van de oude Cubanen in Miami Lv1l PZC Zaterdag 10 februari 2007 We zijn wel getraind, maar dat is dertig jaar geleden. Geweld is geen optie meer' De heren die nu in Versailles hun costilli- tas (varkenskarbonades) eten, zijn grijs en stram. Jarenlang hoopten ze op een zwak moment van Fidel, maar nu de Cubaanse leider doodziek is en niet meer in staat te regeren, gebeurt er niets. Er is gefeest toen het nieuws over de gezondheidstoestand van Fidel bekend werd deze zomer, maar de flotilla's zijn aan wal gebleven, geen boot heeft de haven van Miami verlaten. Little Havana is oud geworden, weet Ra mon Saul Sanchez. De voorzitter van Movi- miento Democracia (Democratiebewe ging) is met zijn 52 jaar nog één van de jongste Cubanen die de strijd tegen het re gime in Havana voortzet. In een rommelig kantoortje boven een wasserette heeft zijn groep activisten veel weg van Dad's Army, een leger krasse knarren. De rochelende assistent van Saul Sanchez beweegt zich alleen nog zwaar hijgend voort. De haat tegen Castro mag dan on verminderd groot zijn, het lichaam lijkt tot weinig meer in staat. „Te veel gerookt", zegt de oude man met spijt in zijn stem. Movimiento Democracia is ondanks de ge vorderde leeftijd van de leden een terroris tische organisatie. Tenminste, zo ziet Cuba het. In 2004 ontmaskerde de FBI nog twee Cubaanse spionnen binnen de beweging. Ze moesten Havana op de hoogte houden van de staatsgevaarlijke activiteiten van de groep. De rapporten zullen saai zijn ge weest, meent directeur Saul Sanchez. „Die spionnen probeerden ons wel voortdu rend aan te zetten tot geweld, maar keer op keer heb ik gezegd dat we daar niet meer in geloven. Wij doen alleen nog aan vreedzaam protest en proberen humanitai re hulp te verstrekken aan de Cubaanse be volking." Dat was in het verleden wel anders. In de jaren zeventig werden Ramon Saul Sanchez en zijn vrienden nog getraind voor een guerrilla die een einde moest ma ken aan het regime van Castro. Hij kan zich nog goed herinneren hoe ze de ber gen van Florida ingingen om aan kracht training te doen en te schieten. Ze hebben het nooit in praktijk kunnen brengen. De invasie van de Varkensbaai kwam te vroeg en een nieuwe poging is er nooit geko men. „Hoogstens een paar dozijn mensen is nu nog uit op de gewelddadige omver werping van het regime", zegt Saul Sanchez, die 4,5 jaar in een Amerikaanse gevangenis zat omdat hij weigerde te getui gen over plannen voor een moordaanslag op Fidel Castro tijdens een bezoek aan de Verenigde Naties. De militante groeperingen in Miami zijn te klein om nog iets te bereiken, meent Saul Sanchez. Maar ze zijn vooral te oud. „We zijn wel getraind, maar dat is dertig jaar geleden. Geweld is geen optie meer." De VS steunen de militante organisaties ook niet langer. Alles wat ook maar tot een confrontatie met Havana kan leiden, wordt de kop in gedrukt, weet Saul Sanchez. Zijn organisatie probeert een flot tielje oorlogsschepen te organiseren, die na de dood van Castro naar Cuba moet va ren om de oppositie een hart onder de riem te steken. De Amerikaanse autoritei ten doen er alles aan hem te dwarsbomen. „De draaiboeken liggen al klaar", zegt hij. „Zodra Castro sterft, word ik gearresteerd. Washington doet wel net alsof het de Cu baanse gemeenschap steunt, maar dat is al lemaal schijn. Amerika wil een status-quo. Ze zijn veel te bang dat er een enorme stroom vluchtelingen richting Miami op gang komt als het regime instort." Dat er iets veranderd is in de houding van Amerika is zeker. In de jaren zestig en ze ventig was Cuba een topprioriteit. Het Witte Huis wilde af van de Caribische voorpost van de Sovjet-Unie. Nu wordt er amper nog over Cuba gesproken. „Het is simpel", zegt Jaim Suchliki, direc teur van het instituut voor Amerikaans-Cu baanse relaties. „Cuba is geen militaire be dreiging en geen economische bedreiging voor de VS. Irak, Iran, Syrië en Noord-Ko- rea zijn landen waar Amerika zich mee be zighoudt, niet Cuba." Suchliki is een vertrouweling van de rege ring Bush. Hij kent de geluiden dat Ameri ka een machtswisseling in Cuba op dit mo ment kan missen als kiespijn. „Het klopt dat er binnen de regering Bush fracties zijn die vrezen dat Amerika overspoeld wordt met drugs en vluchtelingen als het regime in Havana valt. Officieel streeft Washington nog naar verandering van het regime, maar er worden weinig serieuze pogingen gedaan om dat te realiseren." Suchliki - zelf een Cubaanse vluchteling - hoopt vurig op een ommekeer, maar hij ziet het voorlopig niet gebeuren. „Er komt geen herhaling van de revoluties in Oost-Europa. Het leger in Cuba heeft niet alleen de militaire macht, maar ook de eco nomische macht. De strijdkrachten heb ben er belang bij het regime in stand te houden. Bovendien heeft Cuba nu steun van Venezuela." In Little Havana heeft een deel van de Cu banen de strijd al opgegeven. Het is tijd om een halve eeuw van confrontatie te beëindigen, vinden ze bijvoorbeeld in Tin- ta y Cafe, een restaurantje waar gematigde Cubanen elkaar treffen. Het contrast met Versailles is groot: hier geen oude heren die zich laten bedienen door obers, maar yuppen die aan de bar een wijntje drin ken. „De oude Cubanen in Miami leven nog in een droomwereld", zegt Ralph San- tamarina, één van de uitbaters. „Ze willen nog altijd wraak nemen: 'Als we teruggaan knallen we die en die neer en hangen we die en die op'. Dat soort teksten. Of ze roe pen dat ze hun oude bezittingen terug wil len. Alsof daar niet al tientallen jaren ande re mensen wonen! Ze geven al vijftig jaar het verkeerde signaal. Castro heeft de drei gende taal uit Miami altijd misbruikt om de teugels verder aan te halen." Een revolutie in Cuba komt er niet Vol gens Santamarina zal ook de oude genera tie dat onder ogen moeten zien. „Wij kre gen altijd te horen dat het regime zou in storten als Fidel weg zou zijn. Dat klopt dus niet. Fidel regeert al maanden niet meer. Als hij dood gaat, zal er in Miami een groot feest zijn. Daarna blijft alles bij het oude."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2007 | | pagina 87