In Oude Tonge waart de Ramp nog rond
PZC
Uitzicht
dinsdag 22 augustus 2006
De toeristische veerdiensten bestaan tien jaar. Fiets een rondje
met een pontje is nu ook: loop een rondje met een pontje. Bij
de aanlegplaatsen van de boten zijn wandelroutes uitgezet. De
PZC verkent ze. Vandaag: Oude-Tonge en Steenbergen.
De wonden zijn nooit geheeld. In de nacht van 31 janua
ri op 1 februari 1953 verdronk tien procent van de in
woners van Oude Tonge. De meer dan driehonderd doden
werden begraven op één van de weinige plaatsen van het
dorp die nog droog waren. Ze liggen in een massagraf, met
één tegel voor twee personen. Meer plek was er niet.
Het bezoek aan de begraaf
plaats is een indrukwek
kend deel van de zes kilometer
lange wandeling rond en door
Oude Tonge. Het Flakkeese
plaatsje ligt een dikke kilometer
van het Krammer-Volkerak.
Een kanaal verbindt het dorp
met het water.
De pont Sun-Bear, die op en
neer vaart naar het Brabantse
Steenbergen, raakt niet zo ver.
Die legt aan bij de sluizen aan
het begin van het kanaal. Op die
plek brak in de fatale nacht de
dijk. De start van de route con
fronteert de wandelaar dus met
een met de Ramp.
Na een stuk langs het water slin
gert de route zich over een hoge
binnendijk richting het dorp.
Het uitzicht is weids en afwisse
lend. Akkers en gras (met veel
koeien) wisselen elkaar af.
Aan het begin van de plaats
trekt een enorm vakantie-
park-in-aanbouw de aandacht.
De moderne huizen van dit Wa-
terrijck Suijssenwaerde passen
niet bij die van de rest van het
dorp. Dat ademt historie, vooral
in en rond het centrum.
Op de Kaai, een rechthoekig
pleintje, wacht een verrassing.
Doordat het kanaal daar ein
digt, liggen er tientallen jachtjes
middenin het dorp. Het brengt
wat levendigheid in het stille
plaatsje.
Kerkring
Een rondje door het centrum
volgt, met als middelpunt de
kerkring. Opvallend: het linkse
deel van de kerk staat scheef. Of
lijkt dat maar zo door het
tiepark. Vrachtwagens met
zand en stenen verstoren de
rust.
Vanaf de sluis vaart de Sun—
Bearin een uur en drie kwartier
naar het Brabantse Steenber
gen, met een tussenstop in Bene-
densas. Daar begint de Steen-
bergse Vliet: een oude kreek die
door mensenhanden is veran
derd in een kanaal en zich tien
kilometer landinwaarts slingert.
Scheepjes kunnen via de Vliet
tot Steenbergen varen. Vanaf
daar loopt een elf kilometer lan
ge route over het Brabantse plat
teland.
Stuurmanskunst
Het haventje van Steenbergen
ligt niet aan open water en heeft
daardoor nauwelijks uitbrei
dingsmogelijkheden. Het ligt
propvol kleine en grotere sche
pen. Sommige schippers moeten
over geweldige stuurmanskunst
beschikken om eruit te komen.
Het eerste deel van de tocht
gaat over de dijk langs de Vliet.
Grote huizen en appartementen
complexen belemmeren het uit
zicht op het water. Een aantal
heeft een achthoekige, bastion
achtige vorm: een verwijzing
naar de vesting die Steenbergen
in de Tachtigjarige Oorlog was.
Net buiten het dorp staat een
lange rij oude loodsen er mis
troostig bij. Het zijn stille getui
gen uit de tijd dat, naast de land
bouw, industrie een belangrijke
inkomstenbron vormde voor de
Brabantse plaats. In sommige
schuren zitten grote, moderne
deuren. Erachter zijn caravans
en boten opgeslagen.
Na een paar kilometer verlaat
de route het water. Ze gaat ver
der over en langs dijkjes en zelfs
een stuk dwars door de akkers.
foto's Willem Mieras
Dat is leuk: normaal gesproken
komt daar geen mens. Het is stil
in het Brabantse: de wandelaar
heeft vooral gezelschap van in
secten, vogels en schapen.
Slechts hier en daar staat een
boerderij. Van ver is de enorme
Gummaruskerk in Steenbergen
te zien. Over slingerende, smalle
wegen gaat het terug naar het
bedrijvige haventje.
Martijn de Koning
De begraafplaats voor slachtoffers van de watersnoodramp in Oude Tonge.
glooiende gazon eromheen? Hoe
langer je ernaar kijkt, hoe
vreemder het eruit ziet.
De watersnoodbegraafplaats
ligt op de Spuidijk, aan de rand
van het dorp. Voor de ingang
ligt een opgeviste, enorme zwerf
kei. Als symbool van de kracht
van de natuur.
Onbekend
De plek, doodstil en vredig,
maakt indruk. Op sobere tegels,
in twee rijen van een stuk of
Van ver is de enorme Gummaruskerk in Steenbergen te zien.
tachtig, staan de namen van de
slachtoffers. Voor zover bekend
dan: een aantal keer staat er 'on
bekende jongen' of 'onbekende
vrouw'.
Langs het kanaal, met tientallen
bootjes, gaat het de laatste kilo
meters terug naar de steiger.
Links het water, rechts de oost
kant van het toekomstige vakan-
Het Verdronken Land van
Saeftinghe is een getijden-
gebied aan de uiterste oostkant
van Zeeuws-Vlaanderen. De
grens met Vlaanderen loopt
door de Schelde. Nergens an
ders meer in West-Europa is op
zo'n grote schaal (ruim 3400 hec
tare) te zien en te ervaren hoe
het deltagebied is ontstaan en is
geboetseerd uit de onderdelen
schor, slik en zand, meldt be
heerder stichting Het Zeeuwse
Landschap. Het contrast kan
niet groter zijn. Met de rug naar
de Schelde staand strekt het on
gerepte groene Saeftinghe-land-
schap zich uit. Vogels en koeien
- niet meer. Wie de blik oost
waarts wendt, ziet de rech-
ter-Scheldeoever. Volgepakt
met industrie en bijbehorende
verschijnselen. Voor de omslag
van robuuste natuur naar groot
schalige industrie is maar één
hoofdbeweging nodig.
foto Ludo Goossens