Gezondheid 'W Minderen met zout Zaterdagochtend Psoriasis en diabetes gaan vaak samen 20 I Woensdag 25 april 2007 PZC HUISARTS door Paul van Dijk Praten over verlies helpt om je leven op de rails te houden Op zaterdagochtend doe ik boodschappen. Samen met mijn zonen loop ik de stad in en koop groente op de markt, feta bij de Marokkaanse winkel en brood in de Hema. Deze week moest ik alleen op zaterdagochtend. Mijn kinderen waren de avond ervoor naar Dance Valley geweest. Ze kwamen pas thuis toen ik opstond, in het centrum van onze kleine stad groeten we elkaar nog. Goedemorgen, goedemorgen, klinkt het voortdurend op straat. Het geeft een vertrouwd gevoel, het idee dat je erbij hoort. Bij de bloemenkraam werd ik aangesproken door een oudere vrouw. Met haar rechterhand steunde ze op een stok. Ze behoorde niet tot mijn patiëntenkring. Ik kende haar vrien delijke gezicht van andere zaterdagochtenden. „U moet me niet kwalijk nemen dat ik u zomaar aanspreek op straat. Maar ik zie dat de jongens er niet bij zijn, ik dacht nu moet ik het maar wagen." Al pratend waren we wat uit de loop van de markt gaan staan. „Ik lees altijd uw stukjes in de krant", zei ze. „Acht jaar geleden schreef u dat het woord 'gecon doleerd' zon harteloze, nietszeg gende begroeting is voor ie mand die een dierbare heeft ver loren." Inmiddels liepen we rich ting Hema. „Ik vind 'gecondo leerd' ook onaangenaam klinken, het heeft teveel o's, net als het woord 'dood'. Maar ik klamp u aan omdat ik altijd hoopte dat u meer zou schrijven over condoleren en rouwen." Ze hield de pas even in en vertelde het verhaal van haar zoon. Hij was gelukkig getrouwd, met twee kinderen en een goede baan. Op een avond, acht jaar geleden, had ze een telefoontje gekregen dat hij was verongelukt. Met tranen in haar ogen zei ze: „Dokter, dan ga je door een diep dal. En weet je wat ik het moeilijkst heb gevonden? Men sen gaan je uit de weg. Ze durven je niet meer aan te spreken. Op zaterdagochtend gingen mensen aandachtig in de etalage staan te kijken als ze me tegenkwamen. Sommigen liepen een straatje om of deden alsof ze me niet zagen. Ze zeiden niet eens goedendag. Op een gegeven moment kon ik er niet meer tegen. Als ik een bekende tegenkwam die me ontweek, stapte ik er op af Ik startte zelf het gesprek over mijn verdriet. Dat gaf me weer lucht. Het verlies van mijn zoon was nauwelijks te dragen, maar als mensen je niet meer groeten of even een praatje maken, dan wordt het leven gitzwart." We waren voor de glazen deuren van de Hema beland. Het draaiorgel speelde een tophit van lantje Smit, waardoor we el kaar moeilijk konden verstaan. „Ik wil u niet langer ophou den", zei ze. „Misschien wilt u er nog eens een stukje over schrijven. Mogelijk helpt het mensen die in dezelfde situatie zitten. Je moet er dus gewoon zelf op afstappen." Ze keek me recht in de ogen met een zachte, vriendelijke lach. We namen afscheid. Het gesprek hield me bezig, die zaterdag. Ook als huisarts moet je jezelf soms dwingen niet met een boogje om het leed van mensen heen te lopen. Vaak maak je beelden in je hoofd over de wanhoop van iemand die net gehoord heeft dat hij uit gezaaide kanker in zijn buik heeft of maak je een voorstelling van het verdriet van de moeder na het overlijden van haar kind. In gedachten zijn het gebeurtenissen die niet te dragen zijn. Dat geeft je het idee dat je niets kan doen voor de ander, dat een bezoek nergens toe bijdraagt. Maar het gesprek van zaterdagochtend geeft duidelijk aan dat het ontmoeten van mensen die iets ernstigs hebben meege maakt, van groot belang is. Het praten over verlies en het kun nen uiten van verdriet helpt om het leven op de rails te hou den. Opvallend vind ik dat het opzoeken van mensen die net iets ernstigs hebben meegemaakt, altijd gemakkelijker verloopt dan je jezelf had voorgesteld. Het is een extra reden om men sen met een verlieservaring niet in de kou te laten staan. Zoek ze op, maak een praatje en zeg ze goedendag. Voetstoots neemt menigeen aan dat overgewicht het gevolg is van te veel eten en te weinig bewegen. Maar er zijn ook andere, onderschatte factoren, die een belangrijke rol spelen. De omgevingstemperatuur bijvoorbeeld, het aantal uren slaap en medicijngebruik. door Harm Harkema illustratie Graphic News Varkenshouders weten allang dat omgevings temperatuur een rol speelt bij de stofwisseling. Ze hou den hun stallen con stant op een behaag lijke temperatuur, want ze weten dat t varkens dan het vetst worden. Waarmee Jaap Seidell, hoogle raar voeding en ge zondheid aan de VU in Amsterdam, maar wil zeggen dat het i niet revolutionair is Ik wat hij en een aan- tal prominente fljjaBti Amerikaanse collega's be- weren. Na if melijk dat er méér factoren zijn dan alleen teveel eten en te weinig beweging, die tot overge wicht leiden. Alleen: die factoren zijn bij zowel beleidsmakers als het publiek ten onrechte buiten beeld gebleven. Neem nou het lekkere tempera- tuurtje in de stal waar de varkens worden vetgemest. In onze heden daagse door een cv-ketel verwarm de (en eventueel door airco gekoel de) woningen is het klimaat niet anders. Zodoende leven we veel meer dan vroeger, toen we in de winter wakker werden met de ijs bloemen op de ruiten, in een vrij constante temperatuur. Die tempe- Bij mensen met de huidaandoe ning psoriasis komen diabetes en aderverkalking driemaal zo vaak voor als bij anderen. Daarbij geldt dat hoe ernstiger de psoriasisklach- ten zijn, des te groter de kans op diabetes en/of aderverkalking. Dat stelt de Israëlische onderzoeker Shapiro in het vakblad Journal of the American Academy of Derma tology op grond van gegevens van 46.095 psoriasispatiënten en 1.579-037 gezonde personen. Onduidelijk is of psoriasis het ont staan van diabetes en/of aderver kalking stimuleert, of dat de thera pie bij psoriasis de kans vergroot. Ook is het mogelijk dat bepaalde leefwijzen (bijvoorbeeld minder beweging) de ziekten bevorderen. De voedselindustrie stopt steeds meer stofjes in haar producten waarvan gezegd wordt dat ze gezond zijn. Er is ook een stofje waar we teveel van binnen krijgen: zout. Veel aandacht daarvoor is er nooit geweest, maar dat gaat veranderen. door Harm Harkema ees matig met keukenzout", was jarenlang de boodschap van de Nederlandse voedingsvoor lichting. Want teveel zout kan lei den tot een hoge bloeddruk en een hoge bloeddruk verhoogt de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten, waaronder beroertes. Concrete aanbevelingen en maatre gelen bleven echter achterwege. In 1999 kwam toenmalig minister Borst van Volksgezondheid tot de conclusie dat het terugdringen van het gebruik van keukenzout ter preventie van een hoge bloeddruk slechts een beperkt effect zou heb ben. Ook was er inmiddels twijfel aan het nut van een zoutarm dieet voor iedereen met een te hoge bloeddruk, dat wil zeggen 15 pro cent van de Nederlandse bevol king. Zo'n zoutarm dieet was al tijd de standaardremedie voor die groep geweest, maar bleek niet bij iedereen te werken: er lijkt sprake van individuele verschillen in ge voeligheid voor zout. Toch stond ook in 1999 al wel vast dat er een groot verschil is tussen wat we nodig hebben aan zout en wat we binnenkrijgen. Een mens heeft onder normale omstandighe den voldoende aan dagelijks 1 gram, terwijl we naar ruwe schat ting minimaal tien gram, zo'n drie theelepels, naar binnen werken. Niet lang na het besluit van minis ter Borst om geen actie te onderne men, verscheen in 2001 in de Vere nigde Staten een onderzoek waar niemand omheen kon en waaruit naar voren kwam dat een drasti sche vermindering van de zoutcon- sumptie wel degelijk een grote, in vloed op de bloeddruk heeft. Pas een halfjaar geleden kwam injons land de Gezondheidsraad tot net advies om de inname van keuken zout te beperken tot zo'n zes gram per dag. Een Nederlander moet nu gemiddeld een theelepeltje zout

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 20