Je man is gecrashed Zonder werk omdat ze mannen geen handen geeft Missing in action zaterdag 30 december 2006 13 Rest in Peace RAMIT 13 was de codenaam van jachtvlieger Donkervoort tijdens die fatale vlucht. Hij was die ochtend met zijn F-16 opgestegen van de thuisbasis Kabul en was onder weg naar het zuiden om daar de ISAF grondtroepen te ondersteu nen. Hij is hoogstwaarschijnlijk slachtoffer geworden van een on geval, omdat het toestel op gro te hoogte vloog. Volgens deskundigen kan het niet zijn neergeschoten. Femke Donkervoort was aan het werk op de vliegbasis Vol- kel, toen een collega kwam vra gen of ze even mee wilde lopen. Ze dacht even aan een grapje tot dat ze de kolonel van de basis zag. Van hem kreeg ze de on heilstijding te horen. „Je man is gecrashed." Ze weet nog hoe ver doofd ze was in de eerste minu ten die daarop volgden. „Het is niet meer tot me doorgedrongen wat er verder nog gezegd is. Tot- -datmijn hoofd weer begon te werken en ik dacht: Michael is neergestort, dus hij is misschien nog niet dood. Zo heb ik gepro beerd me vast te klampen aan die hoop." Ze belde haar ouders, ze belde zijn ouders om het vreselijke nieuws te vertel len. Vervolgens begon het mach teloze wachten, vele uren lang. „Er was veel onduidelijkheid", vertelt ze. „Men meende dat Michael uit het toestel was gesprongen. Dat gaf mij wat moed. Ik dacht: hij heeft een goede training gehad, kent de noodprocedures, weet wat hij moet doen. Hij zal zich op de grond schuilhouden en wachten totdat ze hem komen oppikken." Ze hoorde dat een collega-vlieger van Michael rondcirkelde boven het gebied, speurend naar een teken van le ven. Reddingsteams waren on derweg. Hij was neergestort in een bergachtige streek, moeilijk te bereiken voor de helikopters. Uren gingen voorbij. Rond vier uur 's middags kwam het bericht dat alles voorbij was. F-16 vlieger verongelukt in Afghanistan, meldde Defensie 's avonds in een persbericht. Wonder Het militaire vrachtvliegtuig met zijn stoffelijk overschot landde op zondag in Eindhoven. Vier dagen later werd hij in Bar- neveld begraven, onder overwel digende belangstelling. Vier F-16's vlogen over de begraaf plaats, waarbij een toestel zich plotseling uit de formatie los maakte en loodrecht opsteeg naar de hemel. Als in een won der brak de zon door, toen Wal king on sunshine werd gespeeld, het nummer waarmee vier jaar geleden hun bruiloft was ge opend. Ze putte veel kracht uit de vele blijken van medeleven. Minister Kamp van Defensie belde haar persoonlijk op. Premier Balken ende stuurde een mooie brief. Ze kreeg stapels post, van Ne derlandse militairen in Afgha nistan maar ook van luchtmach ten van andere landen. Vaak ver gezeld van een foto of een ander aandenken. Femke Donkervoort vindt in haar woning in Veghel troost in de vele tastbare herinneringen en attenties. De cap van Mi chael met zijn onderscheidin gen. Zijn wings. Een kogel uit het boordkanon van zijn F-16. De Amerikaanse vlag. Een schaalmodel van zijn toestel. De foto van het reddingsteam bij het staartstuk van Michaels vliegtuig in de Afghaanse ber gen. Jeugdliefde Michael Donkervoort was haar jeugdliefde. Ze leerden elkaar kennen op de dansschool in Bar- neveld. Hij overwoog logistiek te gaan studeren maar koos toch voor zijn droom om piloot bij de luchtmacht te worden. Na zijn studie aan de KMA ging hij in 1999 voor twee jaar naar de Verenigde Staten voor zijn opleiding tot jachtvlieger. Vervolgens werd hij gestatio neerd op de vliegbasis Twenthe, totdat de basis sloot en zijn squadron naar Volkel werd over geplaatst. Op 25 juli van dit jaar vertrok hij naar Afghanistan. Een week voordat hij huis waarts zou keren, stortte hij neer met zijn toestel. Over de risico's van zijn werk hadden ze zich nooit zorgen ge maakt. „Het is gevaarlijker om op de weg te zitten dan in de lucht", vertelt Femke. „Daar wa ren we alletwee gelukkig heel nuchter in. Als je weet hoe goed zo'n kist wordt nagekeken, voor dat hij de lucht in gaat, dan kan er eigenlijk niets mis gaan." Ze herinnert zich slechts één keer, dat het slecht met Michael had kunnen aflopen. In Ameri ka maakte hij tijdens een vlucht eens mee dat een gans dwars door het glas de cockpit binnen vloog en met de snavel net naast hem in zijn hoofdsteun bleef ste ken. Na de landing kreeg hij van col lega's het compliment dat hij niet alleen het toestel veilig aan de grond had gezet, maar ook Michael Donkervoort, de 29-jarige piloot uit Veghel die afgelopen jaar in Afghanistan verongelukte. meteen voor het avondeten had „Ze maakten geintjes over dat soort dingen", zegt Femke. „Mi chael bleef heel rustig onder dat voorval. Zoiets kon nu eenmaal gebeuren." Hij beantwoordde niet aan het standaardbeeld van een jachtvlieger, vertelt ze. „Veel mensen denken bij F-16 piloten aan stoere types, zoals ze die kennen uit de film Top Gun. Jongens die met veel bra voure aan de bar staan en sterke verhalen vertellen over wat ze in de lucht hebben meege maakt." „Michael was totaal anders. Hij was een nuchtere, rustige jon gen, die er niet mee te koop liep dat hij F-16 piloot was. Veel vlie gers hebben een grote mond en een klein hartje. Die van mij had een kleine mond maar een groot hart." „Michael vond dat hij een gewo ne baan had, alleen moest hij daarvoor regelmatig enkele we ken van huis weg. Hij voelde zich gelukkig dat hij van zijn hobby zijn beroep had kunnen maken, want hij vond het gewel dig om te vliegen. Als ik hem ooit vroeg hoe hij het vliegen be leefde, kreeg hij een glimlach op zijn gezicht en zei hij alleen: Het is gewoon gaaf." „Misschien was het de snelheid, de kick om in je eentje boven de wereld te vliegen, een machtig gevoel, een soort mystiek. Tij dens een van de laatste oefenin gen voor zijn vertrek naar Af ghanistan was hij over een be sneeuwde laagvlakte in Noorwe gen gevlogen en had hij het noor derlicht gezien. Dan zie je pas hoe mooi de wereld is, vertelde hij." Voor Michael Donkervoort bete kende Afghanistan zijn eerste uitzending naar het buitenland. „Hij was al vaker op oefening geweest, onder meer naar Cana da, Noorwegen, Turkije en Fin land, maar dit was het echte werk", zegt Femke. „Hij had er erg veel zin in en was heel en thousiast. Eindelijk zou hij in de praktijk kunnen brengen waarvoor hij al die jaren was op- Rustig „Ik probeerde er zo nuchter mo gelijk tegenaan te kijken en de missie te zien als een oefening. Eigenlijk ben ik geen moment angstig geweest. Michael hield mij voor dat er hier net zo goed iets ernstigs kon gebeuren als ginds. Bovendien was het voor hem in de lucht nog altijd een stuk veiliger dan voor de jon gens op de grond." „Zelf was hij er heel rustig on der. Hij was blij dat hij daar goed werk zou kunnen doen. Hij ging erheen voor de goede zaak: de Talibanstrijders wegjagen en het land weer opbouwen. Hij stond achter de missie. Daar was geen discussie over." „We hielden met elkaar contact via internet en spraken elkaar ook via de telefoon. Hij zat op een relatief veilige basis. Hij ging bijna elke dag vliegen en maakte lange zware missies. Hij voerde voornamelijk verken ningsvluchten uit om te kijken waar Taliban-strijders zitten. Slechts één keer heeft hij zijn boordkanon moeten gebrui ken." „Twee dagen voor het ongeval hebben we nog een uur met el kaar zitten bellen. Ik weet zeker dat hij het ginds naar zijn zin had, al keek hij er ook naar uit om weer naar huis te komen." Femke Donkervoort werkt nog steeds op de afdeling P&O van de vliegbasis Volkel. „Ik vind daar veel steun. Eens een vlie gersvrouw, altijd een vliegers vrouw, hoorde ik van andere pi loten. Ze vinden het fijn als ik af en toe een biertje met hen drink, omdat het dan net is alsof Michael er nog een beetje bij is." Ze heeft goede dagen en slechte dagen. Een klein voorval kan haar soms geweldig aangrij pen. Bijvoorbeeld als op de vliegba sis een belangrijk bericht wordt omgeroepen. „Dan zit ik meteen op het puntje van mijn stoel, komt alles van die ene dag weer naar boven." Laatst kreeg ze van iemand een foto, die ge maakt was toen Michael naar Afghanistan vertrok. „Een foto van onze laatste afscheidszoen. Toen ik dat beeld terugzag, ben ik de hele dag van slag ge weest." Het doet haar geen pijn om op de basis vliegtuigen te zien op stijgen en landen. „Dat geeft me eerder een prettig gevoel", zegt ze. „Dan kijk ik naar zo'n kist en stel ik me voor hoe Michael hoog in de lucht meevliegt op de vleugels." Twan van Lierop fgelopen jaar besloot Samira Dahri, economiedo- ixcente aan het Utrechtse Vader Rijn College, man- :en niet langer een hand te geven. Ze werd geschorst, reeg steun van de Commissie Gelijke Behandeling, naar dreigt toch ontslagen te worden. Voor het eerst raat ze over haar omstreden besluit, haar idealen en aar toekomst. ïee, ze wordt niet onderdrukt, ze is niet gehersen- ooeld, en radicaal is ze al helemaal niet. Ze is simpel weg een jonge, geëmancipeerde vrouw, die vecht voor aar recht en dat recht ook graag krijgt. Zegt Samira 'ahri, drieëntwintig jaar geleden in Utrecht geboren, (gestudeerd econome, en straks mogelijk werkloos. Imdat ze mannen geen hand meer geeft. .Ik strijd nog stééds voor behoud van mijn baan, laar niemand kan mij verplichten handen te schud- iffl. Ik voel me niet begrepen, niet gerespecteerd, ik woel me aangevallen. Met mij is nooit de dialoog ge acht." lp 28 augustus 2006, rond tien uur 's ochtends, in de torenkamer van het Utrechtse Vader Rijn College, am Samira Dahri het besluit. Het was, zegt ze vier taanden later, geen bevlieging. Ze had er geruime 'ijd mee geworsteld. Voelde zich al langer ongemakke lijk als ze mannen de hand schudde. Ja, als een onge wenste intimiteit, zó beschouwde ze het. En, zo had ze ontdekt, haar geloof keurde het ten zeer- deaf, „Het is zelfs één van de belangrijkste doelstel lingen van de islam: het behoud der kuisheid van bei de geslachten." Toch kwam het uiteindelijke besluit spontaan. „Het was de eerste dag na de zomervakan- öe. In die lerarenkamer zag ik al mijn collega's el- taar kussen en elkaar handen geven. Dat voelde niet goed." Ze liep de lerarenkamer uit, sprak met de afde ling personeelszaken, en kroop achter een computer om haar collega's een mail te sturen. Strekking: zij, Samira Dahri, wenste uit geloofsovertuiging niet lan ger haar mannelijke collega's de hand te schudden. Of zij, haar collega's, daar begrip voor op wilden brengen. Maar vóór ze de mail kon versturen werd ze geconfronteerd met schooldirecteur Bart Engberts. Die haar, niet wetend van haar nieuwe overtuiging, de hand wilde schudden. „Ik legde mijn hand op mijn hart. Zei: 'Sorry, Bart, maar ik schud uit geloofsovertuiging je hand niet meer.' Hij was ontzettend pissig." Het was meteen de laatste keer dat ze de school van binnen zag. „Ik ben nog even de lerarenkamer binnengegaan. Had print jes gemaakt van de mail, die ik inmiddels ook had ver stuurd. Elke keer als een mannelijke collega mijn hand wilde schudden, drukte ik hem zo'n mailtje in de hand. Aan het eind van de dag heb ik zelf nog om een gesprek gevraagd. Maar de directeur zei meteen: 'Dit pikken we niet'." Het kwam nooit meer goed. Samira Dahri werd ver zocht thuis te blijven. Kreeg in oktober gelijk van de Commissie Gelijke Behandeling, die oordeelde dat scholen docenten niet kunnen verplichten elkaar de hand te schudden. Maar dreigt nu toch ontslagen te worden. Onbegrijpelijk, vindt de docente. „Beatrix heeft ooit, bij een bezoek aan een moskee in Den Haag, respect getoond. Zij knikte naar mannen, in plaats van ze de hand te schudden. Maar zo'n schooldirecteur denkt de hele maatschappij weg. Alsof ook al die zwarte leerlingen die op die school zitten zich aan witte maatstaven moeten aanpassen. Dat heeft niks te ma- Samira Dahri: „Ik ben volwassen, weldenkend, ik leef volgens de wet, maar nérgens in de grondwet staat dat ik verplicht ben om mannen de hand te schudden." föto David van Dam/GPD ken met integratie, dan eis je gewoonweg assimila tie." De man naast haar knikt goedkeurend. Het is haar verloofde. Hij is onnadrukkelijk aanwezig bij het ge sprek met de jonge vrouw waar hij, naar eigen zeg gen, 'vreselijk trots' op is. Zijn naam: Suhayb Sa laam, zoon van de Tilburgse imam Ahmad Salaam. En die kwam in het nieuws omdat hij minister Ver donk de hand weigerde. Suhayb Salaam moet er har telijk om lachen. „Ja, het is besmettelijk dat niet-han- den schudden." Het is op dat moment dat Samira Dahri het zegt. Met nadruk. „Natuurlijk ben ik niet gebrainwashed. Ik ben een geëmancipeerde moslima die vecht voor haar recht. Natuurlijk ben ik geschrok ken van de heftigheid van sommige reacties op mijn besluit. Ook van moslims, die zich afvroegen of ik het wel bij het rechte eind had." „Er is zoveel onwetendheid - óók bij moslims. Maar ik zou deze stap nooit gezet hebben als ik niet zeker wist dat ik de juiste weg bewandel. Ik heb het niet ge daan omdat ik mannen wil kwetsen, of omdat ik ze onrein zou vinden, zoals ik ergens las. Ik respectéér mijn mannelijke collega's. Maar zoals het hun goed recht is om mij een hand te willen geven, zo is het ook mijn recht om dat te weigeren. Ik kan mijn functie heel goed uitoefenen zónder mannen de hand te schudden." Na een korte stilte, in één adem: „Ik ben een volko men geïntegreerde Nederlandse. Ik ben volwassen, weldenkend, ik leef volgens de wet, maar nérgens in de grondwet staat dat ik verplicht ben om mannen de hand te schudden. Integendeel: de lichamelijke inte griteit behoort tot mijn basisrechten. Tolerantie bete kent dat je ook iets dat anders is accepteert. En een maatschappij die pleit voor vrijheid moet ook de is lam kunnen accepteren." De islam. Ze werd er mee opgevoed. Maar de nieuws gierigheid, de echte zoektocht naar kennis over haar geloof begon voor Samira Dahri ruim twee jaar gele den. Ze volgde Arabische lessen, verdiepte zich in de 'onuitputtelijke diepte' van haar geloof. Ze droeg nog geen hoofddoek toen. „Maar dat was daar wel de dresscode, tijdens die lessen. Ik weet het nog goed: die eerste keer dat ik een hoofddoek droeg. Ik durfde die stap eigenlijk nog niet te nemen, maar het voelde wel heel goed. Ik heb toen toch maar die stap gezet - ondanks de mogelijke gevolgen voor mijn werk en stu die." Haar vijf zussen lopen nog steeds rond zonder hoofd doek. „Ze hebben me enorm gesteund. Net als mijn ouders, die er zelf andere opvattingen op na houden. Nee, ze hebben nooit gezegd dat ik mijn eigen glazen heb ingegooid. Ze waren ook niet echt verrast dat ik op mijn werk geen handen meer wilde geven. Ik gaf mannen uit mijn familie al enige tijd geen hand meer." Na een aarzeling: „Mijn ouders hebben altijd gezegd: probeer zoveel mogelijk te bereiken. Studé ren, studéren, studéren. Ga ervoor, zeiden ze. Maar dat betekent niet dat ze nu teleurgesteld zijn. Mijn ouders zeggen óók dat mijn idealen het waard zijn om voor te vechten. Ze zijn vreselijk boos dat ik moge lijk word ontslagen." Dan mengt haar verloofde, Suhayb Salaam, zich weer in het gesprek. „Want wij zijn net zo goed Ne derlanders, en wij gaan hier niet weg. Ook al is mijn verloofde volgens sommigen pas vrij als ze doet wat de Nederlandse maatschappij wil. Als ze zich ont kleedt, en als ze mannen de hand schudt." En dat goedbedoelde advies dat Samira Dahri misschien maar eens bij een islamitische school moet gaan solli citeren? Ze hoort het vaak, maar dat is dus absoluut geen optie. „Dan zou ik kiezen voor de makkelijke weg, en daar houd ik niet van. Me eerst laten wegja gen, en dan de makkelijkste optie kiezen? Dan zou ik me laten isoleren, me laten beperken in mijn keuze vrijheid. En daar ga ik niet vrijwillig aan meewer ken." Patrick Pouw Laatst kreeg ze een foto van hun afscheidszoen en was ze de hele dag van streek. Want Femke Donker voort moet ook leven met die fatale ochtend van 31 au gustus, toen het nieuws uit Afghanistan kwam: Mi chael is neergestort.. emke Donkervoort, de weduwe van Michael Donkervoort: „Veel legers hebben een grote mond en een klein hartje. Die van mij had en kleine mond maar een groot hart." foto Cor de Kock/GPD Ver van de bewoonde wereld, op een kale berghelling in de Afghaanse provincie Ghazni, staat het staartstuk van het F-16 jachtvliegtuig van Michael Donkervoort. Het is een even so ber als indrukwekkend eerbe toon aan de 29-jarige piloot uit Veghel, die daar in de vroege ochtend van 31 augustus om het leven kwam. Later die dag vonden Ameri kaanse reddingswerkers de vlie ger en het wrak van het toestel. Ze richtten ter plekke een monu ment op voor de piloot door het staartstuk in de bodem te plan ten en daar een tekst op te schrij ven. 31-08-06 In memory of RAMIT Nederlandse F-16 boven Afgha nistan foto Hennie Keeris/ANP

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2006 | | pagina 27