d: RUDEN RIEMENS FOTOGRAFIE Trouwhand paardenlucht Marjan Berk v7 PZC Zaterdag 17 februari 2007 e Zeeuwen haalden deze week weer roy- aal en kamerbreed de landelijke media. Ik zag op het NOS Journaal een opname van de diepste kelder van het Zeeuws Archief in Mid delburg, de kelder waar je slechts kan binnentre den via een sluis, die er voor zorgt dat er geen tem peratuurwisselingen in de opslaggewelven vol kostbare Zeeuwse schatten optreden. Met het handgeschreven bewijs voor zich stond daar een archivaris wiens naam mij is ontschoten. Hij ver kondigde trots, dat Michiel de Ruyter geruime tijd onder de naam Michiel Trouwhand leefde. On danks het vele onderzoek en alle geschriften die er in de loop der tijden over hem zijn verschenen was dit een absoluut heet nieuwtje! Mijn helaas enkele jaren geleden gestorven oom, vice-admiraal buiten dienst Abraham van der Moer, heeft in de laatste jaren van zijn leven nog een alleraardigste biografie van zijn geliefde zee held geschreven. Ik heb altijd vermoed, dat oom Bram hoopte (en misschien wel stiekem dacht!) dat hij de reïncarnatie van de Ruyter was. Zijn werkkamer hing vol met portretten en gravures van Michiel en als je goed keek, leek hij best wel een beetje op de Ruyter! Dan was daar in het Zeeuws maritiem muZEEum in Vlissingen de officiële en feestelijke openbaring en tentoonstelling van een aantal schatten afkom stig uit het in 1740 met man en muis vergane en op de rede van Duins gezonken VOC-schip De Rooswijk. Midden in de nacht hoorde ik op de ra dio nog even demissionair minister Zalm apetrots vertellen over de vondsten uit het schip, en hoe de buit werd verdeeld onder de bergers, de finan ciers en welke portie aan spullen het museum kreeg toegewezen. De museumdirecteur vertelde enthousiast en opgewonden over een gave trech ter en een koperen schaartje. Hij verhaalde ook over het verschil tussen de schepen die uit Amster dam of uit Zeeland de zee opvoeren: De Zeeland schepen en de Amsterdamschepen. Het was dat het midden in de nacht was en ik nog een paar uur moest slapen om goedgemutst en uitgerust op weg te gaan naar Café de Sloothaak in Giethoorn, waar ik werd verwacht voor een lezing voor de vrouwenvereniging aldaar, anders was ik bij zons opgang ogenblikkelijk naar Vlissingen afgereisd om persoonlijk kennis te nemen van die schatten aan boord van dat drijvende dorp met meer dan 200 inwoners, zo opgewekt begonnen aan de reis naar Azië, eerst gestagneerd op de rede van Texel door het gebrek aan de goeie wind en vervolgens op weg naar het kanaal door een vliegende storm op een zandbank voor de Engelse kust gekwakt en vergaan. Ruim twee eeuwen ligt het wrak nu on der het zand van de Goodwin Sands voor de En gelse kust. Een tijdcapsule! Back to the past! Wanneer je denkt wat er allemaal aan spannende spullen op de bodem van de zee ligt. En niet al leen in zee, maar ook in de grond. Overal waar wordt gebouwd geeft de ontblote aarde signaal en bewijs af van vroeger menselijk leven. Dóórfilosoferend fantaseer ik over het ogenblik dat over zo'n tweehonderd jaar iemand mijn elek trische tandenborstel vindt. Zou er op het digitale beeld-en-geluid-verspreidingskanaal midden in de nacht ook een vrouw van zekere leeftijd opgewon den raken van het verslag van die vondst?

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 63