PZC Basisschool is paradijs voor hoofdluis Van wassen worden ze alleen maar schoon Hoofdluismaand T ijtm Pfdictje bijlagen: 0113-315680 y^vtf.pzc.n! maniisMiii tw» AA Goes Lentie-exploitatie: Jen Midden-Zeeland: 0113-315520; N s-Vlaanderen: 0114-372770; 3al:020-4562500. 23 september 2006 Salzburgers in Zeeland Pediculus humanus capitis oftewel hoofdluis September is hoofdluis maand. De kinderen gaan weer naar school en de luizen gaan mee. „Van de, zeg maar, één miljoen schoolkinderen tus sen de vijf en twaalf jaar is op dit moment 3 procent besmet. Dat zijn er dus 30.000. Je kunt er van uitgaan dat 15 procent van alle basisschoolleerlingen het af gelopen jaar hoofdluis heeft ge had", zegt hoogleraar sociale kindergeneeskunde professor dr. T.W.J. Schulpen. Hij draagt zijn bijnaam 'de luizen professor' als een eretitel. Zes jaar geleden stond professor Schulpen aan de wieg van de landelijke actie Luis te lijf. Doel: voorlichting, wegne men van het taboe én een afdoende op lossing vinden tegen luis. Er werd een prijsvraag uitgeschreven. „Helaas. We kregen vierduizend inzendingen, maar een middel om luizen uit te roeien zat er niet bij. Ze zijn er altijd, met een piek in september. Waarom juist dan? We hebben geen idee." Bij kinderkapsalon Minousja in Vlis- singen zijn ze er rond deze tijd extra op bedacht. Op de tafel bij de speel hoek liggen folders over hoofdluis en een affiche brengt het probleem nog eens extra onder de aandacht. Eigena resse Nel van der Linden: „We hebben hier de afgelopen tien jaar wel het een en ander meegemaakt. Die folders lig gen er niet voor niks. Kinderen met hoofdluis moet jé niet naar de kapper sturen. Van knippen gaat het niet over en zodra wij de schaar en cle kam in dat haar gezet hebben, is ons materi aal besmet. Het schort, de kam en de schaar die gebruikt zijn, de vloer, de stoel, alles moet worden ontsmet. Als het kindje gespeeld heeft in de speel hoek, moet ik ook daar alles reinigen. Inclusief de knuffels, die gaan eerst in een plastic zak en daarna in de wasma chine." Kapster Christie Hoogesteger vult aan: „Er zijn klanten bij die het niet weten, die er hier pas achter komen. Wij zien het natuurlijk gelijk en dan roepen we ze even apart, vertellen dis creet wat we ontdekt hebben en geven een folder mee. Die ouders moeten dan zo snel mogelijk weg, naar de apo theek en met de behandeling begin nen. Er zijn ook ouders, die weten het wel, maar denken: met korter haar zijn luizen makkelijker te bestrijden. Want ze moeten in principe ook de lui zenkam gebruiken, naast de shampoo of lotion. En als zo'n kind dan dus heel lang haar heeft, is het wel veel werk." Laatst kwam er een moeder met een meisje met prachtig haar, tot op haar billen. Het mocht héél kort, zei de moeder langs haar neus weg. Ver dacht kort. En ja hoor: haar dochter had luizen. Militaire aanpak Het beste is een militaire aanpak. Ken uw vijand! Pediculus humanus capitis is een parasiet ter grootte van een se samkorrel, met zes poten en een zuig- mond. De natuur heeft hem voorzien van klauwtjes die speciaal ontworpen zijn om zich aan een haar vast te klem men. Op kroeshaar schijnt dat minder goed te gaan; die verklaring wordt al thans geopperd voor het feit dat ne groïde mensen minder vaak last van luizen hebben. De luis kan een schut kleur aannemen, van zandkleur tot donkergrijs, al naar gelang de haar kleur van de gastheer. Het minimon- ster wandelt op z'n gemakje van kin derhoofdje naar kinderhoofdje, of van kussensloop naar knuffel, van jasje naar jasje enzovoorts. Springen of vlie gen doet-ie niet. Maar dan nog ver spreidt een besmetting zich razend snel. Want een vrouwtje legt vier tot acht eitjes per dag. Die neten lijken op zandkorrels of roosschubben die zich niet laten wegblazen of verkrui melen. Ze zitten aan de haren vastge plakt. In vier tot veertien dagen groeit het ei uit tot nimf. In de volgende ze ven tot tien dagen doorloopt de nimf drie ontwikkelingsstadia. En dan is de luis volwassen. Een kam die zowel de neten als de luizen verwij dert. - Veel scholen hebben luizencapes aan de kapstok. Deze worden I over de jassen gehangen zodat luizen niet van de ene naar de ande- re jas kunnen lopen. foto's (behalve de luis) Ruben Oreel De waag dringt zich op waarom lui zen vooral jonge kinderen lastig val len. Pubers doen namelijk op school en elders ook veel in groepsverband en volwassenen hangen hun jassen ook naast elkaar aan een kapstok, Toch hebben deze groepen er veel min der hinder van. Professor Schulpen: „Daar hebben wij natuurlijk over nagedacht. En wij denken, dat de veranderende hor- moonspiegel van pubers de huid wat vetter maakt, zodat luizen ze niet meer zo lekker vinden. Ook begint op de middelbare school het gebruik van ken, omdat de kans groter is dat de ouders er niet genoeg aan doen. Als je het echt goed wil bestrijden, moet je ook de omgeving aanpakken én er voor uitkomen. Ik zal je zeggen: ik heb ook gehad. Mijn vrouw heeft het ook gehad. Helemaal niet erg, maar wel verdomd lastig. Gelukkig heeft die actie echt wat veranderd. Luis is geaccepteerd. Je hebt nu luizenbriga des op scholen, luizenmoeders. En maar goed ook, want blijkbaar zijn ze onuitroeibaar", concludeert Schul pen. Ondine van der Vleuten Sinds de actie Luis te lijf zijn de luizenbri gades aangetreden. „Scholen kunnen de hulp van de GGD inroepen om zo'n hulpteam van ouders samen te stellen", vertelt sociaal verpleegkundige Patricia de Zeeuw. „Wij be geleiden de luizenmoeders, houden ouderbij eenkomsten, bieden telefonisch advies en gaan bij hardnekkige hoofdluis op huisbe zoek voor een advies op maat." Tanja de Waard is luizenmoeder op openbare basisschool De Moolhoek in Kapelle. Iedere vrijdag na een vakantie controleert zij, met twaalf andere moeders, de 240 leerlingen. „Met satéprikkers maak je scheidingen in het haar, op zoek naar luizen en neten. Voor ieder kind pak ik een schone prikker. Wij controle ren ook elkaar en de leerkrachten. Want ieder een kan het krijgen. Of je er vanaf komt, is een ander verhaal. Dat ligt heel erg aan hoe streng je het aanpakt. Daarbij moet je niet ver geten dat die luizenmiddelen best wel wat kos ten. Zeker als een ouder meerdere kinderen moet behandelen en het komt een paar keer te rug, is het duur." Op De Moolhoek hebben allé kinderen van de onderbouw een luizencape overhun jasje han gen. De Waard: „Dan moet je wel de goede hebben, van Prioderm bijvoorbeeld. Dat is ,9»" ÏSSSffi. MiODEDM CREME-SPOEUNC De GGD adviseert chemische lotions, shampoos of crèmes te gebruiken in de strijd tegen hoofdluis. haarverzorgingsproducten als gel. Vin den luizen ook niet fijn." Het schijnt dat in de darmen van lui zen een bacterie huist, die hen helpt bij de spijsvertering. Antibiotica zou den de luisjes daarom de das om doen. Zou dat een probaat middel kunnen zijn? „Eén van de oplossingen die in de prijsvraag werden aangedragen was: maak een drankje dat ze van binnen uit doodmaakt. Er is inderdaad een an- tibacterieel medicijn tegen blaasont steking, als je dat aan iemand geeft die luizen heeft, gaan de luizen dood. Maar dat is natuurlijk een paarden middel. Met antibiotica moet je zuinig zijn, anders krijg je resistente bacterie stammen. Ook luizen worden in toene mende mate ongevoelig voor bestrij dingsmiddelen. Preventief gebruik is dus absoluut af te raden. Wij hebben hier in Nederland nog niet zo veel re sistente luizen, maar in Engeland bij voorbeeld is het een probleem aan het worden. Ik weet van een wouw die haar haar heeft moeten afscheren om dat niets meer hielp Ten slotte: zijn luizen nog een taboe? „Voor de actie Luis te lijf wilden we op een school filmen om op televisie te laten zien hoe je moest ontluizen. Ik heb aan alle schoolartsen in Utrecht, waar ik toen bij de Jeugdgezondheids zorg werkte, gewaagd waar er op dat moment luizen waren. Nou, die waren er zogenaamd niet. Niemand kwam ervoor uit. Mijn eigen kinderen zaten op school in Bilthoven, een keurige school. Natuurlijk doen we mee, zei den ze daar. Hoofdluis komt overal en in alle rangen en standen voor. Wat wél is: een kind uit een sociaal zwak milieu zal eerder opnieuw besmet ra- Met satéprikkers wordt het haar afgezocht naar luizen en neten. een haak waar overheen een dubbel stuk stof zit. Op de onderste haak gaat de jas, bovenop zit weer een haak die aan de kapstok gaat. Kan gegarandeerd geen luis in of uit. Die lui zencapes zijn te klein voor de winterjassen en voor jassen van de bovenbouw. Dan adviseren wij een plastic zak te nemen met een koord en die zak dan aan de kapstok te doen." Als De Waard weer eens hoort dat het na de vakantie een 'ware explosie van luizen was op die en die school, kookt ze van binnen. „Dan denk ik: die luizen waren niet op school, die zijn naar school gekomen. Van het vakantie huisje, of van de sportvereniging, of van de bus of het vliegtuig of die knuffel, de gardero be bij het ldndertoneel: noem maar op." Bij een vermoeden van besmetting is een aan val op meerdere fronten geboden. Stap 1. Onderzoek direct alle familieleden én vriendjes: kam het haar boven een vel wit pa pier en kijk of er iets uit komt dat pootjes heeft. Luizen foeragefen bij voorkeur op war me plekjes: achter de oren, in de nek én onder de pony. Maar er zullen waarschijnlijk ook el ders op de hoofdhuid beestjes rondwandelen - en in ernstige gevallen zijn ze zelfs in baard en wenkbrauwen of op wimpers te vinden. De eitjes of neten worden dichtbij de hoofdhuid gelegd. Ze zitten vastgeplakt aan het haar en zijn met de kam moeilijk te verwijderen. Het haar natmaken helpt. Alle neten moeten eruit. Omdat haar ongeveer 1 centimeter per maand groeit, kun je aan de plaats waar de neten op de haren zitten, aflezen hoe lang het geleden is dat de besmetting heeft plaatsgevonden. Stap 2. Alles wat mogelijk besmet is, moet ge reinigd worden. Dus jassen, knuffels en bed dengoed in de was op minstens 60 graden. De bloedzuigertjes kunnen maximaal 48 uur zon der voedsel. Twee etmalen in een afgesloten plastic zak en ze leggen het loodje. Handig voor dekens bijvoorbeeld. Wat niet gewassen of gestoomd kan worden, kan ook 24 uur in de diepvries bij -18 graden. Kammen en borstels dagelijks een uur laten weken in een luisbe- strijdingsmiddel (puur) of 5 minuten in ko kend water laten, desinfecteren met 70 pro cent alcohol of in de afwasmachine doen, op 60 graden. Vergeet ook de achterbank en het autostoeltje niet. Stap 3. De slachtoffers zelf. Kaalscheren is na tuurlijk doeltreffend, maar wel wat radicaal. De GGD adviseert een chemische lotion, shampoo of crèmes te gebruiken (met name Prioderm, Loxazol en Paraspeciaalspray). Maar niets helpt in één keer. De behandeling moet herhaald worden tot er ook geen neten meer zijn die nog kunnen uitkomen. Na het wassen met een luizendodend middel als Loxazol moeten de natte haren gekamd wor den met een luizenkam en dat moet dagelijks herhaald worden, twee weken lang. Ga uit van twintig minuten kammen; tijdrovend en vervelend, maar echt nodig. Er zijn speciale kammen voor de neten, kammen waarmee je alleen luizen verwijdert, en kammen die alle bei doen. En er zijn er die de luizen met een elektrische schok doden. Erg spectaculair. Verder kan een zwembadverbod vereist zijn. Chloor doet namelijk de werking van malathi- on, het werkzame bestanddeel in onder meer Prioderm, teniet. Overigens mogen kinderen onder de twee jaar en zwangere vrouwen geen hoofdluismiddelen gebruiken. Kinderen met astma/cara moeten ook voorzichtig zijn met de chemische middelen. Heel veel kammen is dan het devies. De effectiviteit van middelen op basis van oli ën is niet bewezen, maar lavendel-, rozema rijn- of teatrea-olie ruiken in ieder geval wél lekker. De haren wassen heeft geen zin. Daar krijg je hoogstens schone luizen van. En lui zen vinden schone hoofden nog lekkerder ook. .""óidiuis

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2006 | | pagina 23