Met ouders en kinderen aan tafel het laatste Qy^fvondmaal v21 PZC Zaterdag 31 maart 2007 Elco Brinkman: „Ik vind het jammer dat de samenleving van nu de dood zo verstopt." Volgende week: 'het laatste avondmaal' van cabaretier Youp van 't Hek Elco Brinkman (1948) is de mach tigste man van Nederland, zeg gen onderzoekers. Niemand met zoveel lijntjes tussen over heid, het bedrijfsleven en goede doelen als hij. Op zijn 34ste al minister. Ooit kroonprins van het CDA en beoogd premier. Alles wees op een droomloop- baan. Tot hij na de dramatische verkie zingsuitslag in 1994 door zijn partij terzijde werd geschoven. Een jaar later verliet hij de politiek om de Nederlandse bouw- branche te gaan leiden. Inmiddels is hij ook goed voor een regen aan commissariaten en bestuursfuncties. Altijd druk. Tot in 1998 verplicht de rem erop ging. Hij had non-Hodgkin, een vorm van kanker. Daar lag-ie, in het zie kenhuis in zijn woonplaats Leiden. Het gif van de chemokuur dat traag zijn lijf bin nendruppelde als symbool van een veran derd tempo. „Als ik naar buiten keek, zag ik de drukte rond het station gewoon door gaan." Waarbij hij tot een wrange conclu sie kwam: 'De buitenwereld kan best zon der me'. „Ziek zijn is ook een gevecht met je eigen gedachten. Ik kwam tot het besef dat ik mijn achterban thuis wel èrg weinig aan dacht heb gegeven. Altijd was ik maar on derweg, zeulend met een tas vol papieren. Kwam ik 's avonds thuis, ging die tas vaak nog open om nog snel wat door te lezen voor de volgende dag. In het ziekenhuis bed voelde ik de lege uren door mijn vin gers glijden. Ik kan slecht tegen alleen zijn, dus ik ging tobben. Nooit heb ik me zo eenzaam gevoeld. De lege uren dwongen me in te zien dat ik thuis heel wat in te ha len had. Hoe meer krassen op je ziel, hoe groter de behoefte aan de mensen die jouw ziel door-en-door van binnen ken nen. We hebben uren zitten praten." Vraag hem niet waarover ze het precies hadden. „Onze gesprekken hadden geen begin en geen einde. Geen structuur. Toch was precies gezegd wat we elkaar wilden zeggen. Misschien hoefje ook niet altijd wat te zeggen. Bij elkaar zijn, zegt vaak al genoeg." Vier jaar na zijn genezing kwam de kanker terug. Deze keer bij zijn speekselklieren. Opnieuw was er de dreiging. Weer de on zekerheid. Toch was het anders dan die eerste keer. „Nu kende ik de waarde van het investeren in elkaar. De medicijnman nen gaven hoop en verwachting voor het lijf, het thuisfront bood een uitlaatklep voor de onzekerheid. De band werd alleen maar intensiever. Nu wist ik dat ik niet in een hoekje moest gaan zitten, maar na drukkelijk een luisterend oor moest zoe ken. Dat ik de deur uit moest, zodra ik daar de kracht voor had. Ook al keken voorbijgangers me soms wat meewarig aan, als ik met mijn kale kop rondliep." Meer dan ooit dacht hij na over de dood, en over de grens van dood en leven. Zijn denkbeeldige laatste avondmaal is daarom bewust gewoon bij hem thuis, in het stati ge Leidse monument waar zijn vrouw ook Pasen naden. Daarmee komt ook Je herdenking van het Laatste Avondmaal dichterbij. In het besef dat zijn einde naderde, nam Jezus daar afscheid van zijn vrienden. In een drietal interviews vragen we aansprekende landgenoten naar hun idee over hun eigen laatste avondmaal. Stel dat ze zouden weten dat hun einde nadert. Wie zouden ze aan tafel vragen? Vandaag de tweede aflevering: Elco Brinkman, voormalig CDA-leidcr, nu bestuursvoorzitter van Bouwerij Nederland. Elco Brinkman kent de dreiging van de dood. Twee keer werd bij hem kanker geconstateerd. Twee keer was er de angst voor het einde. „Het ergste was de eenzaamheid. Het er niet meer bijhoren." Hij herstelde, en veranderde. „Het goudhaantje met ambitie werd tot menselijke proporties teruggebracht." Hoe hij leerde wat echt belangrijk is. Van de vergadertafel naar de keukentafel, thuis. door Jan Vriend foto Hielco Kuipers haar atelier heeft. „Als je bijna alle verga dertafels en galadiners van het land hebt gehad, wordt de keukentafel thuis steeds waardevoller." Daarom ook geen politici op de gastenlijst. „Mijn contacten met Den Haag zijn goed, maar op den duur merk je dat politiek wel erg abstract is. Ik betrap mezelf erop dat er maar een handjevol mensen is met wie ik mijn laatste boterham wil smeren. Dan kijk ik toch eerst naar mijn eigen kring." Het wordt een tafel vol familie en schoon familie. Tussen de borden portretten van wie er niet meer is. Want hij wil iedereen erbij hebben. We lichten er een paar uit, die vooraan mogen zitten. Naast hem komt zijn vrouw [anneke. Bio loge en schilderes. „Omdat we zo lang mo gelijk samen willen zijn. Ik denk dat we herinneringen zullen ophalen, aan onze eerste ontmoeting. Hoe we elkaar bij een bridgeavond van de studentenvereniging aankeken. We zullen het ook zeker heb ben over die onvoorstelbaar drukke tijd toen ik in de politiek zat en zij voor de taak stond om onze drie kleine kinderen op te voeden. Had ze thuis overuren ge maakt en de jongste nog gauw de borst ge geven, kwam ze 's avonds naar een galadi ner bij mij in Den Haag om in een avond jurk op te zitten en pootjes te geven. Toch beweert ze altijd dat ze het leuk vindt, dat ik bestuurswerk doe. Ze zegt steeds: lij zit straks in het bejaardenhuis nog in de me dezeggenschapsraad." Dichtbij hem zijn vader. Inmiddels 92 jaar. Ooit burgemeester van Hardinxveld-Gies- sendam, nu nog zelfstandig wonend in Voorburg. Vier jaar geleden verloor hij zijn vrouw. „Sinds kort heeft hij een nieuwe le venspartner. Ze is de schoonmoeder van een van mijn broers, daarom kennen ze el kaar al heel lang. Zij heeft vier dochters, wij waren thuis met vier zonen. Ze wonen apart, maar komen samen naar feestjes en gaan vaak bij elkaar op bezoek. Ik vind het fantastisch dat ze op hun leeftijd nog zo naar elkaar zijn toe gegroeid. Eenzaamheid is toch het laatste dat je iemand toe wenst?" Omdat het toch een denkbeeldig maal is, kan zijn overleden moeder ook aanschui ven. „Met haar zou ik graag over mijn jeugdjaren praten. Hoe ze alles destijds alle maal heeft kunnen redden. Als politicus riep ik altijd dat het gezin de hoeksteen van de samenleving was, maar als ik nu naar ons gezinsleven kijk, realiseer ik me dat het werk thuis toch voor een belang rijk deel op haar schouders terechtkwam. Ik weet zeker dat ze dolgraag een dochter had willen hebben. Als ik Janneke einde loos met onze dochters hoor bellen over relaties, over kleding, cadeautjes en andere vrouwendingen, begrijp ik wat ze heeft ge mist." Zijn zoon en zijn twee dochters schuiven aan met hun aanhang. Voor zijn kleinzoon is er een kinderstoel. „Ik vind het verba zingwekkend hoe ik belangrijke dingen op zij kan zetten omdat ik gewoon even met dat jochie weg wil. Zal dat het instinct zijn?" Met zijn kinderen gaat het gesprek vanzelf, leert de ervaring. „Ik zal ze op het hart drukken te investeren in elkaar. Want er komt altijd een moment dat je elkaar hard nodig hebt." Als het voorbij is, dan liever begraven dan cremeren. „Een crematie is zo definitief. Dan is alles weg. Op een begraafplaats hou je de herinnering vast. Dan hebben nabe staanden nog een plekje om heen te gaan. Ik vind het jammer dat de samenleving van nu de dood zo verstopt Crematoria gaan schuil achter bomen aan de rand van de stad, rouw op televisie wordt vaak iets engs en gruwelijks. Terwijl de dood juist iets vertrouwds zou kunnen zijn." Zo kijkt hij ook naar het hiernamaals. „Ik ben opgevoed met een beeld van de hemel waarbij iedereen aan lange feestelijke tafels zit. Nu zie ik nog steeds een hiernamaals voor me, maar minder in een letterlijke zin van de wederopstanding. Ik zie het meer figuurlijk voor me. Hoe vorige gene raties voortleven in een nieuwe tijd. Hoe opvattingen en karaktertrekken van ons te rugkomen in ons kleinkind, bijvoorbeeld." Een kleinkind als de hemel? „Niet letter lijk. Het hiernamaals is voor mij wel iets waarbij nieuwe generaties leunen op het goede van hun voorouders. Niet om dwin gend vast te houden aan het verleden, maar met de overledenen als begeleiders. Zolang de doden uit je eigen kring in ge dachten bij je zijn, heb je houvast."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 143