Zo'n hartelijke ontvangst had ik niet verwacht. Het lijdt geen twijfel dat ik erg
Welkom ben. Dat is een goede Zaak Thomas Laufer, Duits ambassadeur in Nederland.
PZC Vrijdag 4 mei 2007 1 3
Een paar jaar geleden werd de Duitse
ambassadeur nog vrijwel nooit uitge
nodigd voor herdenkingen die iets
met de Tweede Wereldoorlog te ma
ken hadden. Dr. Thomas Laufer, sinds
zeven maanden ambassadeur in Nederland,
heeft er anno 2007 zijn handen vol aan. „Sinds
2001, 2002 is het aantal uitnodigingen gaan
groeien en nu worden we overal uitgenodigd."
Op 19 april sprak hij bij de herdenking in Kamp
Amersfoort, dat 62 jaar eerder door de Duitse
kampleiding aan het Rode Kruis werd overge
dragen. Het was pas de tweede keer dat een
Duitse ambassadeur bij die herden
king in het voormalige concentratie
kamp spreken mocht.
Laufer sprak die dag in het Engels. 9|
Waarom geen Duits? „Dat is nog I j
steeds delicaat", legt hij na afloop
uit. „Als ook de vertegenwoordiger
van Israël in het Engels spreekt, kan ik het niet
maken om Duits te spreken. Dat zou bij sommi
gen te veel los maken en dat begrijp ik ook wel.
„In heel veel Nederlandse plaatsen wordt tegen
woordig samen met Duitsers herdacht. Wij krij
gen vaak vragen over wie ze dan het beste kun
nen uitnodigen. We adviseren dan wel goed op
te letten. Want een herdenking moet een succes
zijn. Dan kan het verstandig zijn niet elke vere
niging van oud-militairen uit te nodigen. De
meeste zijn gewoon erg democratisch gezind
maar er zijn ook nog steeds rechtse clubs die
vooral Pruisisch denken. Die willen we natuur
lijk niet bij herdenkingen hebben."
Een Duits ambassadeur loopt ook in 2007 nog
op eieren. Maar de schalen breken wat minder
snel dan vroeger, ervaart hij. „Toen ik hier be
gon, verwachtte ik dat ik veel kritischer ontvan
gen zou worden. En bijvoorbeeld boze brieven
zou krijgen. Maar die krijg ik niet, wel heel veel
uitnodigingen. Zo'n hartelijke ontvangst had ik
niet verwacht. Het lijdt geen twijfel dat ik erg
welkom ben. Dat is een goede zaak."
Laufer beaamt dat de ooit moeizame relatie
flink verbeterd is. Maar hij wil niet zomaar een
streep zetten onder het verleden. „Vijfjaar Duit
se bezetting is voor jullie een traumatische erva
ring geweest. Dat gaat niet zomaar weg en dat
hoeft ook niet, het is juist zinvol bij het verle
den stil te staan om daar de toekomst op te fun
deren. Iedere Nederlandse familie is wel op de
een of andere manier getroffen door de oorlog.
Dat mensen dat na zestig jaar plots vergeten
zijn is een illusie. Maar Nederlanders zien Duit
sers nu als hun beste buren, dat had ik in mijn
stoutste dromen niet verwacht."
De 'revolutie' heeft zich snel voltrokken. „Begin
jaren negentig, vlak na de Wende, was men nog
erg gereserveerd. Nee, het was geen angst, het
was reserve, men wilde eerst zien wat er zou
gaan gebeuren toen Duitsland ineens veel gro
ter werd. Maar daarna hebben we onze geza
menlijke identiteit in Europa ontdekt. Niet al
leen is er van oudsher al sprake van sterke eco
nomische banden met Nederland in grootte als
onze derde economische partner. We nemen
bijvoorbeeld ook samen deel aan vredesmissies,
in Afghanistan. Dat doe je alleen maar als je el
kaar vertrouwt. Vooroordelen verdwijnen dan."
Dat Nederland zich wat minder Europees op
stelt dan de Duitsers, tot juni nog EU-voorzit-
ter, is volgens Laufer geen probleem. „Ook al
wil Nederland nog geen grondwet, Europa is
voor iedereen nog steeds belangrijk. We zijn op
elkaar aangewezen, economisch én cultureel,
luist omdat we naar het verleden blijven kijken,
wordt de toekomst belangrijker. Je krijgt dan res
pect voor elkaar. Duitsers hebben altijd al veel
respect voor Nederlanders gehad maar Neder
landers hebben dat nu ook voor Duitsers. Ze
zien ons niet langer als ruwe Bataven."
Duitsland heeft sinds de Wende allerlei prakti
sche problemen, economisch vooral, met grote
werkloosheid. Volgens Laufer heeft dat gevol
gen: „Duitsland is entzaubert en derhalve geen
bedreiging meer. De harde D-mark is vervan
gen door de euro, die voor veel Duitsers én Ne
derlanders een teuro is. Sommige Nederlandse
zeggen dat Duitsland hun grootste achterland
is, dat vind ik wel humor. Maar het zegt ook
iets meer: namelijk dat Nederland niet langer
de andere kant opkijkt, over de oceaan. Het per
spectief is blijkbaar veranderd."
De globalisering heeft ook gevolgen voor de rela
ties binnen Europa, zegt Laufer. „De landen na
deren elkaar, ondanks soms felle discussies. We
maken steeds meer samen beleid, nu bijvoor
beeld weer over energie. Men strijdt nog steeds,
maar nu over constructieve zaken. Begin jaren
negentig, toen Kohl en Lubbers elkaar niet echt
lagen, bestond er nog de angst dat Duitsland de
EU zou gaan domineren. Maar dat heeft Duits
land nooit geprobeerd. Het klopt dat Frankrijk
en Engeland geen van beiden de leider binnen
Europa willen worden. Duitsland is een van de
drie grote en machtige landen in Europa, dus
krijgen we die rol min of meer in de schoot ge
worpen. Maar Duitsland wil Europa verder ont
wikkelen en vormgeven, niet domineren. Ik
denk dat Angela Merkel tijdens het lopende
EU-voorzitterschap door haar optreden voor
veel vertrouwen heeft gezorgd." Laufer en zijn
vrouw volgen drie keer in de week Nederlandse
les. „Het gaat goed", zegt hij. „De talen lijken
veel op elkaar. Als een Duitser geen Nederlands
leren kan, wie dan wel?"
Tijdens het napraten na de herdenking in
Amersfoort kwam een serveerster langs met
een schaal hapjes. Laufer wierp een nieuwsgieri
ge blik: „1st das ein worstenbroodje?"
buren
Aantal studenten Duits stijgt weer
In september vorig jaar stonden achthonderd
mensen ingeschreven als student Duits. Het
aantal is de laatste paar jaar verdubbeld. Dat
valt echter in het niet bij de jaren zeventig, toen
duizenden studenten Duits studeerden.
In de jaren tachtig en negentig daalde het aan
tal studenten drastisch: in 1995 kozen er nog
142 voor Duits, in 2001 nog slechts 59.
Germanisten wijten het verval niet zozeer aan
het slechte imago van Duitsland.
Zij geven de invoering van de tweede fase in
het middelbaar onderwijs de schuld: door ver
snippering en te weinig aandacht voor de cul
tuur achter de taal, zouden nog maar weinig
scholieren voor een andere taal dan Engels kie
zen.
Het toekomstperspectief voor studenten Duits
is anno 2007 gunstig: 60 procent vindt een
baan buiten het onderwijs (vertaler, journalist,
voorlichter) en eenderde verdient een paar jaar
na het afstuderen al meer dan 36.000 euro per
jaar.
Dodenherdenking leeft minder bij ouderen
Van de door Intomart ondervraagde Nederlanders
zegt 86 procent vanavond om 20.00 uur mee te doen
aan de twee minuten stilte. Tien jaar geleden deed
nog 88 procent mee.
De meeste actieve herdenkers zitten in de leeftijds
groep van 18 tot 35 jaar, waarin 91 procent mee zegt
te doen. In de groep van 35 tot 50 jaar doet 86 pro
cent mee, in de groep 50 tot 65 jaar 80 procent en in
de oudste categorie 86 procent. Er doen ook meer
vrouwen (89 procent) dan mannen (82 procent)
mee.
Vrouwen zijn ook minder bereid Duitsers te accepte
ren bij de herdenkingen. Van de mannen vindt 77 pro
cent dat dit moet kunnen, bij de vrouwen 69 procent.
In de groep van 18 tot 35 jaar wil 81 procent Duitsers
mee laten herdenken. In de volgende groep tot 50 jaar
daalt dat percentage tot 73, in de groep tot 65 naar
69 en van de 65-plussers vindt 63 procent dat Duitsers welkom zijn.
In de jongste groep ondervraagden (18-35 jaar) is 70 procent van degenen die Duitsers
mee willen laten herdenken bereid ook Duitse (oud-)militairen toe te laten. In de groe
pen tot 50 en tot 65 jaar is dat percentage 75 en de oudste groep is met 54 procent het
minst gewillig.