Rietzanger is snel tevreden PZC Het was het eerste recreatiepark op Noord-Beveland mmm Die moe zeker nao de buurtsuper om 't êên of 't andere c^BK\ 4/ Nieuwe raadkaart dinsdag 12 september 2006 Veel beroepen hebben een jaarritme: boeren hebben nu een drukke tijd met oogsten en winkeliers krijgen het rond Kerstmis druk. Natuurbeheerders hebben hun drukste tijd er nu net op zitten. Naast be- heerswerkzaamheden ge beurt er ook veel onderzoek ter ondersteuning van be- heersbeslissingen. Ook het afgelopen voorjaar en zo mer is er weer volop veld werk verricht. In West-Zeeuws-Vlaanderen zijn alle kreken onderzocht op broedvogels. Daarnaast is het door koeien begraasde ge deelte van Saeftinghe en inla- gengebied van Noord-Beveland meerdere malen bezocht voor broedvogels. En alsof het nog niet genoeg was, zijn ook de Yer- seke Moer en diverse andere ge bieden op Zuid-Beveland en Walcheren geïnventariseerd. Na al dat veldwerk weet je ei genlijk nog helemaal niet wat er nu precies broedt. Niet alles laat zich horen of zien bij ieder bezoek en niet alles wat je hoort of ziet broedt ook daadwerke lijk. Daarom wordt ieder gebied vijf keer bezocht. Ieder broedge- val bestaat natuurlijk uit een paartje en om geen dubbeltellin gen te krijgen, noteer je bij het zien van een mannetje en vrouw tje maar één keer de soort. Om dat de vrouwtjes vaak goed ver stopt broeden - terwijl de man netjes juist heel duidelijk hun territorium verdedigen - is het eigenlijk het makkelijkst je in het veld op de mannetjes te con centreren. Aan het eind van het seizoen heeft ieder onderzocht gebied vijf kaarten vol geklad met afkortingen van vogelsoor ten die genoteerd zijn op de plaats waar de vogel (verdedi gende man of het vogelpaar) is waargenomen. Alle soorten staan door elkaar op één kaart. Op iedere kaart staan ook een datum van bezoek en informatie over het weer. Halverwege de zomer vallen de eerste paren alweer uiteen; ze hebben dan geen territorium of territoriaalgedrag meer. In ande re woorden: ze hebben geen vast verblijf meer dat ze moeten ver dedigen, dus ook alarmeren en afbaken doen ze nog nauwe lijks. Zodra iets of iemand ze stoort, vliegen ze gewoon ergens anders heen. Juist om die reden vormen veel soorten momenteel groepen. Meer ogen zien sneller het gevaar. Vaak trekken derge lijke groepen rond deze tijd ook meer zuidwaarts en andere vo gelsoorten komen vanuit het noorden juist hierheen. Zo'n drukke tijd van vroeg op staan, veel reizen en lopen is zwaar, maar je maakt wel de meest spraakmakende momen ten van het werk als natuurbe heerder mee. Na die periode is de tijd aangekomen om te ont dekken wat er daadwerkelijk De PZC sponsort Het Zeeuwse Landschap. In 'Natuurlijk Zeeland' doen medewerkers van deze stichting verslag van wat er speelt in de Zeeuwse na tuurgebieden: onverwachte vondsten en bijzondere ge dragingen passeren weke lijks de revue. En natuur lijk ook de successen en mislukkingen in het be heer. heeft gebroed en wat niet. Het is een zeer administratief werkje dat in eerste instantie vreselijk saai lijkt. Eigenlijk is het dat ook, maar de nieuwsgierigheid naar de resultaten zorgt ervoor dat dit werk zeker niet wordt uitgesteld. De vogels worden vanaf de vijf kaarten van ieder gebied overge nomen op een aparte kaart per soort. Zo krijgt iedere soort die in het gebied voorkomt een ei gen kaart met daarop alle keren dat hij waargenomen werd. Dankzij het feit dat er vijf bezoe ken worden gedaan, is ieder in dividu of paar meerdere malen waargenomen, vaak op dezelfde plaats. Zo wordt tijdens het uit werken met zekerheid vastge steld dat het paar op die plaats broedde. Bij hoge dichtheden is het handig om verschillende mannetjes of paren van dezelfde soort gelijktijdig waar te ne men; dan weet je zeker dat het om verschillende broedparen gaat. Zo wordt voor iedere soort duidelijk hoeveel paren er aan wezig waren tijdens het broed- seizoen. Zodra het gepuzzel eindelijk klaar is, wordt inzichtelijk wat er ongeveer in het gebied broedt. Dankzij die gegevens kan er iets over het gebied ge zegd worden. De meeste soorten zeggen namelijk iets over de kwaliteit van het gebied. Zo heeft iedere soort zijn eigen voorkeur wat betreft leefgebied. De ene soort geeft preciezer de kwaliteit van een gebied weer dan de ander. Een rietzanger komt bijvoorbeeld bijna in ieder plukje riet voor, maar een blauwborst stelt al veel meer ei sen aan het rietveld. Deze soort is dan ook veel kritischer wat be treft broedplaats. En een baard man is nog weer kritischer. Als beheerder wil je dus weten of het beheer ervoor zorgt dat de natuurkwaliteit van het ge bied stijgt. Zodra je als beheer der dus een gebied aankoopt en het eerste jaar direct inventari seert (de O-meting) geeft dat in zicht in de kwaliteit bij het be gin. Als bij een volgende inven tarisatie blijkt dat er meer kriti sche soorten voorkomen in dat leefmilieu betekent dit dat het beheer goed is. Dit geldt natuur lijk niet alleen voor vogels, deze metingen zijn ook nodig als het gaat om planten, amfibieën, in secten, zoogdieren, paddestoe len en ga zo maar door. Samen geeft het vaak nog meer inzicht in de kwaliteit omdat in de na tuur alles met elkaar samen hangt. Wannes Castelijns zichtig ee, beter bange Piet, dan dööie Piet. In de vakantie was het ook lek ker rustig geweest op het school plein. De school, die schuin te genover de supermarkt staat. Geen kinderen op het plein. Toen werd het plein een vlieg veld. Hier kregen de jonkies hun eerste vlieglessen. Eerst in het hoekje bij het muurtje. Op het muurtje, van het muurtje. Hon derden keren hadden ze het ge daan. D'r op, d'r af, d'r op, d'r af. Na een paar dagen mochten ze midden op het plein. Tsjonge, wat was dat plein groot. Samen met moeder een aanloop en dan tsjoef, de lucht in. Vader zat op het muurtje en hield de zaak in de gaten. En let vooral op die katte mee dien pluusstèèrt. Da's 'n smeerlap. En toen waren ze met z'n drieën naar het midden van het plein gevlogen. As 't ver keerd uutpakt, is 'tjoe schuld, had moeder er nog uitgebitst. Maar het was goed afgelopen. De pluimstaartkat had zich in geen velden of wegen laten zien. (Later bleek dat-ie twee weken in het asiel had gezeten.) Op een morgen was tie zo maar weer in de straat verschenen. Uutkie- ken, daor is tie wee. Meer had vader niet geroepen. Als een ra ket waren ze opgevlogen. Alle vier. Naar het dak van de school. En vanaf die tijd was het weer net als vroeger. Moeder speelde met de twee jonkies en vader zat op de uitkijk. En om te voorkomen dat-ie niet in slaap viel in het lekkere baomes- zonnetje, gaf moeder af en toe een brul. En dan schoot-ie wak ker, uit zijn gepeins. Kinderstemmen De deur van de super schuift open. Een man met een tas in z'n hand komt naar buiten en gaat naar z'n fiets. Ook Ineke komt naar buiten met Julia in de buggy. Oma praat tegen de kleine en de man met de fiets mengt zich ook in het gesprek. Uit de school komt het geluid van kinderstemmen. De ramen staan open. De juf overhoort de tafels. Zeker groep vijf. De kin deren zullen de tafels na de va kantie wel wat vergeten zijn. Dae zit Milan, zegt Ineke in d'r gezellig Schouws accent, dae, achter da raem. Het meisje in de buggy zwaait met d'r armen. Uit de school wordt er niet te rug gebesjoerd. Dat kan ook niet, want voor de ramen han gen niet-inkijkgordijnen. De man met de fiets loopt nog een eindje mee. Dan fietst hij weg. Net voor de bocht van de weg hoort hij een hoge stem roe pen: Nêê, mae, mien Truusje. Als hij zich omdraait ziet-ie hoe Ineke met grote stappen terug naar de supermarkt vliegt. Kinus Willemsen De straat ligt er wat verla ten bij. Een paar mussen maken kuiltjes aan de rand van de weg. Om een bad te nemen. De zon schijnt. Ze tsjilpen vro lijk en het lijkt wel of ze willen zeggen: Wudder èn de mééste leute van de wereld. Een oppasmoeder komt aange stapt richting supermarkt. Het is Ineke met kleindochter Julia. Een meisje van bijna een jaar, dat lekker in de buggy zit en vandaag haar verwendag heeft. D'r broertje zit in school Naast Julia huppelt Truusje, de goeiige viervoeter van de fami lie. Als de mussen 'm in de gaten krijgen, drukken ze zich eerst tegen de grond. Me gaon ons lek ker kleine maoken, dan ziet dien stommen 'ond ons nii, tsjilpt het mannetjesmusje. En ze verschuilen zich alle vier in hun kuiltjes. Duken, nog dieper, is het volgende commando. Truusje snuffelt wat en kijkt de andere kant op. Zij heeft schijn baar meer belangstelling voor een auto die voorbij komt dan voor de musjes. De auto rijdt voorbij en mindert een eindje verder vaart. Die moe zeker nao de buurtsuper, denkt het manne- - tjesmusje, om 't êên of 't andere. De vrouw parkeert de auto en verdwijnt in de winkel. Ineke parkeert Truusje bij de honden- haak en stapt met Julia ook naar binnen. Het hele parkje bij de rozenstrui ken is van de familie Musse. Va der, moeder en twee jonkies. Vooral van de zomer toen het zo warm was, was het er erg rustig. En wêrm? Bel nêê joeng. Wud der zaoten bienao den êêlen dag lekker onder de struuken in 't zonnetje. Zó noe en dan evetjes 'n kuultje graoven om 'n bad te nemen. En het was er ook rustig geweest. Alleen niet in de mor genuren. De mêêste mensen 'ao- len udder boodschappen voo de middag ee. Heel wat vreemde auto's heeft de familie Musse deze zomer de straat in horen rijden. Oppassen ee, die butenlanders, die ouwen gêên rekenieng mee judder, was het advies van pa. Was het vroe ger altijd geweest: Oppassen, an ders bin je voo de katte, was het nu: Uutkieken anders zit je on der 'n auto. En de kleintjes wis ten ook nog van de kreet: Ver- foto Chiel Jacobusse De rietzanger is minder kritisch op zijn leefgebied dan bijvoorbeeld een blauwborst of baardman. Als uitvoerder bij bouwbe drijf firma Verburg uit Wolphaartsdijk was G. C. Meeuwse uit Goes destijds be trokken bij de bouw van de 'woonplek' die stond afgebeeld op de raadkaart van vorige week. Hij weet dan ook precies waar het om gaat: het bungalow park De Banjaard bij Kamper land op Noord-Beveland. „Het gebouw op de voorgrond is ho tel-restaurant Kamperduin, ge bouwd in 1959-1960." De opdracht voor de bouw werd verstrekt door de familie De Itegt uit Kortgene, die ook vele jaren de exploitatie heeft ge voerd, meldt Meeuwse. Veel ma terialen en machines moesten met de veerboot worden overge varen. „De vaste verbinding van Noord-Beveland door mid del van de Zandkreekdam en de Veersegatdam was toen nog niet geheel voltooid." Bouwer Verburg zette niet al leen Kamperduin op de kaart, maar was ook betrokken bij de totstandkoming van enkele van de eerste bungalows in De Ban jaard. Meeuwse: „Daarvan zijn door mij nog de ontwerptekenin gen gemaakt. Eén bungalow is op de foto te zien tussen het ho tel en de meest linkse bunga low. Een andere, dubbele steekt nog enigszins met de nok van het dak boven het platte dak van het hotel uit. Geleidelijk aan is verder invulling gegeven aan het terrein met veel meer woningen." De foto is genomen vanuit de richting van het huidige via duct, schrijft J. Davidse uit Oostkapelle. „De vijver die mid den in de toen nog lage beplan ting ligt, is nu vanaf de weg niet te zien. Het hele bungalowpark ligt nu verscholen achter het ge boomte." C. Versluis uit Kam perland geeft aan dat Kamper duin op de nominatie staat om gesloopt te worden. „Deze plan nen zijn al lang aanwezig, maar zoals het er nu naar uitziet gaat het binnenkort gebeuren en ver schijnt er een nieuw complex." Het wordt vervangen door een appartementencomplex met ho- recavoorzieningen, bevestigt A. van Deijk-de Regt uit Hein- kenszand. „Einde van een tijd perk", voegt ze er aan toe. Haar ouders Piet en Truus de Regt waren opdrachtgevers voor de bouw van Kamperduin en ze is er geboren en getogen. „Het mooiste strand van Noord-Beve land ligt net achter de dijk. De put op de voorgrond was een eendenvijver. Niet alle hotelgas ten konden die eenden waarde ren, gelukkig verdwenen ze in de loop van de jaren." Van De ijk-de Regt herinnert zich dat het hotel-restaurant geopend is in mei 1960. „De eerste grote ac tiviteit was de opening van de Veersegatdam. Er reden onwaar schijnlijk veel touringcars over de nieuwe dam. Voor mijn ouders, toen net getrouwd, het begin van een druk leven. Mijn vader is als telg van een horeca- geslacht (mijn opa Ko de Regt zat net als zijn vader en opa in de Korenbeurs te Kortgene) be gonnen de zaak op te bouwen." Hotel Kamperduin en de bunga lows (150 particuliere huisjes) vormden de eerste echte recrea tieve bebouwing op Noord-Be veland. De huisjes werden zo maar ergens in de polder neerge zet. Van Deijk-de Regt: „Het ho tel was het hele jaar open. Na tuurlijk was het in de zomer drukker dan in de winter, maar veel Zeeuwen hebben er hun bruiloft gevierd of er verga derd. De bungalows waren voor al door Nederlanders gekocht, hoewel er ook toen al Duitse ei genaren waren. Het park is door Roompot Recreatie inmid dels verdubbeld." In 1996 trok het echtpaar De Regt zich uit Kamperduin terug. Vermeldenswaardig is dat vaste inzender C. F. Stevense uit Mid delburg deze keer het antwoord schuldig moet blijven. „Maar ik ga toch een poging wagen, want niet geschoten is altijd mis, zei mijn vader altijd." Zijn oplos sing Cadzand-Bad is niet juist. Ook de inzenders die Kustlicht Zoutelande noemden zaten fout. Rinus Antonisse De waardebonnen gaan naar: J. Davidse, Oostkapelle, G. C. Meeuwse, Goes en N. Rie- mens, Kamperland. De nieuwe raadkaart uit de collectie van Hans Lindenbergh is nog niet zo oud. Er staat een plein in een Zeeuws dorp op en de vraag is natuurlijk: om welk dorp gaat het? Nadere bijzonderheden over de situatie toen en nu zijn welkom. Oplossingen kunnen tot en met uiterlijk zaterdag 16 september worden gezonden aan: Redactie PZC Buitengebied, postbus 31, 4460 AA Goes, fax 0113-315669; e-mail redactie@pzc.nl. Onder de inzenders van een goede oplossing wor den drie waardebonnen verdeeld.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2006 | | pagina 20