PZC Verliefd op een woning W3 Militair wachthuisje is een mooi symbool Van knechten woning tot jachthuis riedactie bijlagen: 0113-315680 www.pzc.nl E-mail:redactie@ pzc.nl Postbus 314460 AA Goes Advertentie-exploitatie: Noord- en Midden-Zeeland: 0113-315520; Zeeuws-Vlaanderen: 0113-315570; Nationaal: 020-4562500. zaterdag 2 december 2006 Apparaat moet zich aanpassen aan gebruiker DE VOORDEUR De voordeur biedt toegang tot een woning, maar wat daar achter schuil gaat. blijft voor velen onzichtbaar. In deze serie een kijkje achter de voordeuren van Zeeuwse huizen. Iedere week gaat een andere deur open en geeft de bewoner een blik in zijn of haar leven. foto's Mechteld Jansen Het huis Het Oude Anker aan het Sluispad in Haamstede heeft een bijzondere geschiedenis. Maar hoe oud de woning precies is, is niet te achterhalen. foto's Marijke Folkertsma Vanaf de eerste keer dat Renée Ramakers het huisje zag, was ze er ver liefd op. Het bleek zowaar in de stille verkoop te staan en binnen de kortste keren kon zij zich eigenaar noe men. Dat is nu ruim acht jaar geleden. Sindsdien is Ramakers vooral bezig ge weest de bijzondere geschie denis van Het Oude Anker aan het Sluispad in Haam stede te achterhalen en te bewaren. „Dit huis be schouw ik als mijn derde kind." Echt comfortabel wonen is het niet in Het Oude Anker maar dat is voor Renée Ramakers geen enkel bezwaar, zij geniet van dit historische pand met zijn bijzondere ge schiedenis. „Van oorsprong moet het een sluiswachtershuis je zijn geweest dat aan het voor malige riviertje de Amer stond", vertelt Ramakers. „Maar hoe de Amer precies gelopen heeft, weet ik niet. Op het huis staat het jaartal 1617, maar gezien de oude kloostermoppen zouden de fundamenten uit eerdere eeu wen dateren. Er zijn bronnen die het hebben over de veertien de eeuw." Wie Het Oude Anker nu ziet kan zich niet voorstellen dat het ui terlijk van dit huis nog geen hon derd jaar oud is. Tot in het eer ste decennium van de twintigste eeuw was Het Anker, zoals het huisje toen nog heette, een een voudige woning zoals er wel meer op de Kop van Schouwen te vinden waren. Het was eigen dom van C. Bolle die er twee knechten met hun gezin in liet wonen. In 1916 kocht R. van Schaik het pandje. In de vier vol gende jaren onderging het een voudige knechtenhuisje, zowel binnen als buiten een complete metamorfose. Historisch aanzien Van Schaik wilde er de allure van een jachthuis aan geven. Hiervoor bemachtigde hij uit verschillende Zeeuwse huizen historische elementen die hij liet plaatsen in Het Oude Anker. De verbouwing gaf het. huis een historisch aanzien dat het qua leeftijd wel, maar qua achter grond niet verdiende. Zo kreeg de woning een fraaie trapgevel met boven aan de gevel een oud anker. De ramen werden vervan gen door oude, karakteristieke eikenhouten kozijnen met glas-in-loodraampjes, waarin de wapens van diverse Zeeuwse gemeenten in verwerkt zijn. Der- Kamperland, het dorp waar je honderd jaar kunt worden, schreef journalist Gerard C. van Loo op 18 januari 1975 in de PZC. Tijdens een 'middagje Kam perland' had hij, nadat hij was ontmaskerd als Zuud.be- velander (..ik ööret' wê!), toch een goed gesprek aan de bar van Havenzicht. En tijdens zijn 'middag' kwam hij op het spoor van Leen Goudswaard, de eeuweling die zijn dagen sleet in pension Heyboer. Of Herman en Car- la Bos ook honderd willen worden op Kamperland we ten ze nog niet maar „voor zover we het nu kunnen overzien, blijven we hier voorlopig wel", aldus Her man. Het stel (zij 55, hij 56) bewoont een verrassend ruim huis. Of beter gezegd twee huizen, samengesmeed tot één. Dus beschikken de Bos'jes nu over een voor- en een achtertuin plus een binnenplaats. Voorwaar niet gering. Als je daarbij de binnenruimte inpandig be kijkt, zit het stel ruim in 'het vel'. Maar dat mag ook wel want „het gezin wordt steeds groter", vertelt Car- la. „De drie zoons komen nu met aanhang logeren." Bo vendien zijn er ook nog de honden. Hoewel niet groot van formaat, wel behoorlijk in aantal: Mick, Jagger, Flip, Gabber en Keetje, vier reuen en een teefje. Eigen lijk dezelfde verhouding als in het gezin Bos, waar moe der Carla het op moet nemen tegen een echtgenoot en drie zonen. „Leuk hoor, al mis ik af en toe wel eens vrouwendingetjes. Maar zoons zijn meestal erg lief voor hun moeder." De 'verbinding' tussen de twee panden is nu het centra le deel van het huis. Herman: „We hebben er de keu ken in gemaakt. Maar het is echt een leefruimte gewor den. We zitten hier heel vaak." Glimlachend: „Niet goed eigenlijk, als je op een dorp woont, want we heb ben hier geen uitzicht op de straat. Dus kunnen we ook niet zien wat er allemaal op het dorp gebeurt." Naast de woonkeuken zit een bijkeuken. De tussen muur bevat nog de originele kozijnen met glas. „Er heeft hier een schilderswerkplaats gezeten. Op de ra men zie je nog nog sporen van verf of lijm," vertelt Her man: „Die spetters zijn niet weg te krijgen", verzucht Carla Dat de vrouw des huizes een uitgesproken voorkeur voor blauw heeft, is duidelijk te zien in het interieur. „Ik heb dat in het hele huis gedaan, dan kun je nog eens wat wisselen zonder dat je het risico loopt dat het niet staat. Waarom blauw, tja, ik denk dat het mijn lie velingskleur zal zijn. Ik vind het gewoon een mooi." Blauw is ook het militaire wachthuisje dat pontificaal aan het begin van de voortuin staat. „Het komt van de Bernardkazerne uit Amersfoort", zegt de als kolonel gepensioneerde Hérman. „Ik zag het liggen bij het af val en mocht het meenemen. Na een hoop vijven en zes sen is het uiteindelijk meegegaan." Het wachthuisje roept nogal wat reactie op. Carla: „Veel mensen gaan er even in staan of zetten het op de foto. Er is zelfs al een paar keer geprobeerd het te vernielen." Herman herinnert zich „vorig jaar nog, met vuurwerk. Er moest toen een hele nieuwe zijwand in. En omdat dat geen standaard afmetingen zijn, kostte dat een aardige slok geld." Opvallend is dat alle zoons gekozen hebben voor een militaire carrière. „We hebben dat niet gestuurd om dat ik in dienst heb gezeten, zeker niet", vertelt Her man. Maar het bloed kruipt blijkbaar waar het niet gaan kan. Is dat wachthuisje toch een mooi symbool. een museum in het huis wilde openen. „Het zijvertrek, dat naast de hal ligt, had hij inge richt als stijlkamertje. Die is ook gelambriseerd en heeft" 'fraaie eiken openslaande tuin deuren. Hier stond altijd een mooi gedekte tafel met zilveren bestek en kristallen servies, als of de mensen zo aan tafel kon den gaan. En hij liet geïnteres seerden altijd het huis zien." Die bevlogenheid van Van Schaik en Kristelijn lijkt ook op Renée Ramakers te zijn overge slagen. Direct na aankoop heeft zij restauratiearchitect J. Weyts ingeschakeld. De laatste stelde een restauratieplan op en dien de een aanvraag in bij het res tauratiefonds van Monumenten zorg. „Maar ja, daar bepaalde men dat ik de maandelijkse afbe taling van de lening niet zou kunnen opbrengen en dus viel er niets te lenen", zegt Ram akers nog steeds verontwaar digd. „Vervolgens heb ik bij de Stichting Renesse aangeklopt maar zij lenen niet aan particu lieren. Uiteindelijk kreeg ik de financiering rond met medewer king van mevrouw R. van Kam pen, de dochter van de heer Kris telijn." Vooral het afgelopen jaar heeft Ramakers de zaken flink aangepakt. Al het hout werk aan de buitenkant (goot- klossen, kozijnen, raamlatten en luiken) is nagelopen, hersteld, waar nodig vernieuwd en ge verfd. „De poortdeur was er het ergste aan toe. Het liefst had ik die wil len laten restaureren, maar dat kostte ongeveer 25.000 euro, niet te betalen dus. Nu zit er een nieuwe, eiken deur in, helemaal nagemaakt en met het oude hang- en sluitwerk. Het slot is weer werkend gemaakt." Op het verlanglijstje staat ook het metsel- en voegwerk en de reparatie van de marmeren vloer. En de tuin zal eens in stijl aangelegd gaan worden. Ramakers is nog steeds heel ge lukkig in haar huisje. „We doen elk jaar mee met Open Monumentendag en dat levert heel veel positieve reac ties en aanvullende informatie over het huis of aanverwante on derwerpen op; die komen uit heel Nederland. Bovendien leeft de buurt erg mee, het huis is ei genlijk een beetje gemeenschap pelijk bezit van het dorp. Men sen komen met oude foto's en an sichtkaarten van het huis aan, complimenteren ons met de res tauraties. Als importbewoner is zo'n oud huis een uitstekende manier om de autochtone bevol king te leren kennen en meer te leren over de omgeving." Inge Heuff Annemarie Zevenbergen De poortdeur is niet meer origineel, maar is wel uitgerust met authentiek hang- en sluitwerk. zanne uit een apocrief aanhang sel van het bijbelboek Daniël. Een siersteen met het wapen van Habsburg sluit het tableau af. De haard wordt geflankeerd door twee zandstenen figuren die de landbouw symboliseren. Klein en laag Het bijna honderd jaar oude keukentje is toegankelijk via een oud, smal deurtje in de hal. Hier is alles klein en laag. „Ooit wil ik de keuken moderniseren, want die is wel erg onpraktisch, maar het heeft niet mijn priori teit", stelt Ramakers vast. Van uit de keuken leidt net zo'n smal en oud deurtje naar de zeven tiende eeuwse achterdeur. In de jaren zestig is er achter de gróte kamer een nieuwe aangebouwd, nu de huiskamer van Ramakers en haai' dochter en zoon. Tegelij kertijd verrezen toen in het ver lengde van de keuken een bij keuken en douche. „Die aan bouw heeft het echtpaar Kriste lijn laten bouwen", vertelt Ram akers. „De heer Kristelijn is der tig jaar schoolmeester in Renes se geweest en hij was net zo weg van dit huis als ik. Hij heeft het in 1954 van de weduwe Van Schaik mogen kopen, ook al bood hij minder dan enkele an dere gegadigden. Maar zij her kende waarschijnlijk zijn passie voor het huis zoals haar overle den echtgenoot dat ook had." Ramakers weet dat Kristelijn tig jaar later, na de oorlog, werd een aantal van deze raampjes ge red uit de puinhopen die waren ontstaan door bombardemen ten. Het huis was blijven staan, maar alle ramen waren door de luchtdruk eruit gevlogen. Aan de zijgevel werd een keu kentje aangebouwd met een ze ventiende eeuwse buitendeur. Links van de voorgevel kreeg het huisje een fraai poortje dat afkomstig is van een achterin gang aan het Karsteil of Korte Groendal uit Zierikzee. De grote kamer kreeg behalve de paneellambrisering ook een open haard, vooi'zien van een te gelplateau met een kleurig gra naatappelpatroon. Middenin het plateau is een tableau aange bracht van terracottategeltjes. Elke tegel verbeeldt een scène van het verhaal van de kuise Su- De open haard heeft een kleurig tegelplateau. De terracotta tegels middenin verbeelden een scène van het verhaal van de kuise Suzan ne.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2006 | | pagina 29