PZC Dat schapenvet blijf je ruiken Bij Kloosternol kan altijd gedoken warden namen Wol wordt slecht betaald jen: 0113-315680 v/ww.pzc. n I E-mail:redactie@ pzc.nl Postbus 31, 4460 AA Goes Advertentie-exploitatie: Noord-en Midden-Zeeland: 0113-315520; 7eeuws-Vlaanderen: 0113-315570; Nationaal: 020-4562500. dinsdag 17 oktober 2006 De donkere wol die afge lopen winter de scha pen aan de zeedijk bij Co- lij nsplaat. beschermde tegen de kou, houdt deze winter de hoofden van tientallen Twenten warm. Twentse muts van Zeeuwse wol De mensen die een 'honderd procent schaapmuts' van Corné de Regt uit Denekamp kochten, hebben misschien geen koude oren, maar lopen wel met schapenvet en stukjes stro op hun hoofd. Maar dat is volgens De Regt, die opgroeide op de boerderij van zijn ouders in Co- lijnsplaat, juist de bedoeling. Met zijn plattelandsonderne ming Rode Wangen verkoopt hij producten die teruggrijpen op het boerenleven van vroeger. Zo biedt hij oude stalen aardappel manden aan die volgens hem uit stekend als vuurkorf te gebrui ken zijn. „Die vallen vooral in de smaak bij mensen uit het Gooi. In een grote tuin komt zo'n vuurkorf mooi uit. Achter de Twentse muts van Zeeuwse wol zit een persoonlij ke herinnering. De Regt: „Ik weet nog maar al te goed dat mijn oma sokken en truien brei de van onze eigen schapenwol. Een trui moest dan halverwege worden gepast om het achter pand op te meten. Die prikkelen de wol op mijn rug is mij het meest bijgebleven." Met die prikkelende wol wilde De Regt graag een authentiek- - product maken. Met kunstena res Lara Vos bedacht hij een wanne wintermuts. Lara Vos: „Hetproefmodél maakte ik van gewone wol uit de brei winkel, maar daar waren we niet en thousiast over." De Regt: „Pas later, dacht ik aan de wol van mijn broer in Colijnsplaat. Afge lopen voorjaar ging ik een week end met Lara naar Zeeland. Daar hebben we een aantal vachten uitgekozen waarmee we aan de slag zouden gaan." Spinnen •Om schapenvachten tot wol te verwerken, moest Vos echter eerst leren spinnen. Een spinne wiel kocht ze via marktplaats.nl en de ambacht leerde ze van Ma- ja Ouwerkerk, een 72-jarige kun stenaars uit het eveneens Twent se Goor. „Grappig is dat ze tot haar 25e in Goes gewoond heeft. Ik heb dus leren spinnen van een Zeeuwse met Zeeuwse wol. Vos had het spinnen snel onder de knie. „Sommige mensen zul len nooit kunnen spinnen, daar heb je een bepaalde hand-voet- coördinatie voor nodig. Spinnen is wel aan mij besteed, ik ben in een handwerkgezin opgegroeid en in een half uur had ik het ge leerd. Ik heb Corné ook eventjes achter het spinnewiel gezet, maar hij kreeg het wiel niet eens Van de vroegere landbouw- haven is weinig meer te be speuren. De Kloosternol bij Scharendijke is een watersport haven geworden, waar naast bo ten ook een belangrijke plaats is ingeruimd voor duikactivitei- ten in het Grevelingenmeer. Al leen een betonnen hokje, ooit koffiekot en opslagplaats, herin nert nog aan de oude situatie van voor de jaren zeventig van de vorige eeuw. De barak waarin cafetaria Ha venzicht zit, is gesloten. Blik vanger De Rabbelaar daarente gen niet: zowel duikshop, eetca- Zeeland grossierde vroeger in haventje?. Veel zijn er verdwe nen, in onbruik geraakt of heb ben een andere bestemming ge kregen. In de serie Aanmeren aandacht voor dit maritiem erf goed, met illustraties van Adri Karman. Deze week: Klooster nol bij Scharendijke. Ié als hotel zijn in bedrijf. Bui ten maakt een groep militairen zich op voor een duikoefening. Marine en landmacht gebrui ken de haven zeer regelmatig om er cursussen te houden. „Het is daarvoor een uniek plek je in Nederland", vertelt haven meester J. van Oeveren. „We zijn er blij mee, want er is wat te doen en het brengt nog geld op ook." Pluspunt is dat er door het ontbreken van getij op de Grevelingen en de aanwezig heid van diepe plekken altijd ge oefend kan worden, in tegenstel ling tot in bijvoorbeeld de Oos- weerwoord In de wijn maand zon, kent de winter geen pardon dzuaaH Tussen de tachtig en de honderd families Ce- vaal moeten er in ons land wonen. De meeste leven ge woon op Walcheren. Het te lefoonboek geeft er zo'n 65. Wel jammer dat er zo wei nig in West-Zeeuws-Vlaan- deren wonen. Die streek gun je wel een paar Ce- vaals, maar het zou ook goed uitkomen; Cevaal is zo goed als zeker een naam van Franse oorsprong. Juist in West-Zeeuws- RVlaanderen stilet het van lui met Franse achterna men. Maar zo te zien geen Cevaal. Het gekke is dat we even min Cevaals vinden in gans België. Daarentegen zijn daar honderden families Cheval. De Walcherse achternaam Cevaalzou teruggaan op het Franse Cheval. Dat be tekent 'paard'. Tussen Frankrijk en Vlaanderen zijn er nog andere varian ten genoteerd: Cavael, Que- val, Chaval onder andere. In hèt woordenboek van achternamen wordt al een Cheval genoemd van kort na 1300. Omstreeks 1440 leeft Jan Chevael bij de zui derburen. De familienaam Cevaal zou een beroepsnaam geweest kunnen zijn voor iemand die in perretjes doet. Al is het altijd mogelijk dat een naam van een huis, een uit hangbord met eén paard er op de oorsprong van de ach ternaam is. Zowel in Engeland als in Frankrijk komt de naam Cheval voor. In die landen wordt verband gelegd met de achternaam Chevalier, wat letterlijk ridder is. Che val zou dan ook een verkor ting van Chevalier kunnen zijn. In Nederland komt die ook voor, meestal vertaald als De Ridder. Misschien weet iemand zo veel van de Walcherse Ce- vaals dat de Franse af komst duidelijk wordt. Of bijvoorbeeld de oudste Wal cherse Cevaal van een Che val of Chevalier afkomstig is. Lo van Driel terschelde. Wat nog wel uit tij den van weleer dateert, zijn de muraltmuurtjes op de dijken die de haven omgeven. Beton nen platen, destijds geplaatst om snel en goedkoop de zeewe ringen op te hogen. Van Oeve ren vindt ze nu een sta in de weg: ze belemmeren het zicht op het water. Wat hem betreft, mogen ze weg, maar daar den ken mensen die cultuurhisto risch erfgoed koesteren onge twijfeld heel anders over. In de archieven is een stuk ge vonden uit circa 1487, waaruit blijkt dat ene C. Willemsz uit Zierikzee toestemming kreeg om een haven aan te leggen bij Scharendijke. Het is onbekend of hiervan gebruik is gemaakt. Omdat de loswal bij Den Osse verdwenen, kwamen de gemeen ten Duivendijke, Eikerzee en El- lemeet in 1899 met het plan voor aanleg van een haven in de inlaag Kloosternol. Die kwam in 1902 in gebruik. Toen de watersportvereniging Scharendijke in 1972 werd opge richt, nam die bezit van de ha ven. In 1978 kwam ernaast een grote jachthaven tot stand. Sa men zijn er zo'n 850 ligplaat sen, zegt Van Oeveren. In de oude haven zijn steigers aange legd en de oude loswallen wor den gebruikt voor het afmeren van (grotere) passantenboten. Ook ligt er al langer een duik- schip. De havens, eigendom van de ge meente Schouwen-Duiveland, worden als een geheel beheerd, geeft Van Oeveren aan. Over een paar jaar moet worden be slist over privatisering. De wa tersportvereniging heeft er wel oren naar. Krijgt het grote club huis bij de nieuwe haven en de jachtwerf Grevelingen - dat grand café wordt genoemd - nog meer uitstraling. Rinus Antonisse De wol voor de Twentse mutsen komt van de broer van Cor né, Gerard de Regt. Hij heeft enkele jaren geleden het ge mengde boerenbedrijf in Colijnsplaat van zijn ouders overgeno men. De wol van een schaap levert nauwelijks wat op voor een boer. Een scheerder rekent drie euro per schaap, terwijl de wol maar zeventig cent per kilo oplevert. De vacht van een gemid deld schaap weegt vier a vijf kilo, een simpele rekensom leert dat de boer vijftien cent verdient aan een vacht van vierenhal ve kilo. Op de wol van zwarte schapen moet de Colijnse boer zelfs geld toeleggen. Met een kiloprijs van zo'n vijfenveertig cent kost een schaap één euro. Gerard de Regt: „Voor de wol houden we de schapen dus al lang niet meer. We hebben ze voor de slacht en we fokken er mee. Er zijn nog wel boeren die kunnen leven van de wol, maar die verwerken het ook zelf. Op Texel bijvoorbeeld, wordt van de wol van de Tesselaars dekbedden gemaakt." Ondernemer Corné de Regt ('Mijn oma breide ook met onze eigen schapenwol') en kunstenares Lara Vos ('Dat vet in de draad houdt de kou goed tegen')foto Carlo ter Ellen iemand op de bank zit, ben ik intussen een muts aan het ha ken." Eén van de favoriete ontwerpen van de kunstenares is de ijsmuts. Die ziet er haast Rus sisch uit, gemaakt van donkere wol met grote oorflappen. „Die donkere kleur komt echt van de schapen. Wol van de breiwinkel is kunstmatig gekleurd. In mijn mutsen zitten bijvoorbeeld wat rooiige accenten, maar dat is zwarte vacht die door het zon licht lichter is geworden." De Regt heeft ongeveer twintig mutsen verkocht, veelal via in ternet. Maar daar zitten wat ha ken en ogen aan. „Elke muts is uniek en er zitten geen labeltjes in met de maat. Ik kan dus al leen foto's laten zien en op goed geluk een exemplaar opsturen." Joeri Wisse Een 'honderd procent schaap muts' kost 38 euro en is te ver krijgen via www.rodewan- gen.nu. rond." Vos: „De mooiste vach ten hebben we van te voren uit gezocht in de wei. Een paar da gen later had ik ze binnen. De stukken stront haal ik er eerst uit, maar het huidvet, de stukjes stro en andere viezigheid laat ik erin als ik begin met spinnen. Dat doe ik bewust, want met dat vet is de vacht veel gemakke lijker te spinnen. Pas als het dra den zijn, was ik de wol in zout water. Dat is wel nodig, want dat vet is best vies. Maar er blijft wel een beetje vet in het midden van de draad zitten, dat houdt de kou goed tegen." Wie z'n neus in de muts steekt, ruikt dat vet nog een beetje. Vos: „Mensen reageren daar heel ver rast op, ze vinden het lekker om het schaap nog te ruiken." Het atelier van Vos lijkt wel een klein textielfabriekje. „Ik woon in een voormalig winkelpand in het centrum van Hengelo, de eta lage is mijn atelier. Daar ligt aan de ene kant een grote berg met schapenvachten en aan de andere kant een hoop met afge maakte mutsen. Een stukje ver derop staat het spinnewiel en op mijn bank in het woongedeelte ligt een half afgehaakte muts. Ik heb namelijk het liefst iets om handen, dus als ik gezellig met

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2006 | | pagina 21