Strafpleiters
1 O Dinsdag 20 februari 2007 PZC
Advocaat
van de duivel
Als advocaat van een
topcrimineel loop je over
heel dun ijs. Hoe houd je je
handen schoon en voorkom
je dat je in zijn of haar listen
verstrikt raakt? Over het
weerstaan van het grote
geld en dreigementen.
door Dick Hofland en Floor Ligtvoet
Vraagt een crimineel in
de bajes: „Wil je mijn
moeder even vragen
of ze de wasmachine
voor me leeghaalt?"
In een paar seconden moet de ad
vocaat beslissen wat hij doet. Belt
hij en blijkt het telefoontje een ver
borgen, criminele boodschap te be
vatten, dan is hij de klos.
Gewone verzoekjes zijn niet altijd
zo onschuldig als ze lijken, weet
advocaat lob Knoester. „Het is op
passen. Je moet altijd scherp blij
ven." Advocaten Willem en Hans
Anker brengen daarom geen enke
le boodschap van hun gevangen
cliënt naar buiten. Mondeling
noch schriftelijk. „Codetaal kan im
mers aanwezig zijn. Wij zijn advo
caten, geen postduiven."
Advocaten die criminelen als
cliënt hebben, lopen over heel
dun ijs. Ze krijgen niet zelden for
se geldbedragen aangeboden als ze
een bepaalde dienst willen leve
ren. Ook worden ze regelmatig on
der druk gezet om te doen wat de
cliënt wil. „Vermogende cliënten
komen soms met vergaande ver
zoeken", vertellen de Ankers. „Er
wordt dan gesteld: 'Wij betalen u
toch goed!' Dat is voor ons natuur
lijk geen criterium. Regelmatig
wordt gevraagd om bepaalde getui
gen, die belastende verklaringen
hebben afgelegd, te benaderen of
op kantoor uit te nodigen voor
Een zwarte lijst?
een indringend gesprek. Je moet
als advocaat dan geen enkele ruim
te geven. Dus is het einde verzoek
en soms ook einde van de rechts
bijstand."
Strafrechtadvocaten moeten een
rechte rug hebben, stelt Ybo Buru-
ma, hoogleraar strafrecht en rech
ter. „Daarom is iemand als Spong
een topadvocaat. Zelfs de zwaarste
crimineel weet dat hij onaantast
baar is." Afstand houden tot de
cliënt, dat is de essentie: „Laat je
nooit door hem of haar fêteren,
want dan word je kwetsbaar."
Job Knoester, die onder meer
tbs'er Wilhelm S. bijstond, is zich
daar zeer van bewust. Voor hem
geen gezellige middagen samen
langs het hockeyveld of na afloop
een lekker borreltje in de kroeg:
„Als er een vriendschap ontstaat,
wordt het moeilijker om vervol
gens nog 'nee' tegen iemand te zeg
gen. Dan krijg je toch, al is dat
soms onterecht, de schijn tegen."
Volgens misdaadjournalist Peter R.
de Vries kan de relatie tussen een
advocaat en een cliënt er uitzien
als een vriendschappelijke relatie,
maar hoeft het dat niet te zijn.
„Bram Moszkowicz heeft wel eens
een glas met Holleeder gedronken
en daarmee zou hij meer dan een
zakelijke relatie met zijn cliënt heb
ben. Die twee hebben al twintig
jaar een zakelijke relatie en dan
ontstaat er op een gegeven mo
ment een vertrouwensrelatie. Net
zoals je dat na zo'n lange tijd met
je huisarts of tandarts kunt krij
gen. Het gevolg daarvan is dat, als
je elkaar in een restaurant tegen
komt, je elkaar niet straal voorbij
loopt maar even aanschuift. Dat
wil beslist niet zeggen dat je je
daardoor associeert met je cliënt.
Ik vond Moszkowicz soms op het
overdrevene af afstandelijk."
Willem Anker ziet het zo: „De ad
vocaat houdt de regie en dat vertel
len we onze cliënten gelijk. Wij
zijn immers niet het verlengstuk
In 1993 ontstaat ophef als tijdens een lezing van een justitieambtenaar
voor juristen blijkt dat J. Wilzing, een directeur van de Centrale Recherche
Informatiedienst (CRI) over een lijst met foute advocaten zou beschikken.
De CRI zou deze 'mob lawyers', maffia-advocaten, volgen. Minister Hirsch
Ballin ontkent het bestaan van een dergelijke lijst.
1995: De Maastrichtse strafpleiter Hiddema spant een rechtszaak aan om
de lijst, waarvan hij denkt dat die toch bestaat, boven water te krijgen.
Dan blijkt dat op de lijst vijftien geanonimiseerde advocaten prijken die
betrokken zijn bij geldstromen met criminele herkomst. De lijst dient als
lesmateriaal van de CRI.
Het bestaan van de lijst staat een jaar later opnieuw ter discussie tijdens
de parlementaire enquête onder leiding van M. van Traa die de opspo
ringsmethoden van politie en justitie onderzoekt. De commissie laat crimi
noloog Van de Bunt onderzoek doen naar onder andere de lijst-Wilzing.
Die concludeert dat er niet vijftien maar elf namen op de lijst staan waar
van zeven twijfelgevallen. Van de Bunt doet ook zelf onderzoek: vier jaar
meldingen van verdachte transacties door banken en CRI-inventarisaties
van criminele organisaties leveren 29 gevallen op van advocaten die ver
wijtbaar betrokken waren bij criminele handelingen.
Het college van Procureurs Generaal doet het onderzoek van Van de Bunt
over. Conclusie: de aantijgingen kunnen niet onderbouwd worden.
1998: In een rapport over georganiseerde misdaad van het Wetenschap
pelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum van het ministerie van Justi
tie duiken weer de foute advocaten op. Namen worden niet genoemd.
van de verdachte en ook niet zijn
mond. Wij bepalen, als het kan in
overleg met de cliënt, de inhoud,
kleur en toon van de verdediging.
Als advocaat en cliënt op die pun
ten niet meer door één deur kun
nen, nemen wij afscheid van de
cliënt. Dat gebeurt enkele keren
per jaar." Goede advocaten, zegt
Peter R. de Vries, weten donders
goed dat ze veel te verliezen heb
ben: hun reputatie. Daarom stel
len ze zich zeer formeel op. „Na
tuurlijk zitten er zwakke broe
ders tussen, maar veruit de
meesten hebben niet voor
dit werk gekozen om rijk
te worden. Het gros doet
zijn werk met verantwoor
delijkheid en een groot
gevoel van rechtvaardig
heid." Zo weigerde ad
vocaat Job Knoester de
moeder van de ver
dachte te bellen met
het verzoek de was
machine voor
hem leeg te ha
len. „Gelukkig
maar. Even la
ter bleek er
tijdens een
huiszoeking
twee kilo
coke in te
zitten."