Eigenlijk is alles
klassiek aan mij
smart is niet altijd halve smart
Marco Ketels, vertolker van het verleden
Onderzoek
emoties
zaterdag 3 februari 2007 27
chteraf bezien werd het een luchtig ge
Want hoe je het ook draait of keert,
Ketels heeft bijna alles letterlijk met
Ademhalen moeten we natuur-
illemaal. Maar wie op blokfluit een inbur-
pè prinses Maxima in Middelburg mag hel-
als countertenor Bach zingt en
klas de Griekse dichteres Sappho clecla-
toch net ietsje meer met zijn in- en
ademcle lucht dan de gemiddelde passant,
ad, zou je denken, die zich niet zomaar orn
blazen.
Marco Ketels heeft zijn rechter el
leboog net uit het gips. Een erfe
nis van de grote januaristorm twee we
ken geleden. Hij fietste op die bewus
te donderdagmiddag naar het Middel
burgse stadhuis om zijn rijbewijs op
te halen. Op de Stationsbrug stapte
hij af. „Het was daar één grote kolken
de badkuip." Zijn bril hield hij angst
vallig vast om te voorkomen dat die in
het kanaal zou worden gezwiept. Na
de brug leek het ergste voorbij en be
sloot hij, met de wind in de rug, het
nog maar eens op de fiets te proberen.
Precies op de eerste hoek van het iets
verderop gelegen waterschapskantoor
ging het mis. Een combinatie van een
ruk- en een valwind, vermoedt hij. Ke
tels werd met fiets en al de lucht inge-
tild en kwam een meter of zeven ver
der midden op de rijbaan terecht. „Ik
had het gevoel dat ik minstens een me
ter van de grond loskwam, zo hoog.
De chauffeur van een tegemoetko
mend taxibusje zag me landen en ging
vol in de ankers. Hij kwam tot stil
stand, zo ongeveer tegen me aan. Ik
heb de voorbanden van heel erg dicht
bij gezien."
Zijn bril was nu wel weggeblazen.
Voor de rest leek de schade mee te val
len. Tot hij merkte dat zijn rechter
arm niet alles meer kon wat hij wilde.
Foto's in het ziekenhuis maakten dui
delijk dat het topje van het spaakbeen
was gebroken en naar buiten was ge
schoven. Vandaar het gips.
„Toen ik uit het gips kwam, heb ik
meteen even op mijn blokfluit gepro
beerd. Om te zien of al mijn vingers
het nog deden. Dat moet goed gaan,
heus, dat is één van mijn grootste zor
gen. Ik zal ook altijd ver weg blijven
van vuurwerk. Mijn vingers zijn dan
misschien niet mijn kapitaal zoals bij
een beroepsmusicus, maar muziek is
me wel heel erg veel waard."
Opvliegertje
Op school kon je op de reacties wach
ten. „Een opvliegertje meneer?" En:
„Moet u ook maar niet zo veel afval
len meneer." Die laatste opmerking
kwam niet uit de lucht vallen. Wie de
Marco Ketels vóór de zomer van 2005
kende, zal daarna toch wel even met
zijn ogen hebben geknipperd. Zelf
schat hij het verschil, zonder in detail
te treden over zijn precieze gewicht,
op 25 kilo. Drie keer in de week sport
school, vijftig minuten hardlopen in
het weekeinde, anderhalve maand
geen druppel alcohol, en van 's mor
gens vroeg tot 's avonds laat klussen
in een pas gekocht huis. Dat is, gecom
bineerd met eten met verstand, zijn re
cept. Bijna drie jaar later kost het
hem niet al te veel moeite zijn weeg
schaal op die lage stand te houden.
Docent klassieke talen, blokfluitist en
zanger. Gepassioneerd, dat woord
past bij alle drie. „En Bettina", roept
hij later, als we het over passies heb
ben. Bettina is zijn vrouw, ook docent
klassieke talen. „Als ik haar niet
noem zwaait er wat." Zijn lach is uit
bundig.
Om met de klassieke talen, Latijn en
Grieks, te beginnen, moeten we terug
naar zijn geboorteplaats Grave. In de
inmiddels uit de radiobulletins ver
dwenen waterstanden was 'Grave be
neden de sluis' een vast ijkpunt. Dat
plaatsje dus. Op het eind van de lage
re school kreeg hij een zogenaamd ge
mengd advies, havo-vwo.
Enig kind in een arbeidersgezin, mis
schien speelde dat een rol. Een zekere
ambitie kon hem in elk geval niet wor
den ontzegd. Eigenwijs ook. Hij zette
zijn zin door en ging naar het Domini-
cus College in Nijmegen. Het werd uit
eindelijk gymnasium alfa, met klin
kende resultaten.
Hoewel sterrenkunde hem in die jaren
ernstig in de greep had - op zolder ligt
nog altijd de telescoop die tot 250
keer vergroot - koos hij toch voor de
talen en niet voor de wiskundige kant.
„Met die astronomie", vertelt hij,
„was ik bang later bij een radiotele
scoop terecht te komen. Zit je achter
apparaten te kijken naar allerlei onre
gelmatigheden en frequenties uit de
ruimte. Wel met de kans dat je een ko
meet, planeet of supernova ontdekt.
Maar over het algemeen leek het me
heel erg langdradig werk."
Bovendien, talen - zeker Latijn en
Grieks - zijn exacter dan je op het eer
ste gezicht zou zeggen. Marco Ketels
was niet bepaald grootgebracht met
de klassieken. Hij kende één verhaal,
dat van Odysseus. Dat was hij als
feuilleton in de Donald Duck tegenge
komen. „De kennismaking met Latijn
later op de middelbare school was bij
zonder. Die taal greep me aan, met
een. Ik houd heel erg van details. La
tijn is bewerkelijk, je moet heel pre
cies kijken naar wat er nou eigenlijk
staat. En hóe het er staat. Het is voort
durend: dat woord, met die uitgang,
dan zit daar weer een werkwoord, o
ja, raar werkwoord, hoe ziet dat er
uit... Het puzzeleffect is groot. Dat
Naam:
Marco-Ketels;
voornamen voluit:
Markus Gerardus Louis
Geboren:
14 december 1969 in Grave
(bij Nijmegen)
Woonplaats:
Middelburg, sinds 2000
Opleiding:
gymnasium alfa, studie
klassieke talen aan de
Katholieke Universiteit
Nijmegen
Beroep:
docent klassieke talen op
scholengemeenschap Nehalennia
in Middelburg
Burgerlijke staat:
gehuwd met
Bettina Ketels-Boom,
ook docent klassieke talen
op Nehalennia
Hobby's:
blokfluit spelen en
(klassiek) zingen
heb ik nog, ik ben veel meer een taal
kundige dan iemand die gericht is op
de algemene, literaire lijnen. Vormen
en woorden zijn de main focus."
„Latijn is als taal systematischer, wis
kundiger dan Grieks. Als je Grieks
leest hou je het idee dat je het niet he
lemaal begrijpt. Die taal heeft iets
mysterieus, ook qua interpretatie van
teksten. Afschuwelijke boeken soms,
zoals de zogenaamde leerdichten uit
de tijd van het Hellenisme. Die gaan
over tovenarij, over medicijnen tegen
het gif van dieren. Dat is echt zó tech
nisch. Terwijl je in het Latijn een
schrijver als Catullus hebt, die over de
relatie met zijn vriendin Lesbia
schrijft. Soms gaat het goed, dan weer
is hij ontzettend jaloers, dat is leuk.
En ook Martialis, die naar aanleiding
van de opening van het Colosseum een
boek over de Spelen heeft gepubli
ceerd. Geweldig, het alledaagse leven,
ironisch soms, over het leven van een
dichter die in Rome maar aan de bak
moet zien te komen."
Een studie klassieke talen aan de Ka
tholieke Universiteit in Nijmegen lag
voor de hand. Toch was er even twij
fel. Sinds zijn achtste was muziek een
niet onbelangrijke rol in zijn leven
gaan spelen. Met dank aan een zorgza
me vriendin van zijn moeder die hem
een beslissend duwtje gaf. Algemene
muziekvorming en vervolgens een
jaar blokfluitles. Daarna lonkte de
dwarsfluit. Maar het was 1979, de tijd
dat James Galway vele harten sneller
deed kloppen en er voor de dwarsfluit-
les een wachtlijst was. Voor blokfluit
niet, dus was de keuze snel duidelijk.
Het sopraantje werd ingeruild voor de
alt, omdat dat de concertfluit is.
Nooit problemen gehad met het - voor
zichtig gezegd - niet zo stoere imago
van het instrument? „Huismuziek en
oudere dames? Daar zat ik absoluut
niet mee. Integendeel, de blokfluit
sprak me aan, juist omdat het een af
wijkend instrument was."
Halverwege de jaren tachtig had hij
op de muziekschool alle diploma's ge
haald die er te behalen vielen. Een
overstap naar het conservatorium
kwam zeker ter sprake. „Toen heb ik
toch maar voor een universitaire stu
die gekozen. Muziek kon een hobby
blijven. Het was een keuze met het ver
stand. Blokfluit betekende, ook als je
goed was, het alternatieve schnabbel-
circuit. Niet dat ik in rijkdom moet le
ven, maar je moet je hoofd wel boven
water kunnen houden. Verder had ik
ook iets van: voor het conservatorium
heb je aan havo genoeg, en ik heb wel
een gymnasiumdiploma. Hallo, dat
vond ik zonde."
Blikkerig
Door eindeloos verschillende stem
men op een cassettebandje in te spe
len zorgde hij in die jaren voor zijn ei
gen begeleiding. Ook al klonk het uit
zo'n apparaatje nogal blikkerig. Veel
geworstel ook met de fluit, omdat de
authentieke instrumenten een halve
toon lager gestemd staan. Frans Brüg-
gen, de man van het Orkest van de
Achttiende Eeuw, en de Deense Micha-
la Petri inspireerden het meest. „Als
ik hen hoorde, gaf mij dat een boost
om dat ook te willen." In 1988 werd
de Graafse klavecimbelbouwer Hans
Smits zijn vaste begeleider. Met hem
won hij als eerstejaarsstudent het ta
lentenconcours van de universiteit.
Met de canzone Bernardinia van Fres-
cobaldi, een voor hem nog altijd bete
kenisvol stuk. Hij speelde ook mee in
het Graafs Barok Ensemble, dat in die
tijd ontstond.
„Tot we naar Middelburg gingen,"
Samengevat ging het zo: In 1994 afge
studeerd als classicus; vervolgens do
cent Latijn en Grieks op twee scholen
in Doetinchem. Over die periode: „Ik
vond het onderwijs, het werken met
kinderen, hartstikke leuk. Alleen het
hollen en draven, ik had het gevoel
dat ik alles maar half deed. Dat was
aanvankelijk te zwaar."
Na twee jaar bijna of misschien hele
maal overspannen; baan opgezegd,
een half jaar rust genomen, veel mu
ziek geluisterd en het op cd uitge
brachte Concerto Espanol geschreven
en gearrangeerd; daarna weer les
gaan geven in Nijmegen.
Toen begon de nieuwe eeuw. Hij had
Bettina al tijdens zijn studie leren ken
nen. Ze klopte aan voor bijles, hij wil
de wel een eindje omfietsen. In april
2000 zijn ze getrouwd. De foto hangt
in de huiskamer aan de muur. Het
stadhuis in Grave, zij in een donker
groene, 18e-eeuwse jurk, hij in een
Versailles-jasje met een jabot - een
soort geplooide kraag. Het klik-
klak-koetsje staat niet op de foto,
maar hoort er wel bij
Een week eerder had de moeder van
Bettina op een advertentie gewezen.
Vacature in Middelburg, 35 uur, Neha-
lennia-altaar in de klas, mooie stad,
mooi salaris. Ze schreven samen één
bxief, twee dagen voor ze zo stemmig
gekleed voor de ambtenaar van de bur
foto Mechteld Jansen
gerlijke stand stonden. Toen ze terug
kwamen van hun huwelijksreis naar
Kreta had scholengemeenschap Neha
lennia het echtpaar Ketels al in de ar
men gesloten. Ze namen de stap, ze
hadden toch al plannen om rustiger te
gaan wonen, buiten Nijmegen.
Barre tijden
De verhuizing betekende een radicale
punt achter de muziekactiviteiten in
Grave. Ketels voorzag barre tijden, en
sloeg in antiquariaten zoveel mogelijk
koor- en orkestcomposities in. Want
die zouden ze in Middelburg vast niet
hebben. Tot hij de rijke muziekafde
ling in de Zeeuwse Bibliotheek ont
dekte. „Toen kon ik opeens mijn oude
begeleider aan een partituur helpen,
die hij nergens had kunnen vinden."
Na zeven jaar Zeeland loopt de mu
ziekagenda aardig vol. Met fluit, maar
vooral ook met zang. Dat hij kon zin
gen wist hij al uit zijn Nijmeegse tijd,
waar hij eerst als bas-bariton en daar
na ook als tenor - de hoogste mannelij
ke stem - werd gewaagd. Het was de
countertenor James Bowman die hem
met zijn versie van het Stabat Mater
van Vivalcü in hogere sferen bracht.
„Het ging erom dat ik met mijn stem
de omslag naar het falsetregister kon
maken. Het is net alsof je heel hoog
'oe' roept. Zo doe ik dat, maar dan
heel erg gecontroleerd,
Zijn falsetstem klinkt tegenwoordig
in het Middelburgse vrouwenkwartet
Syrinx, waar hij als alt de vierde
vrouw is en met begeleiding van pia
nist Hans van der Stal ook blokfluit
speelt. Hij heeft in Bergen op Zoom
meegedaan met het koor van Hans
Smout, Hortus Musicus Religiosus.
Het vocaal ensemble Capella I Fiam-
minghi van Arie Lensen in
Zeeuws-Vlaanderen is voor hem in
middels verleden tijd. Hoewel, niet he
lemaal. Dit weekeinde zingt hij mee in
het Bachproject van Lensen.
Echtgenote Bettina had het, toen het
over hun trouwen ging, al gezegd:
„Classici zijn altijd een beetje anders.
Ze moeten opboksen tegen de heersen
de mening dat je niks aan die klassie
ke talen hebt. Óm je te handhaven
moet je stevig in je schoenen staan."
Marco Ketels kan dat alleen maar bea
men. „Alles is klassiek aan mij, zeg ik
wel eens. Taal, muziek, mijn hele le
ven. Of dat in de huidige tijd past,
vind ik een onbelangrijke vraag.
Komt de passie over dan geef je men
sen iets mee, leerlingen net zo goed als
concertbezoekers. Het gevoel dat men
sen door jouw optreden even heel er
gens anders zijn geweest, Aristoteles
noemde dat een soort zuivering. Daar
gaat het om."
Jan van Damme
Capella I Fiamminghi met Marco Ke
tels) vanavond in de RK Kerk in Oost
burg, morgen in de NH Kerk in
's-Heer Abtskerke, telkens om 20.00
uur.
Si
foto Marcel Antonisse/ANP
Is het goed om emoties als boos
heid, spijt en teleurstelling te de
len met anderen? Jazeker, stelt psy
chologe Inge Wetzer in haar proef
schrift waarop ze volgende week in
Tilburg promoveert. Maar gedeelde
smart is niet altijd halve smart. Ver
schillende emoties vragen om ver
schillende reacties.
Mensen praten dagelijks over hun
emoties. Meer dan 85 procent van de
negatieve gebeurtenissen die mensen
meemaken, wordt gedeeld met ande
ren. Uit eerder onderzoek bleek dat
het delen van emoties niet noodzake
lijk leidt tot emotioneel herstel.
Wetzer relativeert die conclusie. Zij
bestudeerde verschillende aspecten
van het delen van emoties en onder
scheidde daarbij boosheid, spijt en
teleurstelling. Ook onderzocht ze
waarom mensen eigenlijk emoties de
len en welke reactie mensen van hun
gesprekspartner hopen te ontvangen
en daadwerkelijk krijgen.
Wetzer liet daartoe proefpersonen
een dagboek bijhouden over hun
emoties of naar video's kijken waar
in de hoofdpersoon boosheid of spijt
ervoer. Zij ontdekte dat mensen boos
heid delen om negatieve gevoelens te
spuien, steun te zoeken en wraak te
nemen. Mensen delen spijt om advies
te zoeken, sociale banden te verster
ken, hun gesprekspartner te waar
schuwen of deze te vermaken. Erva
ringen van teleurstelling worden ge
deeld om steun te zoeken, advies te
krijgen, of te waarschuwen.
De reacties die mensen krijgen, heb
ben waarschijnlijk een grote invloed
op hoe zij zich voelen na het delen
van emoties. Wie met iemand praat
om steun te zoeken, is blij als de an
der een arm om hem heen slaat.
Maar wie alleen advies wil, heeft wei
nig aan dat gebaar.
Uit het proefschrift van Wetzer
blijkt dat de reactie die mensen ho
pen te krijgen, afhangt van de speci
fieke emotie die zij delen. Boze men
sen geven de voorkeur aan reacties
die hun negatieve emoties bevesti
gen, of die vijandigheid ten opzichte
van de veroorzaker van de emotie uit
drukken.
Met spijt ligt het anders. Spijt is een
emotie die optreedt als iemand ont
dekt dat hij beter een andere keus
had kunnen maken. Bij spijt is men
zelf verantwoordelijk voor de ontsta
ne situatie, waardoor een inbreuk op
het zelfvertrouwen wordt gemaakt.
Relativerende reactie
Mensen die spijt delen, willen graag
dat hun gesprekspartner advies
geeft, het oneens met ze is ('daar
hoef je toch geen spijt van te heb
ben'), of de situatie relativeert. Men
sen die spijt delen, krijgen een goed
gevoel bij een relativerende reactie
('zo erg is het toch niet'), maar bij
een bevestigende reactie ontstaat
geen goed gevoel. Dit is in tegenstel
ling tot boze mensen, die juist meer
hebben aan een bevestigende res
pons.
Tot nu toe ging de wetenschap ervan
uit dat emoties werden gedeeld met
iemand die niet betrokken is bij de
situatie die de negatieve emoties op
riep, een derde partij dus. Maar in
het dagelijks leven delen mensen
hun emoties ook vaak met de per
soon die ze verantwoordelijk houden
voor hun boosheid of teleurstelling.
Uit het onderzoek van Wetzer blijkt
ook dat het delen van emoties met de
veroorzaker hiervan, tot intensere po
sitieve emoties leidt: mensen hebben
in deze gevallen het gevoel dat ze
voor zichzelf zijn opgekomen.
Harm Harkema