De tattoo-kunst
van de Japanse
onderwereld
Srv17
PZC Zaterdag 17 februari 2007
Marco Bratt rolt, als je het
vraagt, zo zijn mouwen
op. En zijn broekspijpen.
Harige armen en benen,
helemaal getatoeëerd.
Bratt, tatoeëerder en fotograaf, heeft een
zogeheten body suit tattoo: hij is van top
tot teen getatoeëerd. Dat is nog eens wat
anders dan een panter op de bil en tribale
motiefjes op rug, schouder en bovenarm.
Bratt heeft een hartstocht voor Japanse ta
toeages, voor de kenners het neusje van de
zalm. Bratt (zijn artiestennaam) reisde di
verse keren naar Japan, legde contacten
met Japanse grootmeesters in het tatoeë
ren, sensei genaamd, om te kijken en te le
ren. En om zich te laten tatoeëren.
Vorig jaar ging Bratt terug met schrijver en
vertaler Mark Poysden, ook al gefascineerd
door de Japanse traditionele tatoeëerkunst.
Zij bezochten meestertatoeëerders en beke
ken hun werk. Ze hebben er een fraai geïl
lustreerd boek over gemaakt: A history of
Japanese body suit tattooing.
Body suit tattoos, die als een kleurig kle
dingstuk het lichaam bedekken, verwijzen
traditioneel naar de yakuza, de Japanse ge
organiseerde misdaad. Van oudsher zijn de
leden herkenbaar aan, behalve afgehakte
vingerkootjes, geheel getatoeëerde lijven.
Ze hebben hun eigen tatoeëerders, die ex
clusief voor de eigen groep werken, met
eigen symbolen. En die zitten niet op
adressen waar je zomaar binnenwandelt
Bratt: „Je spreekt niemand zonder dat de
baas toestemming geeft. Dat wij met yaku-
zabaas Tamiya Eigoro konden spreken, is
echt bijzonder. Het is omgeven met ge
heimzinnigheid. Ze waren ook wel trots
om zichzelf en hun werk te laten zien."
Het boek verhaalt over geschiedenis, ach
tergrond en techniek van de Japanse ta
toeëerkunst en doet verslag van bijzondere
ontmoetingen. Bratt en Poysden fotogra
feerden yakuzaleden en struinden in ar
chieven. Het boek bevat de wonderlijkste
foto's. Van groepen mannen met body suit
tattoos, tot oude foto's van geisha's met he
le draken op hun rug. En van geheime bij
eenkomsten van de yakuzaleden in vol or
naat met al hun tatoeages.
Voor oudere generaties zijn ta
toeages - de ankertjes, hartjes
en zeemeerminnen - vooral
ordinair, want horend bij ba
jesklanten, zeelieden en vrou
wen van dubieuze zeden. Sinds enkele de
cennia is het versieren van het lijf met een
tatoeage echter gewoner geworden, stoer
en zelfs modieus. Dan gaat het doorgaans
om kleine versieringen. De grote stukken,
hele ruggen, halve armen en benen, zijn
minder vaak te zien. De echt bevlogen ge-
tatoeëerden laten hun tatoeages ook niet
altijd zien. Tribale Maori-tekens net boven
de bil of om de bovenarm zijn van een an
dere allure dan drakenkoppen, chrysanten,
tijgers, koikarpers en vliegende slangen.
„Als ik een pak aantrek", zegt Bratt, „zie je
bij mij niets. Dat is wel prettig, anders be
gint iedereen erover en daar heb je niet al
tijd zin in."
In Japan lieten misdadigers telkens nieu
we, grote tatoeages aanbrengen om het
oude herkenningsteken te maskeren, naar
mate van recidive. Zo zijn er totaal geta
toeëerde lijven van bendeleden die, met
hun eigen kenmerken, zich voor het leven
verbonden weten. Maar yakuzaleden ge
ven hun versieringen niet gauw aan de
openbaarheid prijs. De body suit tattoos
zijn doorgaans zo gezet dat ze, als men ge
kleed is in pak of kimono, niet te zien zijn.
Omdat de geheel getatoeëerde lijven nog
steeds met misdaad worden geassocieerd.
Bratt: „Ik ben wel eens geweigerd in een
restaurant. En je ziet bij badhuizen ook
wel eens een verbodsbord: geen tattoos."
De connectie met de Japanse onderwereld
was voor het duo geen bezwaar. Poysden
beschrijft weliswaar de geschiedenis van
de yakuza, maar dat gebeurt zonder enig
oordeel. Poysden is stellig: „Het gaat ons
om de kunstvorm. Het is tekenen en schil
deren, een echte kunstuiting door echte
kunstenaars. Alleen gebeurt dit niet op pa
pier of doek, maar op een huid."
Hij is onder de indruk van de
wijze waarop de Japanse ta
toeëerders traditionele the
ma's handhaven en combi
neren, in symbolieken die
precies passen bij de degene die wordt ge
tatoeëerd. „Het is een kunstvorm die het
waard is in een boek te worden vastgelegd.
Vanwege de yakuzabanden is dat in Japan
zelf nauwelijks mogelijk."
In het boek passeren talloze lichaamsdelen
met tekeningen van samoerai, draken, reli
gieuze symbolen, mythologische bloem
en diersoorten. Het geniale van de Japan
ners, zegt Bratt, is hun vaardigheid om
'clean' te tatoeëren; een tekening in mooie
heldere kleuren mee laten gaan in de
vorm van een lichaam.
Bratt zelfheeft alleen op zijn buik en op
een stukje been nog ruimte over. Daarvoor
heeft hij heel wat pijn geleden. „Als je dan
weer ergens ligt en de naald gaat erin,
denk je: o ja, zo was het. Het kan venijnig
pijn doen. Zeker bij je ribben. Als het af is,
geeft het echter zo'n voldoening."
Volgens Bratt laten steeds meer mensen
grote stukken zetten. „Allerlei mensen,
met heel nette beroepen, hoor. Ook steeds
meer vrouwen willen een armstuk."
Poysden is inmiddels ook al om. Hij had
enkele kleine tatoeages voordat hij aan het
Japan-project begon, maar laat nu een Ja
panse tatoeage op zijn mg zetten. Door
Bratt natuurlijk: de prent van een vrouw
met op haar mg een boeddistische engel.
Ja, zijn vriendin moest even slikken toen
ze het hoorde. Maar Poysden twijfelt niet
meer. Het is zijn lijf. En het is, zegt hij, zó
mooi.
ryi Mark Poysden, Marco Bratt, A history of Ja-
panese body suit tattooing.
Uitg. Kit Publishers. Prijs: 39,50 euro.
Body suit tattoos,
tatoeages over het
hele lijf, hebben
hun oorsprong in
Japan. De
traditionele
motieven zijn
kenmerken van de
Japanse
georganiseerde
misdaad, de
yakuza. Uitgeverij
KIT Publishers van
het Amsterdamse
Tropeninstituut
heeft nu over de
geschiedenis van
deze kunstvorm
een boek
uitgebracht. Marco
Bratt, tatoeëerder
en fotograaf, laat
zijn gekleurde
lichaam zien.
door Loes de Fauwe
foto's GPD