in bouillon. Nam pla (vissaus) staat vrijwel overal op tafel, net als palmsuiker en pepers in alle soorten en ma ten. De Thai heeft niet een dagritme met drie maaltijden, hij eet wel vijf, zes, zeven keer per dag. Vis- koekjes met zoetzure saus (tod man pla), kip in groene currie (kaeng kiaw wan kai) of de phat thai, een Thaise bami, geroosterde sateetjes met een zoetzure saus van komkommer, rode ui en pe pertjes: alles wordt ter plekke be reid. De meeste westerlingen op bezoek in Bangkok zijn wat huiverig om van de straat te eten, bang voor buikloop of ander ongemak van dat soms onwaarschijnlijke eten - je kunt ook watertorren en ge roosterde krekels eten - maar dat is niet terecht. De producten op straat zijn zo vers en de omloop snelheid is zo hoog, dat eten nau welijks de tijd krijgt ook maar enigszins te bederven. Alleen met de ijsklontjes, waarin soms het drinken wordt geserveerd, moet je goed uitkijken. Naast de verkopers van borrelende vissoepen en sissende satés staan kraampjes berstensvol verse groen ten als watermimosa, morning glo ry en Thaise basilicum. Er is een overdaad aan fruit: groene en rijpe mango's, papaya's in alle soorten en maten, pithaya's, doekoes, ram- boetans en overheerlijke mangoes- tans. Om nog maar te zwijgen van de doerian, een stekelige vrucht die zowel nationaal symbool als veelgehaat vrucht is. De doerian, die wel tien kilo kan wegen, verspreidt een geur die het midden houdt tussen schimmelige urine en een uitlopende kaas - re den waarom hij in veel openbare gebouwen en vlieguigen verboden is. En dat terwijl het boterzachte, zoetzure vruchtvlees prachtig van smaak is, met inderdaad de herin nering aan een mooi Münsterkaas- je- De Thaise keuken combineert het beste van Chinese en Indiase culi naire tradities, waaronder noedels, curries, zoetzure gerechten en exo tische kruiden. Maar het is een au- door Jacques Hermus foto CPD "W" e staat nu al twintig jaar in de I keuken, dat is 80.000 uur ach- I ter de kachel en dan heb je I nog niks te vertellen? Dat slaat nergens op." Het pesterij tje van zijn vrouw Blanche trof Edwin Vinke tussen de ogen. De patron-chef van De Kromme Wa tergang uit het Zeeuwse gehucht Slijkplaat had er al wel eens over gedacht een kookboek te schrij ven, maar dacht dat hij eigenlijk niks te vertellen had. Er waren al zoveel boeken. Gelukkig heeft Blanche's opmer king het vuur zover opgepookt dat er nu het boek ligt: Uit Zeeuwse wa teren. Een boek waar de zilte geur van de Westerschelde en de aanrol lende Noordzee van elke bladzijde opstijgt. Waar Dick Soek in Leens het Hoge- land van Groningen in zijn keuken wil vangen, of [onnie Boer de kop van Overijssel, toont Edwin Vinke de culinaire rijkdom van zijn thuis land, westelijk Zeeuws-Vlaande ren. Hij probeert het rijke land schap en de mooie kustlijn op het bord te krijgen: superverse vis, krab, oesters, kreeft en kokkels, om maar enkele pareltjes uit de re gio te noemen. Samen met culinair journalist Will lansen en fotograaf Willy Lip pens biedt Vinke ons een blik in een wereld van eerlijke, verse pro ducten en gerechten, die gelukkig niet allemaal te moeilijk zijn om

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 20